5. Ik steel een nokia en stop hem in mijn bh

198 10 0
                                    

Ik loop met Miles naar de kantine waar iedereen al zit. De spanning tussen ons is al raar geweest sinds we hebben gevochten met harpijen. Ik stop met lopen. Miles stopt ook. "Je bent toch niet boos Miles" vraagt ik hem. Hij loopt naar me toe en gaat tegenover me staan. Hij komt met zijn hoofd zo dicht bij de mijne dat onze neuzen elkaar bijna aanraken. We waren een goed koppel samen. Hij heeft zandkleurig bruin haar gemikst met bruin en ik ook. Hij heeft donkerbruin blauw groene grijze ogen en ik heb goude ogen. Ik ben net iets kleiner maar niet klein, gewoon precies goed. We zijn allebei knap en we hebben het allebei te danken aan Aphrodite.
"Ik zou nooit boos kunnen zijn op jou Tia" zegt hij lief. Zijn adem ruikt naar rozen. Dan zoent hij me . De meest oprechte zoen die ik ooit heb gehad. Daarna lopen we hand in hand verder naar de kantine waar al het hele kamp zit. We staan aan de zijkant van de eettafels. Er is voor elke God natuurlijk een. Dyonisos staat op. "Dit zijn de groentjes". Zegt hij geïrriteerd. Een paar halfgoden grinniken. " ja uhm jullie twee niles en Mia jullie gaan maar bij de Hermes kinderen zitten". "Miles en Tia" verbeter ik hem. "Nou whatever" zegt hij bitchie.

We gaan aan de drukste tafel zitten. Ik kijk om me heen en zie Alex aan de tafel van de saters zitten. Hij is aan het lachen met zijn hoefpotige vrienden. Miles kijkt verwonderend om zich heen. Als een halfgod achter zijn of haar echte verhaal komt is het meestal veel om te verwerken. Veel half bloeden geloven het eerst niet en proberen te vertrekken. De meeste die dat doen zijn binnen een dag vermoord. Miles heeft anders geen probleem met het geloven van zijn ware natuur. Misschien doordat hij zoveel dromen heeft gehad over gekke wezens en de verhalen over de toverspraak van Aphrodite veel te bekent in zijn oren klinkt.

"Heb je al enig idee wie je moeder is?" Vraag ik dan ook. Hij kijkt me aan. "Jij wel he?" Vraagt hij. Ik knik. "Aphrodite he?" Vraagt hij. Ik knik opnieuw. Hij lacht een beetje. Hij komt dichterbij en fluistert in mijn oor: "ben je daarom voor me gevallen?". Het was een grapje natuurlijk dus we lachen een beetje. De mensen van de Hermes tafel kijken naar ons. Een blonde jongen met een vieze grijns op zijn gezicht( die eigenlijk alle kinderen aan die tafel hadden) keek ons aan. "Zo" zij hij. "Jullie zijn de nieuw komers".
"Ja blijkbaar" zegt Miles een beetje ongemakkelijk. "Nou welkom" lacht hij. "Ik ben Jonas cooper, hoofd van Hermes. Jullie zijn welkom zolang jullie willen bij Hermes". Hij komt nu wat dichterbij alsof hij iets wilt fluisteren. "Maar kijk wel uit. Hou je kostbare spullen dicht bij je, want mijn broers en zussen halen de buit snel binnen".
Ik glimlach. "Dat gaat niet gebeuren hoor" zeg ik grijnzend. Vliegensvlug haal ik mijn voet naar zijn broekzak onder de tafel uit. Zonder dat hij het merkt valt er een verboden nokia uit zijn zak en ik schuif hem met mijn voeten onder mijn kont. Dan pak ik hem met mijn handen. "Ik heb ook zo mijn trucjes" zeg ik dan en ik haal de telefoon boven de tafel. Thanks Hermes, denk ik dan. En dank je mam trouwens ook. Hij kijkt me met grote ogen aan. "Hoe...? Doe weg anders ziet MrD (Dionysus) het nog!" Miles en ik barsten in lachen uit en Jonas probeert de telefoon te pakken. "Uhuhuh" zeg ik. "Alleen als Miles en ik hem mogen gebruiken". Hij gaat weer zitten en kijkt me aan. "Goed dan" zegt hij. "Na het eten". Als grapje stop ik de Nokia in mijn bh. Jonas kijkt boos naar me maar de rest van de tafel is hard aan het lachen.

We hebben veel vrienden gemaakt die avond aan tafel. Uiteindelijk kwam Polly er bij zitten en ik heb besloten dat ik haar heel lief vind. En ze weet alles over me dus moet ik haar dicht bij me houden. Alex kwam er ook bij. Ik zag nu pas hoe hij zich in had gehouden met eten toen hij met Miles en ik op school zat. Hij vrat als een, nouja als een geit wat  hij in feiten ook is. Het was een van de beste avondmalen van mijn leven maar het gevoel van verraad tegen mijn moeder brande nogsteeds in mijn keel. Wat zal ze nu doen? Me vermoorden? Er is toch niks ergs gebeurd. Ik heb alleen vrienden gemaakt die weten hoe het is om zo te zijn. Maar ze zijn niet zoals ik. Zij zijn geen zonde.

"Nu is het tijd voor het kampvuur!" Zegt MrD. Dat is de eerste keer dat ik hem opgewonden zie. Waarschijnlijk omdat hij ook de God van de vreugde is en het kampvuur niet een kampvuur maar een vreugde vuur is. We lopen met zijn alle naar het veld met de canbines. Midden op het veld staat een enorme vuurkorf met daaromheen banken. Iedereen gaat zitten en een paar kinderen delen stokken en marshmallow's uit. Miles en ik zitten tegen elkaar aan. MrD zwaait met zijn hand en er komen groene vlammen uit de blokken hout. "Wow" zegt Miles en ik glimlach. Ik hou ervan dat alles de eerste keer is bij hem. Het hele kamp begint te zingen terwijl iedereen marshmallows roostert. Het vuur komt hoger als we harder zingen en het verandert van kleur. Van groen naar rood naar blauw naar roze naar paars en weer naar groen. Degene die het meest aan het genieten is is toch wel MrD. Hij heeft zijn ogen dicht en staat uitbundig te dirigeren. dan is het lied voorbij en de vlammen zakken van toch wel de 12 meter die ze hadden berijkt. Iedereen is buiten adem en er klinkt een luid gelach van alle kampers. Dan loopt (of wat je dat ook noemt) Chiron naar het midden en zegt dat Miles en ik moeten  gaan staan. We gaan hand in hand staan en een paar kinderen van Aphrodite roepen ahhww naar ons. "Namens iedereen van kamp halfbloed heten we dit prachtige koppel welkom!" Schreeuwt hij. Dan verschijnt er iets glimmende boven het hoofd van Miles. Ik besef dat het ding boven zijn hoofd niet glimt maar hij zelf. Hij is nog knapper dan normaal. Zijn haar is voor de verandering gekamt en hangt losjes over zijn donker bruine ogen. En die ogen; ze schitteren. Ze zijn niet alleen donker bruin maar ook fel groen en diep bruin. En zijn gezicht is niet een gezicht van een knap jongetje meer nee hij is een man. Boven zijn hoofd vliegt een duif.
"heil Miles jameson" zegt Chiron plechtig. "Zoon van Aphrodite, godin van de liefde en schoonheid".
Miles kijkt verbaast naar boven en dan naar mij. Het lijkt alsof er niemand meer is rond het kampvuur. Hij drukt me tegen zich aan. Ik voel zijn hart kloppen van opwinding. "Kus me" zegt hij. Hij gebruikt toverspraak en ik verzet me niet. Ik zoen hem uitbundig. De kinderen van Aphrodite kijken allemaal ons vol bewondering aan en beginnen weer te ahwen. De andere kinderen zeggen gewoon jak.
Dan draait Chiron zich naar mij. "En Amartia Marten" zegt hij. Ik kijk op als hij mijn hele naam gebruikt. Een paar kinderen van Athene fluisteren met elkaar en ik weet dat ze het hebben over de betekenis van mijn naam. "Jouw ouder is nog niet bekent" zegt hij. "Maar dat komt nog wel!" Schreeuwt Jonas in de verte. "Ja, uh dat komt nog wel" zegt Chiron. "Nu allemaal naar bed, morgen gaan we gewoon weer trainen. En vergeet niet, overmorgen vlaggen roof!". Ik hoor een luid gejuich vanuit de banken. Miles loopt naar me toe. "Vlaggen roof?" Vraagt hij met een frons. "Ja dan gaan we met zijn alle naar dat bos daar en dan maken we twee teams" zegt Alex die er bij is komen staan. "Dan krijg je per team een vlag en dan verstop je hem ergens. En dan word het knokken tot een team de vlag van de andere heeft tepakken!". Hij is enthousiast.
"Wat bedoel je met knokken?" Zegt Miles bezorgt? "Ohw je weet wel zwaardvechten enzo, nou k'zie jullie laters he!"
Miles draait zich om naar mij. "Zwaard vechten? Ik dacht dat ik deze twee dolken voor de sier had gekozen!" Zegt hij. Ik leg mijn handen op zijn wangen. "Geen zorgen, je bent vast een natuur talent".

Dochter van Hera//Percy Jackson fanfictionTahanan ng mga kuwento. Tumuklas ngayon