24. Ik hou een show voor de goden

89 8 0
                                    

Zonder ook maar te aarzelen loop ik naar voor in de troonzaal. Miles Polly en Alex lopen achter me aan. Voor de kooi stop ik en ik ga op mijn knieën zitten. Hera hangt tussen de zilveren tralies naar ons te kijken terwijl we met zijn vieren in een kringetje rond de spullen zitten, die we nodig hebben.
Ik sluit alles om me heen af en laat mijn handen het werk doen. Ik pak de homp nogsteeds bebloed ijzer, die ik heb gestolen van de draak van Nemea. ik pak het vuur van de chimeara en de mal voor de sleutel die Miles uit het ei van de tweekoppige hond orthus heeft gehaald. Ik maak het bakje open waar vlammen uit op bloeien. Ik leg de homp ijzer erin. Ik doe geen moeite om het vuur met mijn handen te vermijden want ik verbrand toch niet. Ik kijk vanuit mijn ooghoek naar hephaistos, die iets beter op het puntje van zijn stoel gaat zitten. Met mijn vuurvaste handen voel ik in het bakje om te weten of het ijzer al gesmolten is. De hete vloeistof blijft aan mijn vingers plakken als ik hem erin doop.
"Nog een minuut helden" zegt Zeus die weer op zijn bliksem troon is gaan zitten. Ik kijk naar Miles die nogsteeds zijn moeder aanstaart en naar Polly die er alles aandoet om een blik van haar vader Apollo te vermijden. Alex kijkt me bang aan als ik het gesmolten ijzer in de mal giet. De mal wordt meteen rood van de hitte. Ik heb niet genoeg tijd om hem te laten afkoelen. Ik kijk mijn moeder aan en zij kijkt ook bang. Ik scan de ruimte voor iets dat ik kan gebruiken om de sleutel af te koelen. Rond de troon van Poseidon, die op zijn vissers stoel zit met zijn machtige drietand, stroomt een klein beekje met helder water. Ik weet niet of ik de kracht erover heb maar ik kan het proberen. Ik strek mijn arm richting het water en laat een plas omhoog komen. Het werkt.
"He!" Zegt Poseidon, maar hij is net te laat om me tegen te houden en het water valt met een klets op de sleutel. Voordat ik heb uit de mal haal sist hij nog even, maar dan is hij klaar.
"10 seconden" zegt Zeus.
Met gehaaste vingers pak ik de sleutel en sta op. Ik frik de sleutel in het slot en weet hem net optijd te openen. De deur zwaait open en mijn moeder stapt meteen eruit. Alsof ze bang is dat de kooi haar weer meeneemt. Er valt een stilte in heel Olympus. Ik hoor nergens meer Grieks gezang en geen God neemt nog een slok wijn. Alle twaalf de goden kijken me aan. Artemis en Demeter kijken vol bewondering naar mijn handen. Waarschijnlijk omdat het ze niet veel uitmaakt. Aphrodite en Apollo daarentegen..... die kijken me arrogant aan. Apollo omdat ik zijn spel heb gewonnen. Ik heb zijn eigen spel gewonnen en dat was niet de bedoeling. Maar Aphrodite.... de enige reden waarom zij me niet zou mogen is Miles. En als dat zo is dan zijn we allebei niet heel veilig in de liefde.
Zeus schud zijn hoofd en kijkt naar beneden.
"Den symfono" zegt Zeus. Ik weet wat hij zegt. Hij is het er niet mee eens. Een blok van nerveusheid valt in mijn maag en ik kijk mijn moeder aan die het zelfde voelt. Ze is zo liefde vol vandaag. Dan doet ze iets wat ik nooit had verwacht. Ze pakt mijn hand en knijpt. Ik knijp terug.
"Eerlijk is eerlijk" zegt een vrouw op een van de tronen. Ze heeft rusteloze grijze ogen. Ik voel de wijsheid van haar afstralen en ik heb meteen zin in algebra.
"Laat haar vrij" zegt Athena. "Niet dat ik er blij mee ben. Ik ben er zeker van dat de dochter van onze koningin een schande en een gevaar is. Maar deal is deal, zelfs op Olympus".
Zeus kijkt haar aan en knikt.
"Nee nee nee vadertje, je kan haar toch niet zomaar los laten lopen? Ze is een schande en niet dat ik er blij mee ben maar mischien wel gevaarlijk" Zegt de meest irritante stem die ik ooit in mijn leven heb gehoord.
"Apollo, stop met spreken, je hebt al genoeg fouten gemaakt door te vertrouwen dat ze het niet zou halen".
"Ik ben het met hem eens" zegt de mooiste van ze allemaal. Bij de woorden van Aphrodite zie ik Athena en Hera al in elkaar krimpen van irritatie.
"Ze zal een gevaar zijn voor ons allemaal!" Zegt ze. Een paar goden knikken instemmend en een paar schudden nee.
"Ik zal Olympus nooit kwaad doen" zeg ik en ik verhef mijn stem.
"Jullie godheden zijn de rede van mijn krachten, en daar ben ik jullie dankbaar voor. Ik kan mijn delen Van jullie niet terugkeren en ik kan ook niet beloven dat ik ze nooit meer ga gebruiken. Het spijt me maar ze zijn een deel van me geworden. Laat me nu vrij, zoals belooft en ik zal een model held zijn". Er valt een stilte als ik klaar ben. Dat gebeurt nu wel veel. Ik knijp nog wat harder in mijn moeders hand. Onze relatie is anders dan die van andere goden met hun kinderen. We hebben bijna een menselijke moeder dochter band.
"Met een voorwaarde" zegt Zeus.
"Wat dan broer?" Vraagt Poseidon.
"Geef een stukje terug, ook al gaat het element dan niet terug, hebben we wel een stukje kracht dat gestolen is gekregen. Dan is de straf van jullie allebei opgeheven". ik weet wat ik moet doen. Ik moet aan ze allemaal iets laten zien of geven.
Ik knik en laat mijn moeder los. Ik loop naar de allerlaatste stoel van de linkeruiteinde van de u. Die is leeg want die is van MrD en die is verbannen naar kamphalfbloed. Op die ernaast zit Hephaistos. De grote manke man gaat op het puntje van zijn gigantische stoel zitten als ik op de marmeren stenen een vuurtje stook. Het vuur vloeit uit mijn vingers en dans op de stenen. Ik kijk naar boven en hij knikt. Ik voel een cirkel op mijn rug branden. Dat is nog nooit gebeurt. Ik laat het gewoon zitten en loop naar de stoel tegen over. Demeter. Ik ga ook voor haar staan en laat een boterbloempje uit de grond ontkiemen. weer een steek ik mijn rug. Met een glimlach kijkt ze me aan. Op de stoel ernaast zit Ares. Hij kijkt me uitdagend aan en ik zie oorlog in zijn ogen.
Ik loop naar mijn rugzak, haal het mes dat ik van Hera heb gekregen en leg hem op de grond. Hij kijkt ernaar en kijkt naar mij. Steek. Ik loop door naar Hermes, die net zoals Jonas en Tony een ondeugende glimlach heeft. Hem heb ik laatst nog gezien in mijn droom. Ik heb eigenlijk geen idee wat ik aan hem moet geven. Dan heb ik een idee. Ik voel in mijn kont zak en hoop vurig dat Jonas zijn Nokia er nog inzit. En ja hoor. Mijn vingers sluiten zicht over het wegwerp telefoontje en ik haal hem eruit. Ik gooi hem naar Hermes. Voor hem is hij zo groot als een vlieg maar hij vangt hem wel. Hij knikt ook. Dan loop ik weer tegen over hem naar Artemis. De jonge godin zit verwachtingsvol naar me te staren. Ik zie haar hinde rond haar stoel dansen. Ik weet niet waarom maar de hinde is wel in menselijke maat.
"Kom hier, kleine hinde" zeg ik in mijn hoofd tegen het diertje. Ze komt meteen naar me toe galopperen en laat me haar aaien. Artemis kijkt tevreden en ik loop door naar Apollo. Ik moet een pijl schieten. Ik maak van mijn armband mijn boog en span een pijl. Ik richt hem op zijn rechterneusgat en laat de pijl vliegen. hij schiet diep ik zijn neus en er verschijnt een glimlacht op mijn gezicht. Eigen schuld.
"Aasasrrrrrrghhg jij vuile vieze heldin!" Schreeuwt hij. Ik hoor Polly grinniken en Apollo geeft haar een vuile blik. Ik loop weer verder, nu naar Aphrodite. De godin kijkt me arrogant aan. Ik pak een pijl en snij een stukje van mijn haar waar ik zo bekend omsta af. Ik leg hem bij haar perfecte voeten. Zonder haar toestemming ga ik verder naar Athena. Hier weet ik niet zo goed wat ik moet doen. Ik kan niet zomaar slim laten zien. "Ik weet het" zeg ik dan. Ze knikt en ik ga verder. Athena hoef ik niks te geven. Zij is de wijsheid haarzelf en heeft niks dat je kan vasthouden nodig als bewijs. Behalve een olijfboom misschien. De volgende God is poseidon. Zijn beekje die ik volledig heb uitgedroogd voor de sleutel staat nogsteeds leeg. Het eerlijkst lijkt me dus om hem weer vil te laten stromen. Ik voel dat er een water bron niet heel ver is. Ik sluit mijn ogen en laat het beekje zicht weer vullen.
Nu pas stroomt er een beetje bloed uit mijn neus. Waarschijnlijk zo laat pas omdat de macht op Olympus zoveel effect heeft. Ik haal het weg met de rug van mijn hand en veeg het aan mijn spijkerbroek. Ik loop nu naar Zeus.
"Hades is er natuurlijk niet, maar ik denk dat ik hem ook niks hoef te geven" zeg ik tegen de oppergod.
"Daar heb je gelijk in" zegt Athena.
Ik ga voor Zeus staan die er niet uitziet alsof hij echt veel verwacht. Maar ik doe het toch. Ik strek allebij mijn armen naar de lucht en voel de bliksem boven ons vechten met de donder. Dan stromen de bliksem schichten naar beneden door Zeus heen. Hij is aan het genieten. Hij kijkt naar boven, alsof hij wordt opgeladen. Als er een einde aankomt stopt hij met genieten en mijn knieën knikken. Miles komt naar me toe lopen.
"Gaat het?" Vraagt hij in mijn oor terwijl hij me vasthoud. "Ja" zeg ik en ik ga weer stevig op mijn voeten staan.
"Mogen we nu gaan?" Vraag ik aan de goden. sommige aarzelen.
"Jullie zijn vrij om te vertrekken" zegt Zeus. Ik knik dankbaar naar mijn, uhh stiefvader en loop samen met Miles richting de deur. Mijn moeder staat daar nogsteeds.
voordat ik de deur uitloop loop ik nog maar haar toe.
"Dankje amartia" zegt ze.
"Ja"
Ik loop samen met mijn vrienden de deur uit. Hand ik hand met Miles lopen we over het stenen pad van Olympus af, terug naar de gewone wereld. Maar eigenlijk niet een gewone wereld. Voor mij in elk geval niet. Want voor mij is al het gedoe met mijn moeder voorbij, en de goden sturen geen monsters meer. Ik ben nu een gewone halfbloed, met een halfbloed vriendje, opweg naar het halfbloed zomerkamp.

Dochter van Hera//Percy Jackson fanfictionWhere stories live. Discover now