7. Ik krijg bezoek van een god in een hawaii zwembroek

145 10 6
                                    

Die avond ben ik niet naar de kantine gegaan om te eten. Ik besluit gebruik te maken van de telefoon van Jonas en bel mijn vader.
"Waar ben je Tia?"  Vraagt hij na een hoop ge hallo en ben je oke.
"Ik ben in...in" stamel ik.
"Je bent toch niet in kamp halfbloed" vraagt hij nerveus. Ook hij weet alles over Griekse goden en Hera.
"Sorry pappa, ik moest wel met Miles mee maar nu... nu is het allemaal verpest". Ik snik. Ik weet niet of Miles boos op me is omdat ik mijn controle verloor.
" maar Hera dan, kindje?" Zegt hij. Hij is ook bang voor haar en Zeus.
"Ze heeft met me gepraat ik mijn droom" antwoord ik. "Ze heeft me neergestoken op een strand".
"Nou dat is niet goed. Luister meisjtrrggrtrr...." de telefoon ruist en de verbinding is verbroken. Gefrustreerd kijk ik op het schermpje. Beltegoed is op, staat erop. Ik smijt de Nokia naast me neer op het strand. Het is dezelfde plek als waar Hera me had neer gestoken.
Ik blijf zitten tot het donker word.

Uiteindelijk komt Alex aan gelopen. Hij gaat naast me zitten en duwt met zijn schouder tegen de mijne. "Miles is niet boos weetje" zegt hij. En hij kijkt met me over het water. Ik kijk hem aan. "Echt niet?" Zeg ik verbaast.
"Nee echt niet" zegt Alex. "Hij is alleen geschrokken, dat is alles. En ik ook trouwens."
Ik kijk naar het water .
"Je bent toch niet bang voor me he?" Vraag ik best wel bang.
"Misschien in dat moment wel....Tia het leek alsof je iedereen om je heen wilde vermoorden".
Ik laat mijn hoofd zakken. Dat was niet de bedoeling, zeker niet.
"Je moet gewoon morgen, met de vlaggen roof, niet doordraaien. Je leert wel hoe je niet mensen...uh...perongeluk  verwond" zegt Alex en lacht een beetje. Shit denk ik. Ik had helemaal niet meer aan die vlaggen roof gedacht. Ik moet me normaal houden en de controle niet verliezen.
"Ik ga hem wieberen" zegt Alex.
"Ik blijf nog even zitten" zeg ik.
"Oké" zegt Alex en hij loopt terug naar het kamp.

Ik kijk nog een keer over het water. Ik kijk naar de horizon waar de zon op het punt staat om te verdwijnen. Tot mijn verbazing plopt hij in een keer weg. Maar dat is niet het raarste. In de verte komt een geel puntje steeds dichter bij. Het is een motor die licht uitstraalt, als de zon. Er zit iemand op. Een man die op zijn motor over het helderblauwe water scheert. Dan uit eindelijk komt hij aan bij het strand waar ik al was opgestaan. Hij slipt een beetje en remt schuin voor me.
De man is zo een typische blonde strand hanger uit Miami. Hij is bruin gebrand en heeft een rayband zonebril op. Hij heeft een Hawaï blouse aan en een niet heel erg matchende Hawaï zwembroek.
"Zo" zegt hij en hij stapt van zijn motor. Hij gaat voor me staan op zijn stoffen slippers en doet nonchalant zijn zonnebril af alleen gaat het niet heel nonchalant want hij prikt met het voetje van zijn bril in zijn oog. Hij stapt dicht bij me  en ik deins een beetje achteruit.

"Dus jij bent de oh zo 'machtige' Amartia." Zegt hij op een treiterende toon. "Ik ben natuurlijk.."
"Apollo" zeg ik. Ik had veel van mijn moeder gehoord over deze irritante God.
"Goed hoor Amartia" zegt hij. Mijn hart bonst in mijn keel. Ik probeer wakker te worden uit deze nachtmerrie maar ik weet dat dat hopeloos is want ik ben gewoon wakker. Blijkbaar is de angst van mijn gezicht te lezen.
"Oh haha kijk hoe bang ze is" zegt Apollo.
" en je hebt de redenen ja want ik weet alles over jou en je moeder".
Ik voel een brok in mijn keel. Ik weet oprecht niet wat ik moet doen en ik voel zweet langs mijn nek naar beneden lopen. "Je lijkt wel op d'r maar eerlijk gezegd vindt ik jou knapper" zegt hij. "En he, dat is een compliment want Hera is niet lelijk" hij komt naar mijn oor alsof hij iets wil fluisteren. "Voor haar leeftijd" zegt hij en hij buldert van het lachen om zijn eigen grap. Als hij uitgelachen is kijkt hij weer serieus,wat niet heel serieus is, en hij begint weer met praten. "Je snapt wel dat ik niet heel blij bent met jou". Hij kijkt me vies aan. "Maar jouwn bestaan is ook hilarisch en daar hou ik wel van".
"Du..dus de andere goden weten niet dat ik besta?" Stamel ik voorzichtig.
"HAHA neejoh dan zou deze heuvel lang geraakt zijn door bliksem en heel wat andere natuur rampen. Nee nee jou ooms en tantes weten nog van niks". Ik zucht. "Maar ho ho niet te snel opgelucht zijn" zegt hij opgewonden. "Ik ben nog lang niet klaar met je. Zie je, uiteindelijk moet ik de goden wel vertellen over jouw bestaan maar eerst wil ik met je spelen. Ik hou namelijk van spelletjes, vooral als stervelingen de pionnetjes zijn". Hij wrijft in zijn handen.
"Wat nou als ik een deal probeer te sluiten met de goden. Als ze eenmaal weten van jou bestaan en weten dat je al onze krachten hebt wat in feite betekent dat je sterker bent dan ons willen ze je zonder twijfel onthoofden of ontlijfen".
Ik kijk hem raar aan. "Ze willen gewoon je hoofd op de tafel van het avondmaal" zegt hij geïrriteerd. "Maar ik kan ook tegen mijn liefste vadertje Zeus zeggen dat hij payback moet geven. Want Hera heeft al zijn zoons en dochters getreiterd met verschrikkelijke opdrachten en queesten. Dus waarom zou hij niet hetzelfde doen?". Zelf voldaan kijkt hij me aan.
"Dat gaat niet werken" zeg ik. " voordat ik ook maar iets voor Zeus kan doen heeft Hera al een dolk in mijn hard gestoken". Hij kijkt me lachend aan. " oh nee dat gaat niet gebeuren. Zeus laat dit niet zo makkelijk gaan. Hij sluit Hera gewoon op in Olympus. Ja Amartia, ik zou maar bang zijn want van dit mooie gezichtje gaat niet veel meer over zijn na de payback van Zeus". Hij slaat me op mijn wang en gaat op zijn motor zitten.
"Ga je het ze nu vertellen?" Vraag ik nog snel met tranen in mijn ogen.
"Nee joh, wat is daar leuk aan. Ik geef ze gewoon allemaal de tip om morgen naar een potje vlaggen roof te kijken. Dan knoei ik met je controle en dan, poef ben je exposed".
"En wat als ik niet speel?"
" oh dat is heel simpel" zegt hij.
"Dan is Miles dood".

Dochter van Hera//Percy Jackson fanfictionWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu