|Hoofdstuk 15|

278 24 22
                                    

"It was at that moment she didn't have any quotes left."

_Hoofdstuk: vijftien_

'Weet je, hij was het niet waard.'

Verward keek ik naar Ryhael, die dit keer de stilte verbrak. Hij zuchtte en keek me aan met zijn nu vermoeide ogen. 'Je vriendje. Je verdient beter dan hem. Hij zou-'

'Ik weet het. Je hoeft het me niet te vertellen,' zei ik geïrriteerd. Ik wilde het nu niet over Angelo hebben. Het zou me alleen maar bozer en verdrietiger maken.

Ryhael perste zijn lippen op elkaar om niets meer te zeggen en draaide zich om.

En het werd weer stil.

'Ik denk eigenlijk dat we een uitweg moeten vinden.' zei hij niet lang daarna. Hij stond op, klopte zijn broek af en keek om zich heen. 'Zullen we naar beneden gaan?'

'Waar wil je heen? Het sneeuwt daar en ik heb niet eens schoenen!'

Hij keek naar mijn blote voeten met een frons, maar al snel lichtte zijn ogen op en ik dacht bijna dat hij "Eureka" zou roepen.

Jammer deed hij dat niet.

Hij pakte mijn handen vast en trok me overeind. 'Waar-'

'Naar binnen. In de kamer waar vroeger vermoedelijk een vuurtorenwachter verbleef. Misschien vinden we daar schoenen of kleding.' Nu keek hij mijn kleding ook aan alsof het vuilniszakken waren.

'Wie draagt er tegenwoordig zo weinig kleding?' mompelde hij onder zijn adem, terwijl hij voor me liep.

Ik vouwde mijn armen over elkaar en stompte achter hem aan. 'Ik was aan het slapen! Wat, dacht je dat ik met een spijkerbroek en hoodie slaap?'

Hij negeerde me.

Er was inderdaad een kleine, muffe kamer. Een bed aan de ene kant, een kleine kast aan de andere kant. Naast de deur een bureau waarop boeken en papieren stonden.

Klein. Zakelijk.

Ryhael maakte de kast open en glimlachte alsof hij de loterij had gewonnen en haalde er een joggingsbroek en vest uit. Hij gooide ze naar mij toe en ik keek met horror naar de te grote kledingstukken.

'Dit gaat mij nooit passen.'

'Je hebt het niet eens aan gehad-'

'Geef me je kleding.' zei ik en vouwde mijn armen weer over elkaar.

Hij keek me weer aan alsof ik gek geworden was.

'Ik ga je niet mijn kleding geven. Punt uit.'

○●○●○●○●○●○

'Waarom heb ik hier ook al weer ja op gezegd?' mompelde Ryhael geïrriteerd, terwijl hij de lintjes van de joggingsbroek zo strak mogelijk aan probeerde te trekken. Zijn heupen waren zo smal dat elke keer dat hij de joggingsbroek had gebonden, het toch iets naar beneden zakte.

...waardoor ik elke keer een stuk van zijn V-line kon zien. Ik probeerde elke keer mijn blik af te wenden, maar ik was zo gefascineerd dat ik het niet kon.

|| Nephilim || Where stories live. Discover now