Hoofdstuk 10

198 17 0
                                    

POV Javen

Ik had iemand nodig, dat besefte ik me nu. Iemand die sterk genoeg was om mij omhoog te trekken uit het gat dat ik voor mezelf had gegraven. Het gat dat iedere dag nog dieper leek te worden. Nog moeilijker om uit te ontsnappen en nog moeilijker om het licht van boven te zien.

Was Alyce sterk genoeg om dat voor elkaar te krijgen? Dat wist ik niet. Ik durfde niet te hopen, ondanks dat ze zo haar best leek te doen. Het zou zwaar worden. Het kleine beetje hoop die ik voelde gaf me moed, maar ook extra zorgen. Want wat als ik er bijna was, maar zij mijn hand losliet? Dat was de grootste angst die ik voelde. Het vreselijke eind die ik weer naar beneden zou vallen.

We hadden nog enkele uren aan de rand van de zee gestaan. Ze had niets gezegd. Ik ook niet. Na alles wat ik haar had verteld voelde ik me breekbaarder dan ik me in een lange tijd had gevoeld. Ze had er niet op gereageerd, waardoor ik me afvroeg of ze me wel begreep. Tegelijkertijd waren er geen woorden om te reageren op de pijn die ik had geuit. Ik was blij met de stilte, die me de tijd gaf om dingen voor mezelf op een rijtje te zetten.

We waren samen teruggelopen. Ik naar huis, zij naar haar vakantiehuisje. Dat was iets wat ik nooit mocht vergeten. Ze zou vertrekken, hoe goed ze me daarvoor ook had geholpen. Misschien zag ze dit als een vakantie-bezigheid. Iets om de tijd mee te verdrijven. Als dat zo was, dan zou ze vertrekken en geen contact meer met me willen. Als dat niet zo was, dan was het des te pijnlijker om haar te zien vertrekken, wetende dat ons contact zou verwateren door de afstand.

De muren die ik om mezelf heen had gebouwd waren dik, hoog en stevig. Alyce had een kier gevonden waar ze doorheen kon kijken. Dat was nooit de bedoeling geweest, maar nu kon ik haar niet langer stoppen.

Het was nu ochtend. De zon scheen mijn kamer binnen terwijl ik door het raam naar buiten keek. Mijn kamer verwarmde met de tijd die verstreek

Alyce liep daar. Het verbaasde me dat iemand die 's nachts de rust van de buitenlucht opzocht overdag zo'n ander persoon kon zijn. Ze lachte naar haar ouders en liep van hen weg naar de zee. Nu ik wist dat het er zat, zag ik een donker vlekje op haar handpalm.

Een zachte klop op de deur trok mijn aandacht. Wetende dat Alyce was vertrokken naar het strand, kon dat maar één iemand zijn.

'Kom maar binnen pap,' riep ik richting de deur. Ik draaide me weg van het raam en de deur opende.

Mijn vader stond daar, met een onzekere blik. Zijn voeten schuifelden wat over de grond. 'Ik ben van plan om de familie Denton uit te nodigen voor avondeten.' Hij moest de verwarde blik op mijn gezicht gezien hebben toen hij toevoegde: 'Alyce en haar ouders.'

Ik kromp ineen. Het was al moeilijk genoeg dat ik steun leek te vinden bij een meisje omdat mijn vader haar naar me toe had gestuurd. Het voelde slecht om hierin mee te gaan. Dit was niet uit zichzelf ontstaan, hier had hij voor gezorgd. Ik wilde al helemaal niet dat hij daar verder mee zou gaan.

'Nee,' antwoordde ik daarom bot. 'Ik heb geen behoefte aan die mensen in ons huis.' Hij hoefde niet te weten dat ik met Alyce had gesproken. Hij hoefde niets te weten en hij moest zich er niet de hele tijd mee bemoeien.

Mijn vader zuchtte en stapte verder mijn kamer binnen. 'Geef haar een kans,' smeekte hij me bijna. 'Ik denk dat zij een van de weinige personen is die je oprecht kan helpen. Geef haar alsjeblieft een kans.' Zijn stem kraakte.

Ik haatte het als dit gebeurde. Als hij zijn verdriet uitte voor mij. Het was niet eerlijk, want het was allemaal mijn schuld. Zonder mij had hij dit verdriet nooit hoeven voelen. Dan was ze er nog geweest.

Daarom ging ik toch akkoord. 'Oké.'

~

Een zachte klop op de deur kondigde die avond de aankomst aan van de familie Denton. Ik zat samen met Haley al aan tafel. Ze had haar goudblonde haar, de kleur die we beiden van onze moeder hadden gekregen, ingevlochten naar achteren. Soms vergat ik hoe artistiek ze was. Vroeger hield ze altijd van schilderen en ze kon de mooiste dingen maken. Dat was vaak terug te zien in hoe ze haar haren opstak.

Mijn vader kwam door het huis naar de veranda gelopen. Het was te warm om binnen te eten, maar dat was het bijna iedere dag. Achter hem liepen Alyce haar ouders. Op de haarkleur na leek ze op haar moeder, die met een voorzichtige glimlach verder liep. Haar vader liep vlak naast de vrouw. Het was altijd pijnlijk om een gezin op die manier gelukkig te zien. Tot ik echt in hun ogen keek. Er school iets, iets wat ik niet kon thuisbrengen.

Alyce kwam vlak na hen binnengelopen. Haar blik viel op mij en ze glimlachte vriendelijk. Ik kreeg het niet voor elkaar om haar dezelfde vriendelijke glimlach te geven. Deze hele situatie was vreselijk. Net toen ik ervoor had gekozen mezelf open te stellen naar haar, besloot mijn vader zich er weer mee te bemoeien.

'Ga zitten,' wenkte mijn vader hen naar de tafel. 'Dit zijn mijn zoon Javen en mijn dochter Haley.' Hij stelde ons op een trotse manier voor, maar soms vroeg ik me af of dat allemaal gespeeld was. Wij waren geen kinderen om trots op te zijn.

Alyce nam behoedzaam plaats voor me. 'Die vlecht is prachtig,' complimenteerde ze mijn zusje. Ondanks dat ze zich duidelijk ongemakkelijk voelde, deed ze haar best om vriendelijk te zijn.

Haley was niet onder de indruk en negeerde Alyce volkomen. 'Ik ga drinken halen,' deelde ze mee aan mijn vader, waarna ze opstond en vertrok.

Alyce kromp zichtbaar ineen. Ik kreeg de neiging om haar gerust te stellen, haar te vertellen dat Haley niet gewend was aan bezoek. Misschien was het een geruststelling en een verdediging voor mijn zusje tegelijkertijd. Alleen Alyce zei geen woord over wat er zojuist gebeurde, dus ik deed het ook niet.

'Jij ziet er ook prachtig uit Alyce,' probeerde mijn vader er duidelijk nog iets van te maken. Ze droeg een lange jurk die reikte tot haar voeten. 'Als je je comfortabeler voelt in een korte broek had het ook goed geweest. Jullie zijn natuurlijk op vakantie.' Hij lachte vriendelijk. Dit was mijn vader, die altijd onhandig probeerde om de sfeer wat te verbeteren.

Hij was ook onhandig genoeg om de lichte reactie die dit bij Alyce veroorzaakte niet op te merken. Ik wel, want ik herkende de signalen. Pijn en verdriet.

Going OutDonde viven las historias. Descúbrelo ahora