Hoofdstuk 25

954 76 9
                                    

Mijn ouders stapte als eerste binnen en het bovenste belletje aan de deur rinkelde vrolijk. Verward keek mijn vader naar boven, zijn ogen vertrokken als spleetjes maar toen hij de oorzaak van het gerinkel had gevonden werd zijn blik weer neutraal. Mijn vader hield de deur open zodat wij nog naar binnen konden maar toch was het Lucas die de deur over moest nemen en deze moest sluiten.

Mijn vader snoof en keek geérgerd rond. "Veel te modern.." Waren zijn minachtte woorden. Mijn moeder knikte ter antwoord al wist ik dat ze het er niet mee eens was. Ik zag het in haat ogen en ik herinnerde me de woorden van mijn moeder nog goed toen ze het hier op knapte. "Dat zal Gadara goed doen, al dat ouderwetse.. Dadelijk lopen we met alles achter.."

Ik grinnikte hierom en mijn vader keek me met opgetrokken wenkbrauw aan maar ik keek al rond. De zaak was volledig van hout aan de binnen kant met overal rekken waar kledingstukken hingen. Een grote vierkante toonbank  in het midden van de zaak en geheel achterin waren kleedhokken. Toch hadden ze in de hoek van de zaak vlakbij de kleedhokken een klein vierkant plateau omringt met spiegels. Voor het plateau stonden twee luxe rode zetels van stof. In de rode stof zat hier en daar een geheel fijn patroon in verwerkt met goud maar als je er in op zo letten, zou je hem ook niet zien.

Mikeala werd neergezet en ze rende gelijk al gillend en tierend van vreugde door de zaak heen zoals ze gewend was maar stopte abrupt toen ze de afkeurende blik van onze vader zag. Schuldig staarde ze naar beneden en verstopte ze zich half achter de over volle kledingrekken. Voor een moment beet ik even op mijn onderlip, vechtend tegen de drang om uit te vallen naar mijn vader. Iets wat ik tot heden nooit had gedaan of had gedurfd.

De ongemakkelijke stilte werd verbroken toen een middelbare man met strak getrokken grijze lokken wiens scheiding van de kam nog altijd goed te zien was, naar voren trad. "Goedemorgen mijn heer, waar kan ik u mee van dienst zijn?" vroeg hij op een slijmerige ondertoon. Zijn stem klonk krasserig als die van een kraai. Het verklaarde wel zijn zwarte irissen waardoor het leek alsof hij mijn vader met kraaloogjes aanstaarde. "Mijn kinderen en vrouw hebben klederijen nodig voor het jaarlijkse evenement." Zei hij met zoveel soepelheid alsof het iets was wat we dagelijks deden. De man keek mijn vader iets wat dommig aan maar binnen een paar seconde zag ik verandering in zijn ogen. Een teleurstelling dat hij mijn vader niet mocht kleden die even later veranderde in glinsterende smaragden. "Natuurlijk mijn heer, loopt u maar mee. We hebben namelijk nog een zetel voor hoger bezoek, wilt u misschien ook wat wijn?" Begon hij tegen mijn vader. Nog geen enkele keer had hij een blik op ons geworpen. "Rina, Thomas, Tobias, Mira!" Schreeuwde hij vanaf de zijkant naar beneden. Ik kon het niet zien maar ik ging ervan uit dat daar een trap zat. Ik wist dat beneden het atelier was en daarboven was de leefruimte van de familie Alias. Een familie toch zeer bekend en geliefd. Net zoals de familie Savery's, een familie die nu al voor enkele generaties de smeedde werken had overgenomen van Kloris. Een man wiens zwaarden na een enkele slag met het licht tot as verging. Nee, de plaatselijke smid van Gadara was er ver op vooruit gegaan. Ze hadden één van de beste in heel Inferno. Het gehele leger haalde daar zijn wapens of uitrusting. En met drie zonen zou de zaak nog lang niet verloren gaan.

Voor we het wisten stonden er drie kinderen, waarvan twee jongens en één meisje. Alle met zwarte haren en violet kleurige ogen. Behalve de oudste, hij had de spitste neus en kraaienogen van zijn vader geërfd. Ik er van uit dat het meisje met zwarte lange vlechten Mira heten. Lucas schudde gelijk de hand van Thomas en binnen een paar tellen spraken ze al over de oude tijd dat Lucas nog les volgde bij de oude kerk, een plek die nog bezetten was door heksen.. Volgens Lucas dan.

Mikeala schuifelde langzaam vanachter de kleding rekken naar mij toe om zich achter mij schuil te houden en ik streelde haar even door haar haren heen om haar gerust te stellen. "Nou ik denk dat Tobias mij dan maar moet helpen, dan kan Mira Mikeala helpen en Thomas kan Lucas dan helpen." Stelde ik voor. De arendsogen van mijn vader daalde op me neer. "Komt niks van in. Mira kleed jou," Gromde hij. Ik keek hem verbijsterd aan. Snapte hij dan niet dat Mikeala zich schaamde voor haar lichaam. Ze was nog klein en met een vreemde jongen in een hok te staan was alles behalve prettig voor haar. Thomas en Lucas zagen hetzelfde als ik, de pruilende onderlip van Mikeala en de beginnende waterige ogen. Thomas snelde naar Mikeala toe en knielde bij haar neer. "Ik help je dadelijk wel en dan blijf ik buiten wachten tot je omgekleed ben. Oké?"  Zei hij en Mikeala knikte. Ik glimlachte dankbaar naar Thomas terwijl mijn lippen de woorden vormde zonder geluid. Hij glimlachte terug en liep weg met Mikeala. Lucas keek even naar vader die op een zwarte zetel met zilveren patronen zat om vervolgens naar mij te kijken. "Ik zie je straks." Zei hij en ik knikte.
"Ja, ik zie je straks."

----

Hij is korter maar ik probeer op vakantie dus ook stukjes voor jullie te maken echter kunnen ze hierdoor wel korter zijn dan normaal. Maar verwacht niet te veel deze vakantie. Nouja, in mijn vakantie.

Hoop dat jullie het leuk vonden, wat vinden jullie van Lucas? (De afbeelding?)

InfernoWhere stories live. Discover now