Hoofdstuk 42

9.1K 366 8
                                    

'Ik ben nerveus' Zucht Louis.

'Heb je geoefend.. wat je gaat zeggen?'

'Ik heb niks..'

We zitten samen in zijn auto, al ongeveer 10 minuten en we staan nog steeds op Harry's oprit.

'Je bent een paar dagen weggeweest en je weet niet wat je gaat zeggen?'

'Ik kan het gewoon niet. Hoe graag ik ook wil, ik kan geen afscheid van ze nemen' Hij legt zijn hoofd op het stuur.

'Louis, het kom goed. Je kunt in contact met ze blijven via..' Ik denk koortsachtig na. 'brieven' Ik denk aan Harry en zijn ouders.

'Brieven.. Dat is zo..' Zijn stem kraakt. Ik leg mijn hand op zijn rug, hoe kan ik hem troosten. Hij moet zijn familie gaan vertellen dat ze hem nooit meer zien.

'Vertel ze dat je op wereldreis gaat, dat je elke week een brief zal sturen.'

'Ik wil het niet.. maar het moet.'

'Het spijt me Louis als ik nooit dat pad had aangewezen dan was dit allemaal nooit gebeurt. Als ik was thuis gebleven had iedereen nu nog vredig geleefd en het spijt me..' De tranen rollen over mijn wang. Ik veeg ze weg.

'Iedereen, behalve jij'

'Daar zou ik dan mee kunnen leven. Als ik het nog terug kon draaien'

'Dat kan niet Jess, je hoeft je niet schuldig te voelen' Hij gaat weer achterover op zijn stoel zitten.

'Het spijt me' Ik glimlach naar hem. Hij haalt uit zijn broekzak een zak tissues en geeft me er één.

'Hou daar me op, het is allang goed' Hij glimlacht terug.

'Louis, niet lachen. Ze zien je tanden'

'Tanden?' Hij draait de achteruitkijkspiegel naar zijn gezicht en bekijkt zijn gebit. Zijn hoektanden zijn langer geworden dan normaal.

'What the fuck..' Hij gaat er met zijn tong langs. 'Dat was me nog niet eens opgevallen'

'Er is niet zo'n heel groot verschil. je moet gewoon niet glimlachen met je mond open, niet in de buurt komen van eten? Shit.. ze heeft vast een heel diner klaar gemaakt'

'Ze weet niet dat ik kom'

'Het is tweede kerstdag.'

'We zien wel, Jessica. Zolang jij bij mij in de buurt blijft is er niks aan de hand' Een diepe zucht ontsnapt zijn lichaam als hij de auto aanzet en hem van de oprit afrijd.

Het is een korte rit van een kwartiertje . Hoe dichter we bij zijn huis komen hoe zenuwachtiger Louis en ik worden. Honderd keer heeft hij gezegd dat hij wil omdraaien, maar hij moet dit doen.

We rijden een erf op van een boerderijtje. Niet heel groot, maar het past wel bij Louis. Het heeft iets.. Louis-achtigs.

'We zijn er' Hij parkeert de auto en zet de handrem erop.

'Ben je er klaar voor?'

'Nee..'

'Oke, kom dan' Ik maak de deur open en stap uit. Ik wacht op Louis, maar hij blijft zitten.

Ik maak zijn deur open 'Je wilt je familie toch zien?'

'Dit is de laatste keer.. Ik weet het niet' Hij kijkt me verdrietig aan.

'Kom. Het komt goed, lou' Hij haalt de sleutels eruit en stapt uit de auto. Op de oprit staan twee andere auto's en een meisjesfiets.

Louis loopt achter me aan naar de voordeur.

'Adem in, adem uit.' Fluister ik naar hem. Hij knikt en belt aan.

'Louis?' Een vrouw met halflang bruin haar maakt de deur open. Ze kijkt Louis aan alsof ze een geest ziet. Haar ogen worden nat van de tranen.

'Jongens, We hebben hem gevonden! Hij is thuis!' Roept ze naar binnen. Meteen rent er een stoet van mensen naar de voordeur die Louis omhelzen.

'Waar was je nou, we konden je nergens vinden' Vraagt ze

'Ik uhm..' Hij stopt zijn handen in zijn zakken en staart naar zijn schoenen. Twee kleine meisjes van ongeveer 5 jaar hangen aan zijn benen.

'Julia en Sanne, laat Louis even met rust. Hij is net thuis.' De twee meisjes laten los en lopen vrolijk naar binnen.

'En wie is dit mooie meisje?' Ze kijkt me aan, ze heeft dezelfde grijze ogen als louis.

'Jessica, een vriendin van me'

'Oh, leuk je te ontmoeten, Jessica. kom binnen!' Ze houd de deur verder op en loopt naar binnen.

'De vorige keer dat we ergens zo zenuwachtig naar binnen liepen veranderde één van ons in een vampier' fluistert Louis in mijn oor.

'Niet zo zenuwachtig, het is je eigen familie' Fluister ik terug.

Hij haalt zijn schouders op en doet zijn jas uit. Hij helpt me uit mijn jas en hangt ze allebei op.

'Vertel me alsjeblieft waar je hebt uitgehangen. ik heb je zoveel gebeld en gesmst dat ik er scheel van zag'

'Ik was.. Opgepakt' onee..

'Opgepakt?' Zijn moeder houd haar hand voor haar mond.

'Ja, voor iets wat ik achteraf niet gedaan had. Daarom ben ik nu vrij'

'Waarom heb je dan niet gebeld vanuit de cel. ik had je kunnen opzoeken en je kunnen helpen'

'Dat wilde ik niet. Ik wilde niet dat je je zoon zou zien zitten in de gevangenis' We nemen plaats aan een keukentafel. Louis' zusjes zijn al naar buiten gerent samen met de hond. Louis broer van 14 waar hij over vertelde zit waarschijnlijk boven.

'Dat had je toch gewoon moeten doen. Ik zou jou altijd geloven, dat weet je toch' Ze legt haar hand op die van Louis.

'Ik uhm.. kom eigenlijk iets melden. Ik heb niet lang de tijd' Zegt hij. Het komt er bijna uit als een fluister, maar we hebben hem gehoord.

--------------------------------------------

Heeeii,

Hoofdstuk 43 komt er meteen achteraan woohoo -->

XxLots of love Lizzi

VOTE? :)

BadWhere stories live. Discover now