Hoofdstuk 22

3K 200 166
                                    

Hoofdstuk 22 ~ Grindelwald

Opgedragen aan SassyUnderworldHunt.

Kingsley Shacklebolt verscheen later die dag in Grimmauld Place. Onder luid protest van Sirius verschijnselden we naar een groot, hoog stenen gebouw.

'Wat is dit?' vroeg ik aan Kingsley. Kingsley snoof zijn neus op en keek naar het hoogste punt van het gebouw.

'Nurmengard,' fluisterde hij. 'Een gevangenis die uw grootvader gebouwd heeft voor zijn vijanden.'

'En nu zit hij er zelf opgesloten?' vroeg ik verbaasd. 'Wat ironisch.' We liepen samen naar het verroeste hek dat de ingang blokkeerde. Kingsley schoof het opzij en hield de deur voor me open.

'Ik blijf hier op de uitkijk staan,' zei Kingsley. 'Hij zit in de bovenste cel. Succes, Luciana.' Ik knikte nerveus en liep de gevangenis binnen. Het leek erop alsof er al in geen jaren iemand binnen was geweest. De stenen vloer had scheuren, de deuren waren voor de helft weggerot en de enige lichtbron die er was knipperde aan en uit. Ik kwam al snel in het trappenhuis terecht en klom trede voor trede omhoog. Het gebouw had enorm veel verdiepingen en ik nam zo nu en dan een adempauze. Mijn conditie was enorm achteruit gegaan en ik at voor twee. Uiteindelijk was ik boven. Slechts één deur stond nog overeind en ik wist dat hij erachter zat. Met een simpele spreuk openden de tientallen sloten. Ik duwde de deur open en zag een ineen gevallen figuur in de hoek zitten.

Het leek precies op mijn droom. De man keek op. Hij leek me te herkennen, maar hij zocht naar iets wat hem zou overtuigen van zijn gedachte.

'Uhm, hallo,' zei ik onzeker. 'Ik ben Luciana, uw... kleindochter.' De ogen van de man werden groter.

'Ja, nu zie ik het,' lachte hij schamper. 'Sprekend mijn zoon. Vertel me, kind. Waaraan heb ik je bezoek te danken?'

'Is...uh... er iemand bij u geweest?' vroeg ik hem. 'Voldemort, bijvoorbeeld?' Hij keek me verrast aan en haalde zijn wenkbrauw op.

'Nee,' antwoordde hij. 'Jij bent mijn eerste bezoeker in jaren. Heeft Albus je gestuurd?' Ik knikte.

'Hij denkt dat er iets is met mij, waar u vanaf weet,' zei ik. 'Iets wat Voldemort wil weten.'

'Ah,' lachte hij. 'Ik zie al hoe het zit.' Ik wachtte op een uitleg. Iets wat me verder kon helpen.

'Ik weet veel over Albus Dumbledore,' ging hij verder. 'Ik ken hem al jaren. En in deze jaren ben ik veel over hem te weten gekomen. Zo weet ik ook wat zijn zwakke plekken zijn. Wat ervoor nodig is om hem te vernietigen.'

'En wat heb ik hier mee te maken?'

'Jij, mijn kindje, bent mijn nalatenschap.'

'Hoe bedoelt u?'

'Zelfs de meest machtige tovenaars leven niet voor eeuwig,' vertelde hij. 'Ik weet dat mijn eind eraan komt, maar Albus lijkt het eeuwige leven te hebben. Niets of niemand kan hem stoppen, behalve ik.' Het bleef even stil. Ik snapte nog steeds niet wat zijn punt was. 'Zoals ik al zei, komt mijn eind eraan. Als ik sterf, sterft alle informatie met mij mee. Tenzij...'

'Tenzij wat?'

'Tenzij ik alle informatie doorgegeven heb aan een familielid. Aan jou.'

'Aan mij? Maar ik weet van niets?' zei ik angstig. 'Waarom zou ik Headmaster Dumbledore willen vernietigen?'

'De vergane jaren hebben je zacht gemaakt, Luciana. Maar er zijn genoeg mensen die zulke informatie graag in handen willen hebben.'

'Voldemort,' fluisterde ik. De naam brandde in mijn mond.

Sirius Black ~ Black and White 《Voltooid》Where stories live. Discover now