Hoofdstuk 24

122 19 0
                                    

Teleurgesteld ga ik weer terug naar mijn eigen huis. Als ik langs het plein kom, zie ik Liz lopen. Ze zwaait vrolijk naar me en rent naar me toe.

'Em, hoe gaat ie?', vraagt ze goedgehumeurd.

'Prima, voor zover ik me prima kan voelen op dit moment', zeg ik met een vage glimlach.

'Hmmm ja. Als je gezelschap nodig hebt, ik sta altijd paraat. Behalve midden in de nacht. Kom niet naar mijn huis 's nachts hoor!' Ik lach.

'Ik had net zoveel plannen om 's nachts bij je huis te komen staan om stenen tegen je raam aan te gooien.'

'Oh ja, dat heb ik bij jou 's ochtends gedaan ja', zegt ze grinnikend.

'Precies.'

'Trouwens, kom jij overmorgen ook?' Ik knik.

'Dat was wel de bedoeling.'

'Super, ben jij er al om vijf uur of kom je net zoals Destiny en Rowena later?' Ze leunt om en om op haar linker en rechterbeen.

'Ik denk dat ik er gewoon om vijf uur al ben.' Dit is wel handig, tot nu toe had ik geen idee hoe laat er afgesproken was woensdag.

'Yes! Dan ben ik niet alleen! Ik moet nu gaan, maar dan zie ik je overmorgen, doei.'

'Tot dan', antwoord ik. Dan loopt Liz weer door, ik kijk hoe ze de kledingzaak binnengaat voordat ik me omdraai en verder richting mijn huis loop.

Daar wacht een tweede verrassing op me. Al vanaf een afstand kan ik zien dat er iemand op mijn veranda zit. Tenminste, op het hek van mijn veranda. Verbaasd kom ik dichterbij zodat ik kan zien wie het is.



Thomas neemt me nieuwsgierig in zich op als ik kom aanlopen. Hij kijkt alsof hij aan het peilen is hoe erg ik nog van slag ben van gisteravond. Ik hoop dat de waarheid niet al te duidelijk te zien is. Zodra ik ook op de veranda sta, laat hij zich van het hek afglijden, in een soepele beweging, alsof hij het vaker gedaan heeft.

'Hey', begroet ik hem. Ik weet niet of ik moet vragen waarom hij er is of dat hij dat zelf gaat uitleggen.

'Hey. Hoe gaat het?' Komt hij om te checken hoe het met me gaat? Ik had een hoop verwacht, maar niet dit.

'Prima. Ik leef nog, dus dat is best goed.' Hij lacht niet om mijn slechte grap en blijft me onderzoekend aankijken.

'Gaat het echt?'

'Ja, maak je om mij geen zorgen.' Waarom heeft iedereen besloten dat ze zich zorgen om mij moeten maken in plaats van om Destiny. Ik ben niet degene die bedreigd is door de moordende rollen. Het blijft even stil terwijl hij me nog steeds aankijkt. Voor zover ik me kan herinneren heeft hij me nog nooit zo lang aangekeken. Ik onderdruk de neiging om mijn blik af te wenden en kijk in plaats daarvan terug in zijn donkere ogen. Soms kan ik iemands emoties in zijn ogen zien, maar Thomas' ogen verraden weer eens niets.

'Hoe?', fluistert hij dan. Hij wendt zijn blik af en kijkt naar de overkant van het pad.

'Wat bedoel je?'

'Hoe kan het dat je zo makkelijk doorgaat, ondanks alles?' Ik probeer zijn blik te vangen, maar hij kijkt stug de andere kant op.

'Wat moet ik anders doen? Opgeven is niet eens een optie.' Het is waar. Voor mij is het geen optie. Opgeven... zelfmoord? Dat nooit. Dat kan ik mijn vrienden en familie niet aandoen.

'Het spijt me dat ik je kom lastigvallen. Ik...'

'Kom anders binnen. Het is niet bepaald warm buiten', onderbreek ik hem. Hij twijfelt even maar knikt dan. Ik draai me om en probeer rustig de sleutel in het slot te steken en de deur te openen. Dit keer is het geen angst, maar spanning.

Untold Tales (Nederlands)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu