Hoofdstuk 52

132 19 0
                                    

Als ik bij mijn huis aankom, merk ik tot mijn verbazing dat Destiny voor mijn deur staat. Snel klop ik mijn broek af zodat ze al het stof niet opmerkt.

'Hey', begroet ik haar.

'Hey, waar was je?' Ik aarzel even. Destiny is nu al twee keer bedreigd door de moordende rollen. Daarbij zijn we vrienden. Eigenlijk heeft ze het recht om de waarheid te weten.

'Ik vertel het je zo wel', antwoordt ik dus en ik open de deur en laat haar binnen. Ik gooi mijn tas in de hoek op de gang en trek mijn jas uit. Destiny doet hetzelfde en wacht dan tot ik ook klaar ben. Samen lopen we naar de woonkamer. Nu niet meer iedereen die toevallig langsloopt ons kan horen, durf ik het haar te vertellen.

'Ik was naar Thomas.' Destiny's ogen worden groot van verbazing. Ik had haar eergisteren ook al gezegd dat ik er heen wilde, maar ze had toen ook al gezegd dat ze het een vreselijk plan vond.

'Wat? Waarom? Wat heeft hij gezegd? Wacht, heb je hem gesproken?' Ze gaat ondertussen op de bank zitten, maar wendt haar blik niet van af, alsof ik ieder moment kan verdwijnen.

'Hij had antwoorden op alles wat ik me nog afvroeg.' Ze slaat haar hand voor haar gezicht, maar er is een kleine glimlach op haar gezicht zichtbaar.

'Ik had het kunnen weten. En?'

'En wat?'

'Heb je iets ontdekt?' Ik vertel haar het hele verhaal, van hoe ik achter de locatie ben gekomen tot wat Thomas me verteld heeft. Destiny blijft netjes stil totdat ik ben uitgepraat, maar kijkt me wel de hele tijd met grote ogen aan. Vooral bij het stuk waar ik vertel hoe ik ben binnengekomen lijkt ze uit het veld geslagen. Ik laat dan ook maar weg dat ik op de heenweg bijna van het dak was gevallen. Als ik klaar ben schudt ze met haar hoofd.

'Je bent officieel gestoord.' Ik glimlach flauwtjes.

'Dat wisten we toch al?' Ondertussen sta ik op en schenk ik wat water voor Destiny en mezelf in. Met twee glazen in mijn handen kom ik de woonkamer binnen. Destiny is opgestaan van de bank en staat bij de tafel. In de hoek ligt nog steeds de tekening die ik daar had achtergelaten toen ik net dacht dat Thomas een moordende rol was. Het portret van Thomas met achterop de tekst. Snel stop ik de tekening terug in het mapje voordat Destiny de tekst op de achterkant kan lezen.

'Dat is niets', stamel ik. Destiny begint weer eens veelbetekenend te glimlachen.

'Ah, op dezelfde manier als dat mijn date met Justin van vanmiddag niets was?'

'Ja precies...' De betekenis van haar zin heeft even nodig voordat het tot me doordringt. 'Wacht wat?' Ze begint te stralen als ze mijn verbazing ziet.

'Het was niet heel bijzonder. We gingen gewoon samen lunchen, maar het was heel leuk.' Het doet me goed om haar zo blij te zien. Ondanks de dreiging van de moordende rollen lukte het haar om nog steeds van haar leven te genieten. Overigens realiseer ik me dat de moordende rollen wel erg lang op zich laten wachten, al ben ik ze daar vooral dankbaar voor. Ze hadden des tijds bij het lijk van Tijmen gedreigd dat Destiny de volgende zou zijn. Dat was ondertussen een moord geleden en ze leefde nog steeds. Dat maakt niet dat ik nu minder bang ben voor haar veiligheid. Iedereen is natuurlijk nog steeds in gevaar, zelfs al er niet gedreigd wordt dat ze de volgende is. Ik luister geboeid terwijl Destiny vertelt hoe haar middag was. Ze is alleen nog niet uitgepraat of er wordt op de deur gebonkt. Verbaasd loop ik naar de deur. Ik verwacht geen bezoek.

Voor de deur staat Rowena. Ze wacht niet totdat ik haar binnenlaat, maar loopt meteen, zonder haar jas uit te trekken, door naar de woonkamer. Sinds de dorpsvergadering vier dagen geleden heb ik haar niet meer gesproken. Toen, herinner ik me, was ze ook meteen na de vergadering vertrokken.

'Hey Row.'

'Ja, hey, noem me geen Row. Noem me maar gewoon Rowena.' Haar stem klinkt afwezig. Ze lijkt er niet helemaal met haar gedachten bij te zijn, al heb ik geen idee waar ze dan wel is met haar gedachten.

'Is er iets?', vraag ik. Rowena is blijven staan in het midden van de kamer. Ze lijkt geen aanstalten te maken om te gaan zitten, noch om iets anders te gaan doen. Bijna alsof ze gehypnotiseerd is, staart ze naar de muur.

'Eh nee.' Plots lijkt ze weer uit haar trans te ontwaken en gaan ze op een van de stoelen zitten. Met haar hand wrijft ze over haar onderarm, al is daar niets aan te zien. 'Hebben jullie Lynn gezien, bij de laatste dorpsvergadering?' Destiny en ik kijken elkaar even verward aan. Was het niet logisch dat we dat hadden gezien.

'Ja natuurlijk. Ze is een AI', antwoordt Destiny.

'Hoeveel zouden er nog meer van hen zijn?' Ik weet niet of Rowena hier speciaal is gekomen om over AI te praten. Ze doet in ieder geval vreemd. De meesten van ons vroegen ons deze dingen al dagen geleden af.

'Vijf.' Dat had Thomas me verteld. Negen moordende rollen en vijf AI. Ook hij had, net zoals Myrthe gezegd dat niet alle AI per sé moordende rollen waren. Ik begrijp alleen niet waarom ze daar beiden zo overtuigd van zijn. Tot nu toe hebben we één AI gevonden en dat vrij zeker een moordende rol. Volgens mij kunnen we dus nog niets met zekerheid zeggen over de andere AI, ook niet dat het niet alleen allemaal moordende rollen kunnen zijn. Rowena kijkt me verrast aan.

'Hoe weet jij dat?'

'Thomas. Er zijn in totaal vijf AI en negen moordende rollen.' Rowena lijkt er nog steeds niets van te begrijpen.

'Je hebt hem gesproken? Wanneer? En hoe weet hij dat?' Ik leg ook haar kort mijn avontuur van die avond uit. Rowena lijkt een stuk minder verbaasd dan Destiny.

'Zijn theorie klinkt wel aannemelijk', is haar enige reactie. Ik herinner me dat zij niet schuldig had gestemd toen Thomas werd veroordeeld. Zou ze boos op mij zijn omdat ik ervoor heb gezorgd dat hij gevangen is gezet. Zelf twijfel ik ook al of dat een juiste zet was.

'Wat ik me vooral afvraag trouwens is wat die AI hier precies doen. Zijn ze hier echt om ons in de gaten te houden voor de bazen?', vraagt Destiny. Rowena schudt haar hoofd.

'De huidige AI zijn zover ontwikkeld dat ze zelf kunnen denken. Het zijn niet gewoon wandelende beveiligingscamera's ofzo. Ze zijn veel intelligenter dan dat wij voor mogelijk kunnen houden.' Tot nu toe had ik haar nog nooit over AI gehoord en het verbaasd me dat ze er blijkbaar zoveel verstand van heeft.

'Heb je les gehad over kunstmatige intelligentie?' Rowena haalt haar schouders op.

'Ik heb wel eens wat dingen opgezocht online.'

'Zou er een manier zijn om ze te herkennen denk je?', vraagt Destiny nadenkend. Aan Lynn had ik, voordat ze onthoofd werd, niet onmenselijks gezien. Blijkbaar kunnen ze aardig goed opgaan in de menigte. Rowena lijkt ondertussen weer steeds verder op te gaan in haar soort trance. Gewoonlijk is ze helemaal niet zo, maar ik heb geen idee wat er met haar is. Zolang ze er zelf niet over begint, zal ik het waarschijnlijk niet weten ook.

'Ik denk het bijna niet', reageer ik. Destiny tuit nadenkend haar lippen.

'En een bloedtest dan? De AI hebben geen bloed.' Rowena staat plotseling op en loopt naar de keuken. Ze komt terug met een glas water.

'Misschien zijn de AI onze vijanden wel helemaal niet en hoeven we ze dus ook niet op te sporen', zegt ze na een slok water te hebben genomen.

'Lynn was ook een AI en een moordende rol, misschien is er wel een verband', suggereert Destiny. Het is meer een speculatie dan haar daadwerkelijke vermoeden volgens mij.

'Lynn is een AI. Dat zegt niets over ze allemaal!', roept Rowena uit. Haar felle uitbarsting verbaasd me. Waarom trekt ze het zich zo aan?

'Waarom maak je je er zo druk om?', vraagt Destiny, die blijkbaar hetzelfde dacht als ik.

'Omdat ik vroeger, voor dit gestoorde dorp met AI heb gewerkt en ze waren niet allemaal slecht!'


Untold Tales (Nederlands)Where stories live. Discover now