Hoofdstuk 30

114 18 0
                                    

'Tobias heeft bedacht dat ik moet aanbellen bij Donna.' Mijn gezicht betrekt even bij Donna's naam, maar ik herstel me snel. Ondanks dat het Donna is, is de opdracht toch niet zo erg? Volgens mij ben ik voornamelijk degene die een hekel heeft aan haar.

'Wat is daar zo erg aan?' Thomas slaat zijn armen over elkaar.

'Het gaat er niet om dat de opdracht erg is, het is gewoon een principe.' Hij klinkt bijna geïrriteerd.

'Je hebt ook een hekel aan haar?' Zijn boze houding verdwijnt weer iets en zijn ogen lichten iets op.

'Dat ook.' Ik vraag niet verder. Ik wil geen discussie met hem.

'Wat ga je doen om er onderuit te komen? Ik denk niet dat je verstoppen in de keuken een langdurige effectieve oplossing is.' Ik laat mijn blik op de kastjes boven het aanrecht hangen, alsof ik de keuken bekijk. Eigenlijk zoek ik gewoon iets zodat ik hem niet langer hoef aan te kijken. Hoe graag ik ook in zijn donkere ogen kijk, al mijn gedachten lopen door elkaar als ik dat doe. Hij grinnikt zacht.

'Niet? Ik verstop me gewoon in de koelkast, niemand die me vindt.' Mijn blik gaat even naar de koelkast, maar ik realiseer me te laat dat hij daar nog steeds tegenaan geleund staat. Onze blikken kruizen elkaar weer.

'En wat als ik verraad waar je zit?' Hij glimlacht en ik glimlach daardoor ook.

'Ik denk niet dat je dat zou doen.' Hij tikt met de top van zijn schoen op de grond. Ik herken het melodietje wat ik net neuriede. Is dat toeval of heeft hij me gehoord? Eigenlijk maakt het niet zoveel uit. Als ik geen antwoord geef, gaat Thomas weer verder.

'Nee, ik denk dat ik ze gewoon zeg dat ik het niet ga doen. Van mij part bedenken ze een andere opdracht.' Ik knik instemmend, dat lijkt me een beter plan.

Op dat moment gaat de bel. Ik hoor vanaf hier dat er al iemand opstaat om de deur open te doen. Thomas maakt ook aanstalten om terug te gaan naar de woonkamer.

'Ik denk dat we ze al lang genoeg op hun chips hebben laten wachten', zegt hij, met een knik naar het bakje in zijn hand. Voordat ik antwoord kan geven, loopt hij al naar de woonkamer. Ik kom snel achter hem aan met mijn cola en ga weer op mijn plek zitten. Er zitten twee lege stoelen tussen mij en Thomas in, ik zou kunnen opschuiven. Het idee klinkt aanlokkelijk, maar ik houd me in.

Achter me gaat de deur naar de hal open en ik draai me om in mijn stoel. Tobias komt weer binnen, met achter hem aan Destiny. Ze ziet er zoals altijd mooi uit, maar het is ook duidelijk dat de laatste dagen flink wat tol van haar hebben geëist. Onder haar ogen zijn donkere kringen te zien, alsof ze amper heeft geslapen. Toch glimlacht ze vrolijk als ze binnenkomt.

'Hey allemaal.' Ze aarzelt even voordat ze gaat zitten, maar neemt dan toch plaats op de stoel naast mij. Thomas maakt nog een stapeltje van zeven kaarten voor Destiny.

'Volgens mij moet je nog steeds je opdracht uitvoeren Thomas', herinnert Tobias zich.

'Ik doe het niet', mompelt Thomas. Hij kijkt naar de kaarten terwijl hij dat zegt.

'Dat is geen optie.' Tobias lijkt het meest gemotiveerd voor het uitvoeren van de opdracht.

'Ik doe elke andere opdracht, maar niet die.' Nu kijkt hij wel naar Tobias. Zijn blik verraadt niets.

'Oké, dan weet ik wel iets beters. Maar het is wel een geheime opdracht.' Tobias pakt een velletje papier van de stapel op de tafel. Die valt me nu pas op. Hij pakt ook een pen en krabbelt iets op het papier. Dan vouwt hij het een paar keer op en schuift het over de tafel naar Thomas. Thomas aarzelt even, maar vouwt dan het papier open. Zelfs vanaf waar ik zit, kan ik zien dat hij fronst terwijl hij het leest. Even blijft het gespannen stil.

'Goed, ik doe die eerste opdracht wel', zegt Thomas kwaad en hij verfrommelt het papiertje. Hij schuift zijn stoel naar achteren en loopt kwaad naar de hal. Ondertussen gooit hij ook het verfrommelde papiertje in de prullenbak in de hoek. We horen hoe de deur open gaat en daarna weer met een klap dicht gaat.

'Moet niemand achter hem aan om te controleren of hij het wel echt doet?' vraagt Tobias.

'Ik vertrouw hem wel.' Justin lijkt niet helemaal op zijn gemak. Hij zit naast waar Thomas net zat. Zou hij het briefje hebben gelezen? Ik vermoed dat het een alternatieve opdracht was, die geheime opdracht waar Tobias het over had. Deze opdracht was blijkbaar nog erger. Maar wat is er nog erger dan langs Donna gaan?

'Wat was die geheime opdracht eigenlijk?', vraagt Liz nieuwsgierig. Ze kijkt naar Tobias.

'Dat ga ik niet zeggen. Anders is het geen geheime opdracht meer. Maar ik had wel verwacht dat hij die opdracht liever zou doen', antwoordt Tobias. Ik weet niet of dat laatste sarcastisch bedoeld is of niet.

Nadat we ruim tien minuten op Thomas gewacht hebben, is Destiny het zat. Het is ondertussen ook gaan regenen. Grote, dikke druppels tikken tegen het raam.

'Ik denk dat er iemand moet checken waar hij blijft.' Justin knikt instemmend.

'Ik ga wel.' Iedereen kijkt meteen naar mij. Misschien klonk ik net iets te enthousiast.

'Weet je waar Donna's huis is dan?', vroeg Destiny. Nu bedachten ze dat wel? Niemand had me voor deze avond verteld waar Thomas' huis was, toen gingen ze er ook vanuit dat ik het wel wist te vinden. Maar ze hebben nu wel een punt, ik heb geen idee waar Donna woont. Ik schud ongemakkelijk mijn hoofd.

'Dan ga ik ook wel mee', bied Destiny aan. Ze glimlacht vriendelijk als ze opstaat. Ik sta ook op. Liz veelbetekenende blik negerend, loop ik naar de gang. Destiny komt achter me aan. Ik trek mijn jas aan. Gelukkig heb ik mijn zwarte regenjas met capuchon aangedaan.

Ik krijg een klap wind in mijn gezicht. Regen komt de hal binnen. Snel stap ik naar buiten en houd de deur voor Destiny open. Ze komt achter me aan en doet de deur dicht.

Buiten is er een flinke storm gaande. De bomen zwiepen gevaarlijke heen en weer. Het zandpad is veranderd in een grote modderpoel. De regen maakt het lastig om ver te kijken.

'Kom, het is niet heel ver.' Destiny moet bijna schreeuwen om over het harde ruisende geluid van de wind heen te komen.

'Bedankt dat je mee gaat!' Ik twijfel of ze me verstaan heeft tot ze glimlacht.

'Geen probleem...' Ze zegt er nog iets achteraan, maar waar ze wordt overstemd door een luide knal. Onweer.

'Wat?' In de paar stappen die we hebben gelopen, zijn mijn laarzen en sokken al volledig doorweekt.

'Ik help je graag om Thomas te redden van Donna hoor.'

'Denk je dat hij onze redding nog heeft dan?' Een felle flits licht alles om ons heen ineens op. Ik begin te tellen. 1, 2, 3... Drie seconden voordat er opnieuw gedonder klinkt. Het onweer is tamelijk dichtbij.

'Geen idee.' Destiny loopt nog steeds voor me uit. Ik hoop hardgrondig dat we er bijna zijn. Bliksem slaat in op het hoogste punt en tussen de huizen en de bomen zijn wij dat natuurlijk niet. Maar ik denk niet dat ik buiten wil zijn als het ergens inslaat. Opnieuw een fits en bijna meteen daarna de luide donder. Fijn, de storm is hier. Destiny slaat gelukkig af en loopt richting een huis. Ik kan weinig zien van het huis, alleen dat er licht achter de ramen brand.

Destiny gaat op de veranda, onder het afdakje staan. Ik kom naast haar staan. Alweer wordt alles verlicht door een flits. Dan een harde knal, nog luider dan het gedonder van net. Destiny bonkt op de deur, maar ik betwijfel of dat überhaupt te horen is. Toch gaat de deur open. Donna's lichte, hooghartige ogen kijken meteen mij aan. Toch zegt ze niets als ze ons binnenlaat.


Untold Tales (Nederlands)Where stories live. Discover now