Hoofdstuk 48

106 14 0
                                    

'De verdediging van de verdachte is legitiem. De beschuldiging is afgewezen', zegt Myrthe. Dit is nieuw. De vorige keer was ze helemaal niet zo professioneel geweest. Nu klinkt ze bijna als een rechter die een belangrijke uitspraak doet. 'Steven, jij mag nu je verdenkingen benoemen.'

De verdenkingen van de jongen die Steven heet blijken al snel nergens op gebaseerd. Hij noemt verschillende namen, waaronder zelfs die van Noah, maar zijn theorie is nergens op gebaseerd. Toch wil hij niet ophouden en Myrthe moet hem halverwege afkappen en dreigt hem er zelfs uit te zetten als hij zijn mond niet houdt. Uiteindelijk blijft hij stil en lijkt ontevreden met het resultaat. Niemand lijkt zijn theorie serieus te nemen.

'Dan is nu de beurt aan Emily.' Vol opluchting omdat ik tenminste eerder aan de beurt ben dan Thomas, sta ik op. Die opluchting van net verdwijnt weer even snel als hij gekomen is als ik me bewust ben van alle ogen die op me gericht zijn. Mijn blik ontmoet even die van Noah. Hij knikt bemoedigend en dat geeft me enigszins mijn zelfvertrouwen terug. Met opgeheven kin richt ik me tot Myrthe.

'Sinds kort begin ik mijn geheugen weer terug te krijgen.' Ik ben compleet kwijt wat ik daarna wilde zeggen. Waarom zouden ze me geloven? Het enige bewijs wat ik heb zijn mijn herinneringen en die zijn niet aantoonbaar. Toch vervolg ik mijn verhaal, nu kan ik toch niet meer terug. 'Een van deze herinneringen is er een met Thomas waarin hij mij letterlijk vertelt dat wij niet allebei levend uit dit dorp konden komen doordat we niet bij hetzelfde team horen.' Alle details kan ik beter weglaten zoals dat ik hem ondanks dat vertrouwd had, dat we iets hadden, dat hij tegen me had gelogen. Mijn verhaal klinkt naar mijn mening erg zwak. Desondanks is er wel een reactie in het publiek. Op verschillende plekken zie ik mensen fluisteren. Al mijn vrienden, behalve Noah, kijken verbouwereerd naar me. Het lijkt een eeuwigheid te duren totdat iemand iets zegt en als er dan eindelijk iemand reageert is het van alle mensen natuurlijk Donna.

'Kan je je zijn letterlijke woorden herinneren?' Ze klinkt bijna geamuseerd, al begrijp ik niet waarom.

'Niet precies de zin waarin hij benoemt dat we niet samen kunnen overleven, maar wel iets anders. Voordat ik werd aangevallen manipuleerde hij mij en liet me denken dat hij, ondanks dat hij een moordende rol was, het beste met me voorhad. Hij zei zelfs dat hij zou willen sterven om mij te laten overleven. Dat ik werd aangevallen bewijst het tegendeel. Wat ik me letterlijk kan herinneren is dit: als het zover is moet je mij laten vermoorden. Executies hoeven geen pijnlijke dood te zijn.' Dit is meer dan dat ik tegen wie dan ook over die herinnering heb gesproken. Ik voel Thomas' blik op me gericht, maar ik negeer hem zo goed als ik kan. Er klinkt nu nog meer gefluister in het publiek. Blaire lijkt iets tegen me te willen zeggen, maar ik kan nu niet reageren.

'Je wist hier dus voor jouw ongeluk dus ook al van.' Donna zegt het woord ongeluk met een spottende ondertoon. 'Waarom deel je het nu wel ineens? Is het uit met je vriendje?' Er klinkt gegrinnik in de zaal. Heel even kijk ik naar Thomas om te zien dat hij niet lacht en nog steeds strak naar mij kijkt. Ik kijk snel weer weg.

'Zoals ik al zei. Hij manipuleerde me en overtuigde me ervan dat hij geen moorden pleegde zoals de anderen, maar aangezien ik ben aangevallen is dat niet waar.' Thomas staat nu ook op en wacht tot Myrthe naar hem knikt dat hij mag reageren.

'Deze hele verdenking is gebaseerd op enkel de vermeende herinneringen van iemand met een heftig ongeluk achter de rug. Ik denk dat Emily door haar geheugenverlies niet in staat is om dromen van herinneringen te kunnen scheiden. Ik ga daarom niet eens in op deze verdenking.' Voordat ik ook maar kan reageren komt Noah al overeind. Hij wacht niet totdat Myrthe hem de beurt geeft.

'We hebben volgens mij de vorige keer vastgesteld dat Emily de enige hier, samen met de burgermeester natuurlijk, die vastgesteld geen moordende rol is. Haar woord is daardoor betrouwbaarder dan die van meeste anderen hier.' Opnieuw beginnen er mensen op de tribunes te fluisteren. Ondanks dat ik het niet wil, gaat mijn blik naar Thomas. Hij kijkt niet meer naar mij, maar heeft zich nu tot Noah gericht.

'Ik zeg ook niet dat haar woord niet betrouwbaar is, alleen dat de herinneringen waarop deze verdenking gebaseerd zijn dat mogelijk niet zijn', stelt hij, uiterst kalm. Hij is zo rustig dat het net is alsof hij niet eens merkt dat dit een beschuldiging is. Noah staat nog steeds, maar zegt niets terug. Ik ga ook weer staan.

'Jij beweert dus dat mijn herinneringen geen echte herinneringen zijn?'

'Sommigen niet nee.' Het liefst zou ik hier weggaan. Ik ben helemaal klaar met deze discussie, maar misschien kan ik dit nog winnen. Hij had zo oprecht geklonken toen hij zei dat hij wilde dat ik mijn herinneringen terug zou krijgen. Daar moet een kern van waarheid in hebben gezeten. Ik weet dat deze herinnering echt is, gaat hij echt zo ver als dat hij dat wil ontkennen?

'Ontken je dan ook dat deze specifieke herinnering, van een moment waar jij ook bij was, niet echt is?' Voor de zoveelste keer beginnen er mensen te fluisteren. Het begint me te irriteren. Dit is toch geen realityshow? Begrijpen ze dan niet dat ook hun levens hier op het spel staan?

'Jouw omschrijving van het moment was niet precies genoeg dat ik dat kan zeggen', antwoord hij simpel. Hij kijkt me niet aan terwijl hij antwoord, hij houdt zijn ogen strak op Myrthe gericht.

'Doet de omgevallen boom in het bos een belletje rinkelen? En als ik moet schatten zou ik zeggen dat het september was.' Blaire lijkt nog steeds iets te willen zeggen, dus terwijl Thomas nadenkt over een antwoord buig ik naar haar toe.

'Wat is dit allemaal?', fluistert ze verward.

'Precies waar het op lijkt. Ik leg het later wel uit', fluister ik terug. Dan ga ik haastig weer rechtop staan.

'Ik denk dat ik weet welk moment je bedoelt, maar ik denk dat jouw herinneringen door de aanval vervormd zijn geraakt en daardoor alsnog niet genoeg voor zo'n beschuldiging.' Hij lijkt ieder woord goed overdacht te hebben. Ik krijg bijna het gevoel dat hij een onderliggende betekenis probeert duidelijk te maken, net als toen hij de tang kwam halen voor het medaillon, maar dan subtieler. De vraag is alleen of die boodschap voor mij bestemd is of voor zijn mede moordende rollen.

'Deze zaak is twijfelachtig. Emily, je hebt Thomas' verdediging gehoord. Wil je een stemming aanvragen?' Myrthe kijkt me nadrukkelijk aan, alsof ze me duidelijk wil maken dat ik nu niet te impulsief moet antwoorden. Ze laat mij echt kiezen. Als ik ja zeg krijg ik mijn zin. De kans is groot dat de mensen schuldig zullen stemmen en dan wordt Thomas geëxecuteerd, maar wil ik daar echt verantwoordelijk voor zijn? Hij is een moordende rol, maar is moord dan meteen de enige manier om hem te stoppen?

'Ik stel voor dat er wel een stemming komt, maar omdat inderdaad mijn argumenten misschien niet sterk zijn, denk ik dat we beter kunnen stemmen voor een opsluiting in plaats van een executie.' Noah kijkt me stomverbaasd en misschien zelfs teleurgesteld aan, maar ik reageer niet. Dit is de beste keuze.

'Eh oké.' Zelfs Myrthe lijkt even uit haar evenwicht gebracht. Volgens mij is er nog nooit eerder een opsluiting in plaats van een executie geëist. 'We stemmen voor opsluiting in... We hebben eigenlijk geen gevangenis, maar vanaf nu zal het huis van Hayley dienen als gevangenis, dat staat toch al tijden leeg.' Mensen knikken instemmend. Waarschijnlijk had Myrthe expres Hayleys huis genoemd omdat zij al heel lang dood is. 'Handen omhoog voor wie er voor stemt.' Ik steek mijn eigen hand op en zie ook veel andere handen omhoog gaan. Natuurlijk die van Noah, maar ook Blaire, Destiny, Liz en Tobias. Alleen Justin en Rowena niet. Ook bij de rest van de mensen gaan veel handen omhoog: onder anderen die van Liam en Mason. Zelfs van de hoofdcirkel zijn er mensen voor: twee jongens die ik niet ken en Myrthe zelf. De vraag is alleen of het meer dan de helft is. Snel probeer ik de handen te tellen, maar ze gaan al weer omlaag. Volgens mij was het minder dan de helft. Dat betekent dat het er nu van afhangt hoeveel mensen tegen stemmen en hoeveel mensen er niet stemmen.

'En wie is er tegen?' Justin, Rowena, Merina, Donna en wat mensen die ik niet ken steken hun hand op. Het zijn er overduidelijk minder.

'Dat is duidelijk. Thomas, vanaf vandaag zal jij gevangen worden gehouden als onze eerste gevangene. Lynn, Bryan, brengen jullie hem naar onze nieuwe gevangenis?' Ze gooit al een sleutel naar een jongen en ik ben verbaasd over hoe snel dit gaat. Het voelt onrealistisch. Ik had verwacht dat het nog dagen zou duren voordat hij daadwerkelijk zou worden opgesloten.

'Graag wil ik voor mijn opsluiting nog een ding verdenking uitspreken.' Hij kijkt mij recht aan. In zijn blik is geen haat te lezen, alleen iets waar ik niet wijs uit kan worden.


Untold Tales (Nederlands)Where stories live. Discover now