Hoofdstuk 9

145 16 18
                                    

Later die dag zwoegde Joey in zijn eentje in de stallen. Hij longeerde het rode hengstenveulen en zette de paarden 's avonds buiten. Het zou gauw wel beginnen af te koelen en de paarden zouden al snel overdag kunnen buiten lopen. "We hadden Inyanga ook mee naar huis moeten brengen", zei Charlie tegen Sarah, maar die schudde haar hoofd.
"Als we haar niet werken geraakt ze uit het ritme, dan is het seizoen zo voorbij", zei ze. Charlie haalde zijn schouders op.

"Dan focussen we ons nu op haar wedstrijden als driejarige."

"Daar is het wel wat vroeg voor", bracht Sarah daar rustig tegen in.
"Jij gaat de eerste tien dagen niet op een paard", protesteerde haar grootvader en Sarah knikte bevestigend.
"Minstens", zei ze en charlie keek haar nu onderzoekend aan. "We hebben weer geld, opa. Laten we Eddie vragen om haar te rijden."

"Eddie? Eddie Mouster?" Sarah knikte. "Die Brit?" vroeg Charlie nu weer en Sarah glimlachte.
"Die steengoede jockey, die van niemand de kans krijgt om zich te bewijzen", verbeterde ze hem. Charlie keek haar even aan en knikte dan. "Goed, je kan het hem morgen vragen wanneer we Inyanga's krachtvoer gaan brengen. Tyler zei dat het bijna op is." Sarah knikte. Eddie zou blij zijn, wist ze en voor hen was het alleen maar goed.

Als Eddie het goed deed en ze genoeg verdienden kon hij misschien ook wel blijven, zoals Tyler. Of in de plaats van Tyler, bedacht ze. Toch kon ze een klein lachje niet onderdrukken wanneer ze zich herinnerde hoe hij die morgen zonder schroom haar kin had vastgenomen. Sarah fronste om zichzelf. Jongens deden haar al jaren niks meer. Ze had lang geleden beslist dat ze allemaal hetzelfde waren en slechts één doel hadden. Toch had ze sinds haar aanvaring met de zwarte jaarling van zowel Tyler als Joey plots veel meer verdragen. Ze duwde de gedachten nors uit haar hoofd.

De volgende morgen keek ze toe hoe Joey twee zakken krachtvoer in de koffer van zijn truck tilde. Hoewel Charlie heel graag Eddie zelf de job had aangeboden, was vandaag geen goede dag. De oude man had pijn en voelde zich misselijk. Sarah had hem naar zijn bed gestuurd en gedreigd om een dokter te bellen.

Charlie haatte dokters, zeker nadat die hem allemaal een slechte prognose gegeven hadden. Volgens hen was het een wonder dat hij nog leefde en was het dus niet raar dat hij zich soms niet goed voelde.

Het was bijna middag, Joey had eerst zoveel mogelijk werk in de stallen gedaan en het was warm. Sarah zag parelende zweetdruppels over Joeys slapen lopen. Hij ving even haar blik op en ze wendde snel haar gezicht af. In een poging om dat niet te laten opvallen trok ze het portier van de truck open. Joey wreef met zijn onderarm langs zijn gezicht en hijgde. Hij liep naar Sarah omdat hij wist dat ze haar gordel niet kon dichtklikken met ingetapete handen.

Hij droogde zijn handen en gezicht aan zijn shirt en Sarah hield haar ogen strak voor haar gericht om niet naar zijn ontblootte en strakke buik te kijken. Joey leunde, met de gordel in zijn hand over haar heen. Sarah probeerde zijn zoute zweetgeur te negeren. Vreemd genoeg niet omdat het haar verafschuwde. Het was alsof twee honden aan het vechten geslagen waren in haar buik. De ene hond wou grommen naar Joey en hem zeggen dat hij bij haar uit de buurt moest blijven. De andere wou kwispelend op zijn schoot kruipen.
Sarah schudde de gedachten uit haar hoofd terwijl Joey in de truck klom.

"Wat weet je van Eddie?" vroeg Joey, die benieuwd was naar de jockey die Sarah's eigen voorkeur genoot. Sarah haalde haar schouders op.

"Hij is goed en krijgt de kansen niet die hij verdient." Joey keek haar even aan en fronste, hij probeerde steek van jaloezie in zijn borst te negeren.

"Ik dacht altijd dat jij van mening was dat mensen hun eigen kansen moeten creëren."

"Meestal wel", gaf Sarah toe. "Maar Eddie probeert echt en hij is altijd vriendelijk tegen mij. Wat meer is dan je van andere jockey's kan zeggen."

Riding for hope DUTCHWhere stories live. Discover now