*013*

656 61 12
                                    

*•*

Geschrokt loop ik door de gangen. Mijn vader en moeder waren een van de uitvinders van de kaart? Maar die van Harry ook. Mijn vader heeft de ouders van Harry verraden en ze hebben samen met die ene Peter Pettigrew en Professor Lupin een kaart bedacht..

Dit moeten Fred & George weten!

Ik begin te rennen naar The Great Hall. Ik moet ze zo snel mogelijk spreken.

Ik loop The Hall binnen en zie ze meteen zitten. Snel ren ik er naartoe.

'Ik moet jullie spreken, Nu!' zeg ik zacht maar dringend. Ze kijken me verbaasd aan maar staan dan toch op. Ik loop met grote passen The Great Hall uit.

'Jackie.' George legt zijn hand op mijn schouder waardoor ik stil sta.

'Wat is er?' vraagt Fred bezorgd.

'Niet hier' fluister ik en ik begin weer te lopen. Ik kan maar een plek bedenken waar we veilig kunnen praten:

De kamer van Hoge Nood.

We lopen tot de zevende verdieping.

Ik heb deze kamer een jaar geleden ontdekt in mijn eentje, en heb er nog nooit iets over tegen Fred en George gezegd. Dit was mijn geheimpje. Mijn plekje waar ik kon uithuilen als ik dat nodig had.

Ik denk hard aan de plek waar ik altijd ben in de Kamer van Hoge Nood.

Er verschijnt een deur in de muur en ik open hem. Ik zie Fred & George verbaasd kijken.

'Hier kunnen we veilig praten' zeg ik.

'Wow' zeggen ze tegelijk wanneer we in de kamer zijn.

Het ziet er niet uit zoals een kamer.

Chocokikkers springen overal rond. In het midden staat een chocoladefontein. Daarom heen is een parkje met heggetjes. Her en der is een bankje geplaatst. Smekkies in alle smaken komen soms uit de lucht vallen. De lucht is helder blauw met af en toe een wolkje. Kortom; het is prachtig.

Snel sluit ik de deur en ga op een bankje zitten.

'Waar zijn we?' vraagt George verwonderd.

'De Kamer van Hoge Nood. Hij is de enige kamer die niet op de Map staat' zeg ik terwijl de jongens verbaasd om zich heen kijken.

'Waar wou je over praten, Jackie?' vraagt George na een tijdje en beide jongens kijken me ineens serieus aan.

'Ik uhm..' begin ik en ik schraap mijn keel. Ik pak de Map uit mijn tas.

'I solemny swear that I'm up to no good' zeg ik wijzend met mijn toverstok op de map. De kaart verschijnt.

'Moony, Prongs, Dangel, Jovi,Wormtail en Padfoot' fluister ik en meteen verschijnt er een tekst op de Map.

'Moony: Dat was onze naam, mooie meid. Waar kunnen we je mee helpen?

Jovi: Ik en mijn man zullen er altijd voor je zijn. Wat kunnen we voor je doen?

Prongs: Ik wil deze mooie dame hartelijk welkom heten. Wat goed om te zien wat er van is geworden.

Wormtail: Ik zeg graag hallo naar een Black. Ik hoop dat ze ook ooit eens hoi tegen mij zal zeggen.

Padfoot: Ik wil heel graag deze mooie dame ontmoeten. Ik hoop dat de Weasleys goed voor haar zorgen. Als haar wat overkomt is mijn doel in het leven weg. Aan de Weasleys: zorg goed voor haar. Aan Jack Black: Ik hou van je, wees voorzichtig' leest Fred hardop voor.

'Wat bedoelt die Padfoot toch allemaal? Ik bedoel zo erg heeft hij zich nog nooit uitgeleefd?' vraagt George.

'Ik weet wie ze zijn' fluister ik een beetje bang. Ik ben geschrokt door de woorden van mijn vader: als haar wat overkomt is mijn doel in het leven weg.

Betekent dat dat hij echt van me houd, of dat hij me gewoon graag wilt hebben..?

Waar staat Dangel. Ik pak de kaart van Fred af en bekijk hem nauwkeurig.

'Jack Black..' zegt Fred, die mij duidelijk niet gehoord had, afwachtend. 'Noemde je vade..'

'Stop!' schreeuw ik ineens. Ik ben het zat over het gepieker over mijn vader. Het gaat over Sirius Black. Kan ik er wat aan doen dat dat mijn vader is?

'Remus Lupin' zeg ik ineens.

'Professor Lupin..' vraagt Fred verbaasd.

'Een van de Marauders..' zegt George ineens. Hij had me dus wel gehoord.

'Ja' fluister ik.

'Wie is hij? En wie zijn de anderen?' vraagt Fred nieuwsgierig.

'Professor Lupin is Moony. Jovi is Lisa Lupin, de vrouw van professor Lupin. Ene Petter Pettigrew is Wormtail. En Prongs is James..' Ik stop even om adem te halen. 'James Potter'

'Potter? Je bedoelt de vader van Harry?' vraagt Fred verbaasd.

'Nee wie denk je anders?' zucht George sarcastisch.

'Wie zijn Dangel en Padfoot dan?' vraagt Fred, George negerend.

'Mijn ouders. Noah Flesier en Sirius Black. Alleen staat mijn moeder hier niet bij de teksten bij'

*•*

A/N: heyyyy.

Hoofdstuk 13 alweer... Ongeluksgetal. Terwijl dit hoofdstuk totaal geen ongeluk brengt🙌🏼

Wat vinden jullie er tot nu toe van?!

Ik vind alle commentjes die jullie schrijven echt heel lief! Dus blijf fantaseren over hoe dit boek verder gaat of zegt iets lief... Maakt niet uit wat! Het helpt mij al heel erg als het een commentje.

Kijk even allemaal naar het stukje over de covers!!! Ik update nu nog wel gewoon dus zet ik dat hoofdstukje de heletijd helemaal achteraan!!!

Xox-Realyty

Lost parents of Jaxissa BlackOpowieści tętniące życiem. Odkryj je teraz