Liefde

46 4 0
                                    

Huilend loop ik door de gangen van het kasteel. Ik sla links af,  rechts en weer links. Dan zie ik Stefan lopen. Ik draai mijn hoofd weg en loop langs hem maar hij houd me tegen. "Ik zocht je." Ik kijk heb verbaast aan. "Kom even mee naar mijn kantoor." Ik loop achter hem aan. De toren in. "Cemal heeft het me vertelt..." Ik kijk verschrikt op. "Dus je weet het?" Hij knikt. "En?..." Vraag ik. "Eerlijk?" Ik knik. "Ik ben nog nooit zo blij geweest met zoiets!" "Wacht wat?" Vraag ik verbaast. "Nou eerlijk gezegd hoopte ik dat je Cemal kon laten inzien dat liefde niet belachelijk is maar juist mooi is en voor hoop zorgt. Ik knik. 'Maar wat vind jij er eigenlijk van?" Vraagt Stefan opeens. Ik slik. "Ik..uhm.." "Je vind hem leuk hè" Ik knik. "Ga dan naar hem toe." "Maar wat als andere er achter komen?" Vraag ik zacht. "Dat zijn zorgen voor later. Ga nou maar en vertel ik hem." Ik knik. Ik loop de kamer uit en ren door de gangen. Eerst naar mijn kamer daar is hij niet meer. De troonzaal? Ook niet. De eetzaal dan, Ook niet. Ik trek alweer een sprintje. Ik ren door het hele kasteel tot ik niet meer kan. Uitgeput zak ik tegen de muur omlaag. "Zoek je wat?" Ik kijk op en zie Luke staan. Ik knik. "Ik zoek Cemal." "Cemal? Die gaat zo op reis. Hij moet zijn gedachten verzetten ofzo." Ik kijk op. "Gaat hij weg?" Luke knikt. "Ik moet nog met hem praten! Weet jij waar hij is." Vraag ik snel. "Volgens mij is hij op zijn kamer." Ik wil weer een sprintje trekken maar bedenk me dan iets. "Nog een vraagje, Waar is zijn kamer?" Luke schiet in de lach. "Hier de gang uit en dan links." Ik knik er begin te rennen. Ik bonk hard op de deur. Zodra Cemal de deur open doet loop ik binnen. "Nina? Maar.." Ik negeer hem en doe de deur dicht. Ik loop naar hem toe tot er bijna geen ruimte meer tussen ons in zit. "Maar jij zei dat het niet kon." Stamelt Cemal. "Vergeet wat ik zei." Fluister ik. Hij glimlacht. Dan druk ik mijn lippen op de zijnen. Hij kust terug. Geluk stroomt door mijn lichaam. Dan word de deur open gedaan. Geschrokken schieten we uit elkaar. "Sorry ik uh.. kom later wel terug." Stefan staat in de deur opening. "Het blijf tussen ons." Zegt hij met een knipoog. Hij draait zich weer om en loopt weg. Ik kijk Cemal aan en we schieten beide in de lach. Als we uitgelachen zijn kijken we elkaar weer in de ogen. Mijn hart gaat te keer. Het bonkt als een gek. Tot ik zijn lippen weer voel. De kus verandert in een zoen. Na een tijdje komen we uit elkaar. "Ik moet je wat zeggen." Fluistert Cemal zacht. Ik kijk hem vragend aan. "Ik ben niet wie je denkt dat ik ben."

En wie is hij dan wel? Vragen Vragen Vragen en gaan antwoorden. Maar Hé misschien het volgende hoofdstuk? Achja dat zien we dan wel. Dat was het wel duss....Doei!

Liefde in een wereld zonderWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu