12.

6.5K 226 12
                                    

Langzaam openen mijn ogen zich, het felle licht overvalt me waardoor ik mijn ogen snel weer dichtknijp. Ik open ze vervolgens opnieuw en wen dan al snel aan het felle licht. Ik wordt verwelkomt door mijn oh zo geliefde mate, proef de sarcasme. Meteen knijp ik mijn ogen weer dicht in de hoop dat hij me niet gezien heeft, maar het geluk staat niet aan mijn kant vandaag. "Verberg je niet voor mij, ik weet dat je wakker bent." Ik voel hoe kippenvel zich over mijn armen verspreid, zijn aanwezigheid alleen al zorgt voor angst in mijn lichaam. Ik open met tegenzin mijn ogen aangezien ik ook wel weet dat ik geen andere keus heb, ik schuif vervolgens langzaam van hem weg. "Ik wil naar huis." Fluister ik zo zacht ik kan, ik durf me niet te bewegen bang voor zijn reactie. "Je bent thuis." Ik voel hoe een traan uit mijn rechter ooghoek ontsnapt, ik wil niet bij hem zijn. Daarnaast zal dit nooit mijn thuis zijn, mijn huis was het bos. Ik was een Rogue, al een paar jaar lang en ik zal dat altijd blijven. Sinds mijn ouders mij hadden verbannen van hun pack heb ik geen vaste thuis plek meer gehad, en ik had er ook geen behoefte meer aan. Dit zal dan ook nooit mijn thuis plek worden, niet bij de persoon die mij claimde als zijn bezit.Het naarste aan deze situatie vind ik misschien nog wel dat ik niet weet met wie ik te maken heb, ik weet zijn naam nog steeds niet. En dan is dat mijn mate?  "Ik heb geen thuis." Hij kijkt me enkel aan waarna hij een plukje van mijn haar achter mijn oor schuift, ik walg van zijn aanraking dus sla ik zijn hand ruw weg. "Ik mag gewoon aan je zitten kitten." 

Dat is het moment dat er iets in mij knapt, het kan me voor even niets meer schelen. "ik haat het hier, ik haat alles. Ik haat jou, ik haat deze kamer. Ik haat mijn leven, ik haat alles." Ik kaats de woorden naar hem toe, ik schreeuw ze voor de verandering een keer niet uit maar fluisterde ze tegen hem. Mijn lichaam moest nog bijkomen van het chloroform, dus ik had de kracht nog niet om te schreeuwen. De zenuwen gieren inmiddels door mijn lijf, ik ben bang voor zijn reactie. Hij loopt langzaam naar mij toe wat ervoor zorgt dat ik naar achter kruip op het bed, ik voel hoe mijn rug vervolgens de muur raakt. Ik zit in de val, en dat weet hij ook. Hij pakt me beet bij mijn kin waardoor ik hem wel moet aankijken, zijn ogen staan donker en vol lust. "Je moest is weten hoe lekker je er uit ziet als je boos bent." Ik rol geïrriteerd met mijn ogen wat me een boze blik oplevert van hem, maar het kan me niets schelen. Waarom moet hij zo'n kut reactie geven op mijn uitbarsting? Dan ben je toch niet goed? Hij kruipt het bed op, ik probeer nog weg te schuiven maar hij is te snel. Hij pakt me bij mijn middel en trekt me naar zich toe, hij begint kusjes te geven in mijn nek wat mij alleen maar banger maakt. Na enige tijd komt hij bij zijn mark waar hij met zijn tanden overheen begint te schrapen, duizende tintelingen schieten door mijn nek heen. En ik weet mijzelf voor even geen houding te geven, waarom moet mijn lichaam toch zo heftig reageren op zijn aanrakingen? "Voel je die tintelingen? Dat is het bewijs dat je van mij bent, dat je bij mij toebehoort. Alleen ik kan je dat gevoel geven, je bent van mij kitten. Van mij alleen." 

It HurtsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu