30.

5.8K 224 21
                                    

Donkere dagen, lange nachten en iets teveel Caleb. Liefde, haat en vooral veel pijn, kortom mijn leven in deze hel. Ik wordt nog steeds vastgehouden in Caleb zijn slaapkamer, hij wilt voorkomen dat ik ontsnap. Al zou hij dat zelf nooit uitspreken naar mij, maar het is te overduidelijk. Elke keer als ik vraag of ik een rondje mag lopen door het huis komt hij met een excuus waarom dat niet mogelijk is. Vandaag zei hij dat het kwam door een of andere vergadering. Ik hou van hem, ondanks dat hij me vasthoud in deze kamer. De muren lijken soms op mij af te komen, ik zit hier al zo lang dat ik het besef van de tijd en dagen ben verloren. En nog steeds hou ik van Caleb, wat is er misgegaan in mijn hoofd vraag ik me soms af. Waarom houd ik in vredesnaam van een moordlustige alpha? Maar een antwoord op die vraag heb ik niet, en die zal ik ook nooit krijgen ben ik bang. Het hart is een orgaan dat een eigen wil heeft zei mijn moeder altijd tegen me, het houd van mensen zonder dat je er zelf ook maar iets van kan zeggen. Het heeft een eigen wil, je kan je er niet tegen verzetten. Als kind lachte ik haar vaak uit door die opmerking, ik vond het maar onzin. Maar op dit soort momenten snap ik eindelijk wat ze bedoelde, je hart heeft een eigen wil. Je kan niet kiezen van wie je wilt houden, je hart kiest dat voor jou. 

Ik sluit mijn ogen om zo tot rust te komen, en voor even lijkt het te werken. De wereld om mij heen ebt langzaam weg, herinneringen spelen zich af in mijn gedachte. Herinneringen van vroeger, voordat ik in een depressie raakte. De periode waarin ik vrolijk was, de periode waarin ik genoot van het leven. Sterker nog er was geen een dag in die tijd waarbij ik me rot voelde, ik was altijd positief. Daar zou ik nu een moord voor doen, een eenzame traan rolt over mijn rechter wang. Ik doe de moeite niet om de traan weg te vegen, ik zou willen dat ik de tijd kon terug draaien. Voor ik me er besef van heb volgen er meerdere tranen, de snikken rollen inmiddels over mijn lippen gevolgd door grote happen lucht die ik binnen haal. Ik voel hoe ik in twee gespierde armen word getrokken, ik laat het gebeuren. De tintellingen verspreiden zich door mijn lichaam, ik ben te moe om me te verzetten tegen zijn spieren. Ik voel hoe hij me zachtjes heen en weer wiegt, ik had Caleb niet binnen horen komen wat mij enig zins verbaasde. Normaal was hij erg luidruchtig, het zal wel door mijn luide snikken zijn gekomen. 

Mijn hart lijkt een slag over te slaan door zijn tederheid, hij kan soms zo'n zacht persoon zijn. Ik kan het niet meer ontkennen, Caleb heeft en plek in mijn hart gewonnen. En hoe graag ik het ook zou willen, ik kan hem niet afwijzen als mijn mate. Ik kan het niet over mijn hart verkrijgen om hem te verlaten, ik hou van hem. En ik moet en zal het hem vertellen, al wordt het mijn dood. Ik kijk voorzichtig op naar zijn perfecte gezicht, ik kan een klein glimlachje niet onderdrukken. "Caleb?" "Hmm?" Is zijn simpele antwoord, ik kijk hem glimlachend aan wat hem verbaasd zijn wenkbrauwen laat optrekken. Hij had waarschijnlijk niet verwacht dat ik zo snel zou bijtrekken, aangezien ik net nog luidkeels zat te huilen. Ik twijfel voor even of ik het wel tegen hem wil zeggen, hij kan soms nogal heftig reageren. toch doe ik het, ik wil dat hij weet hoe ik me voel. "Ik hou van je Caleb."

It HurtsWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu