H39. Jasper To The Rescue -E-

397 19 20
                                    

Gedachteloos zit ik op mijn avondeten te kauwen, in het vuur starend. Peter zit een eindje verderop met één van de kleinere jongens te spelen, maar ook hij heeft zijn hoofd er niet bij.

Wat zorgen voor de toekomst met een mens kan doen.

Ik wil net een stukje groente in mijn mond steken, als Jasper mij vluchtig op mijn schouder tikt. Ik kijk, weggetrokken uit mijn gedachtes, verschrikt het stuiterende jongetje aan. "Jasper? Wat is er?"

Hij wenkt me dat ik mee moet komen en gelijk laat ik alles staan om met hem mee te gaan, naar een grote boom, net buiten hoorafstand van de anderen. Wat bezorgd gebaar ik dat we hier veilig zijn en dat hij het nu kan vertellen. De blik in zijn ogen is niet te peilen.

Is er iets mis? Wat is er aan de hand?

Stiekem hoop ik dat ik niet de enigste ben die vreemde visioenen heeft, maar, als ik er over nadenk, toch wel. Ik zou niemand die angstaanval of plotselinge afwezige momenten met vreselijke beelden gunnen.

Hij buigt naar voren en automatisch doe ik dat ook.

"Elizabeth..." Hij kijkt me wat paniekerig aan.

Waarom zegt hij het niet gewoon? Is het zo erg?

"Jasper, wat is het nou? Zeg het maar. Je kan alles tegen me zeggen." zeg ik ietwat ongeduldig.

Jasper knikt. Hij haalt diep adem en zegt dan aarzelend: "Heb jij verkering met Peter?"

Ja, dat wisten jullie toch al? Schiet er door mijn hoofd. Maar tegelijkertijd dat ik het denk, weet ik dat niemand het nog weet. We hebben niks uitgesproken of in het bijzijn van de jongens iets laten zien.

Er breekt een glimlach door bij mij. "Uhhh.... Ja? Misschien?"

Jasper doet erg zijn best om boos te zijn. Zijn mondhoeken drukt hij met alle moeite naar beneden, nadat ze omhoog geschoten zijn. Hij slaat zijn armpjes over elkaar. "En waarom heb je mij dat niet verteld?"

Ik zucht en ga op één van de grote keien zitten. Jasper gaat op het gras voor mij zitten. "Nou... We hebben nog maar wat voor een kleine twee weken. Oké, dat is duidelijk te lang voor jou. Sorry." zeg ik als ik zijn blik zie. "En trouwens... Hij heeft mij nog niet officieel gevraagd. Of zo. Ik weet niet..." Ik bijt op mijn lip als het tot me doordringt dat we het nog niet officieel hebben gemaakt, of uitgesproken. Alleen dat hij mij leuk vind. Was meer dan dat niet nodig? Of heeft hij... Misbruik van mij gemaakt?

Als je met alleen jongens zo lang op een eiland vast zit begin je uiteindelijk natuurlijk bepaalde behoeftes te krijgen...

Ik haal mijn gedachtes er weer bij voor ik helemaal wegdrijf. "Hoezo? Hoe kom je er nu opeens zo mee?"

Jasper zucht, heel hard proberend om geïrriteerd te blijven, maar hij houdt het niet langer en begint breed te lachen. "Nou, ik ging misschien op zoek naar jou en kwam op het trainingsveld op het moment dat jullie... Je weet wel. Ieuw."

Met grote ogen kijk ik hem aan. Het bloed stijgt snel naar mijn wangen.

Misschien waren de visioenen beter geweest.

We staren elkaar voor een tijdje aan, als Jasper het opeens uitproest en heel hard begint te lachen. Eerst kijk ik hem beledigd aan, maar als ik me inbeeld hoe Jasper op ons twee inloopt, niks vermoedend en jong als hij is met zijn idee over zoenen, begin ik al snel met hem mee te lachen. Samen schateren we het uit.

Net als de ene stopt, begint de ander weer met lachen. Jasper begint traantjes weg te pikken, waardoor ik nog harder begin te lachen.

Eindelijk komen we weer een beetje op adem en Jasper gaat achterover in het gras liggen. "Kijk, die sterren daar," hij wijst naar boven. "vormen het sterrenbeeld De Bever."

Ik ga naast hem liggen. "Wil je ze nog een keer aanwijzen?"

Hij wijst naar een drietal heldere sterren en traceert ze door naar twee anderen.

"Wow... Hoe weet je dat?" vraag ik.

Hij begint te giechelen. "Dat weet ik niet. Maar op Aarde vond ik sterren al heel interessant en kende ik alle... Nou ja, bijna alle sterrenbeelden. Hier hadden ze nog geen naam, dus heb ik ze namen gegeven."

Ik glimlach. Natuurlijk heeft die slimmerd ze namen gegeven.

"Kijk, die boog daar," hij wijst naar de volgende sterren, "samen met die ene daar links, is het Vallend Blad. Je kan ze het hele jaar door zien."

Geïnteresseerd luister ik naar de namen die hij de sterren heeft gegeven. Eentje heet de IJsbeer, je hebt De Danser, De Eenzame Jager en De Middelste Zon...

"En die daar... Heb ik Elizabeth genoemd." Hij wijst naar de rand van de bomen, waarachter een klein groepje sterren ligt, met een zacht licht. In het midden is een ster die wat blauwer lijkt.

"Waarom Elizabeth?" zeg ik, me zeer vereerd voelend.

"Ik zag ze de dag voor jij kwam en had nog geen naam kunnen verzinnen... Maar misschien moet ik ze nu maar Zoenende Peter en Elizabeth noemen."

"Oh!" roep ik uit. Ik prik hem in zijn zij en hij schatert het weer uit.

Met een glimlach rond mijn lippen staar ik naar boven, naar Elizabeth. Mijn gedachtes dwalen weer af en onbewust zucht ik.

Jasper prikt in mijn wang. "Wat?"

"Hm?" vraag ik onwetend.

"Je zuchtte."

"Oh."

"Waarom?"

Ik kijk opzij, naar Jaspers onschuldige gezichtje. "Ik weet niet..."

"Zeg het maar. Je kan alles tegen mij zeggen." Imiteert Jasper mij, waardoor ik weer in de lach schiet.

Daarna zucht ik nog een keer. "Waarom vind Peter mij leuk? En, vind hij mij überhaupt leuk? Wat als hij mij gewoon gebruikt ofzo?" Even val ik stil, als ik besef dat ik dit tegen een 10-jarige vertel. "Sorry, dit kan jou natuur-"

Jasper drukt zijn vinger stevig op mijn lippen. "Duh, natuurlijk vind hij jou echt leuk! Je bent het enigste meisje op het eiland!"

Ik glimlach, voor Jasper. Ook al bedoelt hij het als een grapje, hij heeft precies mijn zorgen aangestipt.

"Nee. Nou ja, dat ook. Maar ik kan wel zien dat hij je leuk vind. Hij fleurt helemaal op als jij in de buurt bent. Van alle tijd dat ik hier ben, heb ik hem nog nooit zo gelukkig als twee weken geleden, toen jullie de hele dag weg waren."

Er vormt een bredere, end deze keer oprechte glimlach om mijn lippen. Jasper aan de redding voor mijn onzekerheden.

"Ik zat sterren te kijken, trouwens. Daarom zag ik jullie terugkomen. Ook al ging hij daarna gelijk weer weg..."

Verbaasd ga ik half rechtop zitten. "Wat?"

The Other Side Of The Moon | Neverland story | DutchWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu