26.2: Mist

495 27 6
                                    

De koudere wind buiten doet me in elkaar krimpen waarna ik me terug verman en verder richting de koets loop, dicht bij de vampiers, en nog dichter bij mijn Beer. De deur wordt geopend en na een krachtige sprong van mij zit ik erin. Nu maar eens proberen om niet in slaap te vallen en dat bij iemand met het perfecte knuffellichaam zoals Har.
"Het was echt leuk." Mijn ogen zoeken nieuwsgierig naar de zijne.
"Het was leuk om jou zo te zien ja." Owh, ik begrijp wel dat er voor hem gezelligere dingen zijn zoals die keer bij het water. Dit heeft hij al vaak gedaan plus: hij was omringd door veel mensen die hij waarschijnlijk wel allemaal kent.
"Volgende keer zullen we iets anders doen, iets waar je meer jezelf bij kunt zijn." Zijn gezicht verrekt geen spier - heb ik iets verkeerd gezegd? "Ha-" Zijn harde blik verzacht als een mondhoek omhoog gaat en eerst zijn linker kuiltje te voorschijn komt en daarna ook het rechter.
"Ik snap wat je bedoelt, de tijd voor mij om te vertrekken is echter heel kort." Nu is zijn houding eerder afwachtend en met spijt. Zijn lange arm trekt me tegen zich aan terwijl mijn blik snel controleert of de gordijnen toe zijn. Waarschijnlijk heeft Harry dat al veel eerder stiekem gedaan. Hij denkt altijd aan alles. Tevreden zucht ik en leg ik me beter tegen hem aan. Hij ruikt nog steeds fris en wild, maar ook zacht. "Kom je op mijn schoot zitten anders?"
"Dan val ik helemaal in slaap." Ik glimlach naar hem en speel meer zijn beschikbare linkerhand. De ringen laat ik draaien, net zoals hij er altijd mee schuift als hij zenuwachtig is.
"Maakt toch niet uit. "
"Spannende date dan." De twinkeling in zijn ogen verschijnt terug als hij lacht.
"Dat spannend gedeelte doen we straks wel." Ik grijns en kruip verleidelijk op zijn schoot, dat wou hij toch. En ik ook, heel graag.
"Mh, klinkt goed." Mijn lippen vinden snel de zijne en na een tedere kus heb ik die geoliede krullen al weer uit elkaar getrokken, hij kreunt zachtjes tegen me aan. Niet bereid om hier met de schokken verder te gaan verberg ik mijn hoofd in zijn hals en kruip ik tegen hem aan. Hij beschermt me wel. Dat doet hij altijd.

Een ruwe schok van het ding onder me doet me zachtjes kreunen en wakker worden. Mijn hart zwelt meteen op als ik de lange lenig vingers door mijn lokken voel strijken. Ik glimlach kort maar houd mijn ogen gesloten, genietend van het moment, ook al zou ik veel te graag die emerald ogen willen zien. Als hij zijn hand over mijn dij via mijn rug laat wandelen krimp ik lichtjes in elkaar.
"Goedenavond schoonheid."
"Heb je het tegen jezelf?" Ik hoor een vage grinnik om mijn grap en doe dan toch mijn ogen open. Meteen vind ik het vrolijk groen paar, hij is dus nog bij me - als in de echte Harry.
"We zijn er bijna." Ik knik en laat mijn ogen over zijn verduisterde gezicht glijden. Ik heb zo'n zin om langs de contouren te gaan, langs dat perfecte gezichtje. Mijn duim kruipt al omhoog via zijn hals maar zijn hand neemt het vast. Ik frons maar smelt terug meteen voor hem als hij mijn knokkels naar zijn lippen brengt en het vlees zachtjes kust. Ik vraag me af waaraan hij dan denkt, aan vlees of aan hand? "We zijn er echt bijna. Als je nu-" een grijns bespeelt mijn lippen. Ik mag hem dus niet meer verleiden voordat we uitstappen. Wat als ik- "Nee, echt niet. Alsjeblieft." Hij glimlacht lichtjes en weigert me naar hem toe te laten buigen. Als mijn ene hand via zijn buik naar beneden glijdt is hij me opnieuw voor. Hij pint mijn borstkas in een ruk tegen te zijne aan, mijn ademhaling wordt ruw onderbroken. Zijn volle lippen strelen mijn oorschelp als die lage stem begint. "Jij bent toch een heet, verleidelijk mannetje. Zo stout..." Als zijn tong het plaatsje onder mijn oor bereikt sluit ik genietend mijn ogen en spant mijn lichaam zich op. "We zijn er schatje." Zijn lippen zuigen net als ik van hem af wil gaan waardoor ik onvermijdelijk protesterend kreun. Ik wil niet meer van hem af gaan. Na een lang gevecht tussen mijn vermoeidheid en mijn lichaam dat honderd procent voor Harry gaat kruip ik toch van hem af. Zijn lippen gaan lichtjes omhoog, maar in het duister kan dat ook bedrog zijn. Als de deuren opengaan en Acario ons begroet glimlach ik en stap ik de kille nacht in. Harry's grote lichaam eist al snel de ruimte achter me op. Als hij net zo warm als mij zou zijn, zou ik het effectief kunnen voelen. Nu merk ik alleen hoe krachtig mijn hart begint te slaan bij het gevoel dat hij me weer beschermt. Zijn hand raakt voorzichtig mijn vingers aan waarna hij me formeel en heel soepel met de pols mee naar binnen begeleidt. Ik vind het maar niks op deze manier. Eenmaal in het licht en de warmte van een klein haardvuur laat hij me ook los. Er lopen nog enkele bedienden rond te poetsen. Ik negeer ze. Alles waar ik naar wil kijken zijn die emerald groene ogen. Alsof ze mijn lichtpuntjes in de duistere onwetendheid zijn. Een grote hand gaat door het slordige haar - dat heb ik gecreëerd, en ik ben er enorm trots op. Mijn benen zijn de lange van Harry voor als ik naar de trap toeloop en mijn oneindige weg naar boven maak. De vampier die me volgt zwijgt wijs, waarschijnlijk fronst hij ook. Ik vermoed dat hij nog met het idee van de reis zit maar ik weet het niet. Hij sluit zich te gemakkelijk. Eindelijk boven laat ik de stille krullenbol voor gaan. Hij is inderdaad met iets anders bezig. Zijn hand neemt de mijne behendig vast en zijn vingers verstrengelen zich met de mijne, alsof we zo meer aan kunnen dan daarvoor, samen. De bedreiging zegt net het omgekeerde. Geïntimideerd door de ongemakkelijke situatie wil ik de sfeer verlichten met een grapje maar hij is sneller - alweer. Een stille vloek verlaat zijn roze lippen. Ik grinnik ontspannen terwijl hij zijn pak langzaam uittrekt en me een verwarde blik stuurt.
"Wat ergert je?"
"Jouw lichaam niet tegen het mijne." Een lach van mij weerklinkt, zijn gezicht staat nog steeds even serieus. Hoe kan hij dat zo serieus zeggen? Het doet de temperatuur in mijn lichaam wel sterk stijgen, hij doet dat.
"Wat een drama. Je kan zelfs iets aan dat probleem doen, meneer slimme vampier." Nu krijg ik daadwerkelijk een mondhoek omhoog. Mijn benen vinden stap per stap de weg naar een beter gezinde keizer.
"Rune en Lucius zijn veel te luid. Dat stoort me, al was de oplossing van het eerste ook geen slecht idee." Zijn ogen priemen door mijn ziel heen, laten weten dat hij oprecht is en me aanspoort om iets terug te doen. Ik ontknoop mijn overjas.
"Voor het huwelijk zo'n dingen...Vind je dat wel gepast Harold?" Ik benadruk zijn naam met een fel accent. Zijn blik kijkt naar de plaats waar hij net zijn mantel heeft neergelegd. Als Beer terug omhoog kijkt zijn, zijn ogen meteen een tint donkerder. Het onheilspellende spannende bos met hoge bomen. Mijn favoriete spel.
"Waarom zou iemand die alle regels aan zijn laars lapt zich daar wel aan houden?" Het is een verwijt. Ik glimlach het weg en ontknoop het hemd het dichtste bij mijn huid, zijn ogen volgen de beweging.
"Omdat dat misschien wel een belangrijke waarde is."
"Maar onmogelijk." Zijn ogen pincken van ondeugd, ik grijns om de macht die hij me daardoor geeft.
"Wel, als je uitgehuwelijkt wordt en meteen trouwt zoals overal niet. Maar er zijn altijd uitzonderingen. "
"Speciale gevallen ja." Ineens is hij veel dichterbij dan daarnet. We staan beiden op onze sokken, half uitgekleed, met een domme verliefde uitdrukking elkaar aan te kijken. Zijn adem kriebelt mijn zintuigen. Controle Louis. Hij is van jou. Traag laat ik mijn hand langs zijn schouder lopen. Harry's ogen gaan al genietend toe en lustvol terug open. Als hij zijn tong over zijn lippen haalt zucht hij en lijkt hij afstand tussen ons te creëren. Wat doet hij nu?

Mijn eeuwige zonde - Larry Stylinson (vampier)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu