Hoofdstuk veertien: verrassing!

30 2 0
                                    

Lori keek op en zag Edilo in de deuropening staan. Zijn blonde haren zaten compleet door de war en zijn exotische blauwe ogen stonden verwilderd. Ook stond zijn mond een beetje open, wat hem er erg sloom uit liet zien. De verbazing in zijn ogen was onmisbaar; ze waren bijna net zo groot als zijn mond. Ondanks dat hij er verschrikkelijk onverzorgd uitzag – bijna alsof hij al weken niet meer geslapen had – was ze zo blij als een hoentje om haar beste vriend weer in levende lijve te zien. Iets waarvan ze had gedacht dat het nooit meer zou gebeuren.

"Hoe?" wist hij stotterend uit te brengen.

Lori haalde haar schouders op, maar zelfs die simpele beweging was haar te veel; de kleine kamer begon in het rond te draaien en niet veel later verliet het zure spul – tot haar grote afschuw – haar mond weer. Met haar mouw veegde ze de spuug wat aan haar mond was blijven kleven weg en keek ze Edilo even beschaamd en al even verbaast als hij was aan. Ze was wakker! Na een maand was ze eindelijk weer wakker. En nog beter dan dat: ze was nog in leven.

"Ik heb geen idee," antwoordde ze met haar kaken op elkaar geklemd. De pijn in haar hoofd was niet minder geworden en haar misselijkheid wilde ook maar niet ophouden. De vieze geur die ze door de kamer verspreid had, maakte het ook niet echt beter. Haar hoofd tolde en haar maag was compleet van slag. Ze had zich in haar hele leven nog nooit zo beroerd gevoeld. Het was lastig om blij te blijven met dit gevoel, want al vrij snel begon ze te hopen dat ze was blijven liggen.

Met dat idee in haar hoofd, ging ze weer op het bed liggen, hoe een pijn het haar ook deed, en sloot haar ogen weer. Direct verliet het stekende gevoel haar hoofd en voelde ze zich weer even rustig. Het was gewoon het licht, het deed zo veel pijn. Niet de pijn in haar spieren te vergeten. Ze had wist zij veel hoe lang stil gelegen om een dun bedje en ze had voor haar gevoel nog veel langer het licht niet meer gezien. Ze kon er nu eenmaal niets aan doen, haar lichaam was zwak. Zwakker dan ooit. Zwakker dan toen ze het niet eens kon bewegen.

Edilo kwam op de rand van het bed zitten en legde zijn hand op haar voorhoofd. Waarom wist ze niet zeker, maar het kalmeerde haar op de één of andere manier. "Stil maar, het is goed. Je bent weer wakker."

Ze glimlachte zwakjes naar hem, maar weer kwam haar maaginhoud naar boven, waarna ze weer omhoog krabbelde en haar hoofd naar de grond toe draaide. Waar verdiende ze dit nu weer aan? Was ze eindelijk wakker, bleef ze maar overgeven. Het was verschrikkelijk. Het deed haar zelfs pijn. De kleinste beweging die ze maakte, liet al pijnscheuten door haar lichaam heen schieten. Haar ogen kon ze nog altijd niet openen; het licht bezorgde haar hoofdpijn. En dan wel op een manier als nooit tevoren.

"Goed zo," probeerde hij haar gerust te stellen. "Laat het allemaal maar los, al die troep die ze je gevoerd hebben."

"Dank je," fluisterde ze met opeengeklemde kaken voor ze weer begon te kokhalzen. Haar maag was helemaal leeg, dus het enige wat naar boven kwam was de misselijkmakende smaak van gal. Ze keek Edilo kortstondig aan, maar zodra ze haar ogen opende, schreeuwde haar hoofd het weer uit van de pijn. Ze slikte het weg en sloot haar ogen. "Ik voel me niet goed."

"Ik ook niet," zei Edilo sussend, terwijl hij met zijn hand op haar rug tikte. "Open je ogen eens."

"Nee," was het enige woord dat in haar opkwam, "dan word ik misselijk."

"Dat komt omdat je al bijna een maand geen licht gezien hebt," zei hij terwijl hij het haar uit haar gezicht streek. "Je lichaam moet er gewoon weer even aan wennen. Dus doe je ogen gewoon open. Een beetje misselijkheid overleef je wel, je hebt erger meegemaakt."

Een onderdrukte grinnik rolde over haar lippen. Hij kon haar altijd aan het lachen maken, zelfs op momenten als deze. Het grinniken deed haar pijn, maar op de één of andere manier hield het de pijn ook een beetje weg. Praten deed ze niet, ieder woord dat haar lippen verliet voelde als een messteek. Ze moest haar praten tot het minimum houden, ondanks dat ze zo veel te vertellen had. Ze moest het allemaal rustig aan gaan doen.

EdaronWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu