hoofdstuk 8

276 22 1
                                    

Rob is verward als hij wakker wordt in de ochtend en zijn ogen opent. Hij kijkt niet recht tegen Wes aan. De man die bijna elke nacht bij hem sliep. Nu kijkt de jongen tegen een blauwe muur aan, waar allemaal dozen tegenaan staan. 

Matthyas, zijn oudste broer en by far de handigste van de familie, zou zijn bed vandaag in elkaar zetten. Rob mocht hem helpen als hij zin had, mar hij hoefde het niet. Rob hoefde sowieso nog niet veel want ze wilde hem even laten wennen aan alles. 

Rob rolt op zijn zijde, richting het raam, en het zonlicht valt gedimd op zijn gezicht. Zijn konijn houdt hij tegen zijn lichaam aan en Flip ligt ook tegen zijn armen aan. 

Rob raakt even in paniek als hij even niet meer weet waar hij is, maar die paniek wordt snel vergeten als hij zich herinnert waar hij eigenlijk is. De achtjarige is bang maar hij wilde het niet laten zijn. Hij was acht, geen baby meer. Het besef begint langzaam binnen te dringen bij de jongen. Dat zijn vader - Wes - hem mee heeft genomen toen hij klein was, want er zijn kleine stukjes van zijn kamer en het huis dat hij weet dat hij eerder heeft gezien. Toch wil Rob niet begrijpen dat Wes dit met opzet had gedaan. 

De jongen schrikt als de deur ineens opengaat. Hij moet even terug op adem komen, als hij ineens een klein jongetje in de deuropening ziet staan. Hij had hem eerder gezien en wist dat hij Raoul heette. Raoul was zijn jongere broertje. 

Raoul krijgt een brede glimlach als hij ziet dat Rob wakker is. "Je bent wakker! Iedereen slaapt echt super lang hier. Wil je in mijn kamer spelen met mij?"

Rob moet even de woorden laten bezinken en kijkt naar zijn broertje die nog altijd met een glimlach in de deuropening staat. Rob had nooit met andere kinderen gespeeld - in ieder geval, niet dat hij zich kan herinneren. 

Rob komt uit zijn bed en pakt Flip en konijn mee. De dino lag ergens achterop het bed en hoefde niet perse mee van de jongen. Hij was allang blij dat hij twee knuffels mee durfde te nemen. Hij wacht tot Raoul zijn kamer laat zien. Raoul neemt Rob zijn hand en de jongen schrikt er een beetje van. 

Raoul zijn kamer heeft de jongen al een paar keer gezien. Rob had hier wat speelgoed mogen pakken toen hij hier kwam wonen. Hij hield stiekem nog van paw patrol maar daar mocht alleen zijn vader iets vanaf weten. 

"Wil je met de lego spelen? Het is de oude lego van Matthyas, maar we mogen er mee spelen omdat hij nu grote jongens lego heeft." Rob weet niet wat het is en Raoul lijkt het op te pakken. "Oww kijk dit is lego."

De jongen trekt een bak onder zijn bed vandaan en Rob ziet allemaal steentjes. Raoul doet het even voor en klopt naast zich neer. Rob komt naast zijn broertje zitten en bekijkt aandachtig naar de manier waarop er een heel huis ontstaat. 

Rob legt zijn konijn en Flip naast zich neer en begint ook langzaam maar zeker aan zijn bouwwerk. Hij begint, met hulp van Raoul, aan zijn huis en lacht zacht als hij de aanwezigheid van Raoul voelt. Het voelt vertrouwd en veilig en dat is best gek aangezien Raoul pas 1 was toen Robbie mee was genomen. 

Als ze halverwege het bouwwerk zijn, kijkt Raoul vragend naar zijn broer. "Waar was je eigenlijk?"

Rob schrikt van de vraag en knippert een paar keer. Hij snapte dat Raoul die vraag had, want hij had eigenlijk ook die vraag. Waar was hij eigenlijk? Voordat hij verder kan antwoorden, gaat Raoul al verder. "Want papa en pap zeiden dat een slechte man jou mee had genomen toen je klein was, zelfs kleiner dan ik. Je was weg voor heel heel lang, maar jij zei dat het geen slechte man was dus ik snap het niet."

Rob haalt zijn schouders op als hij weer een steentje op het huis zet. Het lego projectje van hem en zijn broertje. "Ik snap het ook niet Raoul." Rob zijn stem is zacht maar hij is wel gemeend. 

geknechtWo Geschichten leben. Entdecke jetzt