013

1.2K 96 67
                                    

Vraag voor dit hoofdstuk: Wat is jullie kerstwens/nieuwjaarswens voor dit jaar?

Mijn antwoord: Ik zou willen dat in 2017 iedereen voedsel zou kunnen bemachtigen en niet enkel de welvarende landen die op dit moment een teveel aan voedsel hebben. Ook zou ik wensen dat iedere dakloze, oudere en alleen staande mensen een kerstkaart krijgen, een kerstdiner en bovenal gezelschap of iemand die om hem geeft. Of dat alle kinderen op de wereld ouders zouden krijgen die er voor 100% voor ze zijn, ze steunen en voor ze zorgen. Iets wat iedereen verdient. En als laatste natuurlijk iets tegen milieu vervuiling, dierenmishandeling en het uitsterven van diersoorten.
Voor mezelf zou ik graag een typmachine hebben, zo'n ouderwetse waarmee je mooie kaarten en brieven kunt schrijven :) Maar dat klinkt naar die hele lap tekst waarin ik 'wereldverbetering' aanduid als een wens voor het nieuwe jaar nogal raar :))

Jullie antwoord: .....

_________

Niemand wist precies wat er met me was en zodra ik ontwaakte groeide de vragen enkel meer. Volgens Patty kwam het omdat iemand me had vergiftigd, een theorie die door zowel Zabini als door mij uit gesloten kon worden. Een huffelpuf kon me dan nog wel zo haatte, iemand vergiftigen ging te ver. Ook kon het niemand anders zijn, puur omdat ik de afgelopen dagen geen enkele andere discussie of meningsverschil had gehad met een ander.

Professor Sneep liet het er liever op dat ik niet goed was geworden. Uiteraard had dit niets te maken met hem, zijn manier van lesgeven of het voedsel wat geserveerd werd. Niemand kon hier iets op tegenin brengen. Hij was tenslotte het schoolhoofd, een man voor wie je respect moest hebben en naar moest luisteren.

'Dray, je weet zeker dat het weer gaat?' vroeg Patty een laatste keer voor ook zij definitief de ziekenzaal moest verlaten.

'Geen zorgen,' stelde ik haar met een zwak glimlachje gerust. 'Ik red me prima, en zo niet hoef ik maar te gillen en zal ik hulp krijgen.'

Mijn woorden leken haar gerust te stellen, en wel zodanig dat ze binnen enkele seconden uit mijn oog verdwenen was. Patty was nog niet zo verkeerd, heel misschien in een andere tijd had ik haar lief kunnen hebben. Echter niet op dat moment omdat mijn hart niet groot genoeg was voor zoveel dingen. Het leger, de heer van het duister en de trots van mijn ouders legde al genoeg druk op mijn schouders. Ik had absoluut geen behoefte aan nog meer druk die gekoppeld ging aan een vriendin.

'Ga maar slapen meneer Malfidus, morgen mag je weer terug naar de lessen,' sprak madame Plijster die zojuist had besloten me een nachtje ter observatie te houden. Ik schonk haar een knikje, wenste haar een goede nachtrust en draaide me vervolgens op mijn zij.

De kaarsen werden gedoofd en zorgde ervoor dat de ruimte in een duisternis achterbleef. Op de zaal lagen nog een enkeling anderen kinderen, vermoedelijk gewond geraakt door een test of drankje die niet goed ging.

Twee jongentjes en drie meisjes lagen verspreid op de bedjes. Een eerstejaars jongen uit Zwadderich, een tweedejaars meisje uit Griffoendor met goud blonde haren lag daarnaast. Wie er verder lagen kon ik niet goed onderscheiden, het was te donker en mijn ogen te moe.

Net toen ik had besloten mijn ogen te sluiten hoorde ik hoe zachte voetstapjes mijn gehoorgangen vulde. Ik opende mijn ogen weer en zag een meisje mijn kant op komen. Ze zag eruit als een eerstejaars en aan haar manieren te zien zat ze in Griffoendor. Pas toen ze voor mijn bed stond hield ze op met sluipen, waarna ze langzaam aan mijn deken begon te schudden.

'Wat moet je?' vroeg ik zonder dat ik de moeite nam om haar aan te kijken of om rechtop te gaan zitten. 'I-Ik kan niet s-slapen, m-meneer,' fluisterde ze zachtjes.

'En wat moet ik daar precies aan doen? Op deze manier houd je niet enkel jezelf maar ook mij uit de slaap.'

Ik wist dat ik onredelijk klonk, maar ik kon het niet laten. Er was teveel gebeurd om nog vriendelijk te kunnen doen tegen een eerstejaars. Al wist ik diep in mijn achterhoofd dat voor jou het nooit te laat was om vriendelijk te zijn. 'I-Ik -vroeg me af of ik m-misschien bij u mocht liggen. Dat k-klinkt w-waarschijnlijk heel s-suf dus ik b-begrijp het als u nee zegt.'

Er trok een schok door mijn borstkast bij het horen van haar woorden. Hoewel het meisje nog geen zes jaar jonger was dan ik begreep ik waarom ze het wilde. Ze wilde enkel bescherming. Een arm om haar heen die haar een belofte deed dat het veilig was.

'M-Meneer?' vroeg ze zachtjes omdat ik haar nog steeds geen antwoord had geschonken. 'I-Ik begrijp h-het, w-welterusten meneer.'

Langzaam draaide ze haar kleine lichaampje om, maar nog voor ze uit mijn zicht kon verdwijnen hadden mijn dunne slanke vingers zich om haar pols gewikkeld. 'Kom maar bij me liggen,' fluisterde ik. 'Als je maar wel goed onthoud dat dit jou idee was en ik dus niet op kleine meisjes val.'

Een klein giecheltje verliet haar lippen waarna ze me vertelde dat ze even haar kussen, knuffel en deken ging pakken die nog in het koude ziekenhuis bed lagen. Na enkelen seconden kwam ze terug en kroop ze naast me.

Ik trok haar zonder er over na te denken tegen me aan en sloeg een arm om haar heen. 'Hoe heet je eigenlijk?' vroeg ik na enkele minuten zachtjes. 'Cara, meneer, Cara Flisk.'

'Je zit in Griffoendor neem ik aan?' vroeg ik Cara, een vraag die eigenlijk overbodig was aangezien ik er haast zeker over was. 'Dat is waar meneer, en u? Wat is u naam?'

'J-Je kent mij niet?' vroeg ik lichtelijk van mijn stuk gebracht. Haar woorden hadden in één klap verraadde waarom ze van iedereen mij had gekozen. Ze wist niet wie ik was of wat ik had gedaan. 'Nee meneer, is dat slecht?'

'Mijn naam is Draco, Draco Malfidus. Ik zit in Zwadderich.'

Ik voelde hoe haar spieren zich aanspande toen ze ongetwijfeld doorkreeg wie ik was en wat ik had gedaan. 'Geen zorgen,' fluisterde ik zacht. 'Ik zal je geen pijn doen. Dat beloof ik je.'

'M-Maar u bent slecht. U hebt professor P-Perkamentus v-vermoord en Harry P-Potter pijn gedaan,' piepte ze zachtjes en voor het eerst had ik het gevoel alsof ik op de feiten werd gedrukt. Ik werd met mijn neus op mezelf geduwd en ik haatte het.

'Ik weet wat ik heb gedaan,' fluisterde ik zachtjes. 'Maar kunnen we dit voor één nachtje vergeten. Je hebt je rust hard nodig en ik beloof je dat ik je niets aan zal doen.'

'H-Hoe kan ik je v-vertrouwen?' vroeg ze zachtjes. 'Je h-hebt mijn ouders held zijn hart gebroken.'

'Ik weet niet hoe. Het enigste waar ik op dit moment op hoop is op een kans. Kan je me die geven?'

Een gaap verliet haar lippen en verklapte voor ons beide het antwoord. 'Alleen voor deze nacht dan,' fluisterde ze kalm. Niet lang daarna merkte ik hoe haar ademhaling zwaarder werd.

Het meisje in mijn armen had me niet enkel getoond hoe harteloos ik was, maar ook wat ik had kunnen hebben. Ik had later namelijk een dochtertje kunnen hebben. Eentje die bij me in bed zou kruipen zodra het weer lelijk werd. Een meisje die ik zou opvoeden met jou. En dat idee zorgde er weeral voor dat die onverbiddelijke pijn door mijn hart trok. Wetende dat dit onze toekomst had kunnen zijn, een toekomst die ik voor ons beide had geruïneerd.  

Not all Gryffindors are GoodWhere stories live. Discover now