Zevenentwintig - Zwart op wit

1.4K 132 82
                                    

           

Mijn werkuren in de Zoetekauw gingen zelden zo langzaam voorbij als deze avond. De bestellingen gingen traag, de klanten leken niet te weten wat ze wilden en om de paar minuten keek ik naar de klok, waarvan de wijzers zo langzaam richting de vijf kropen dat ik dat ding wel stuk kon gooien.

Had het te maken met het feit dat Quinten me kwam ophalen? Misschien. Misschien een ietsepietsie klein beetje.

Ik kneep het gele doekje boven de gootsteen uit. Het was nu kwart voor vijf en de meeste gasten waren zo langzamerhand de Zoetekauw uitgelopen, op weg naar huis. Dirk was de keuken aan het schoonmaken en Carolien trachtte met haar bezem en haar boze blik de hangjongeren buiten van het tafeltje weg te jagen. Ik had geen zin meer. Mijn voeten deden pijn van mijn hakken en ik was eigenlijk dodelijk vermoeid, maar het idee dat ik Quinten over een kwartier zou zien, zorgde voor een beetje extra energie.

'Demi, liefje. Haal jij de stoelen even naar binnen?' Carolien kwam de zaak weer ingelopen. Haar wangen waren rood van de inspanning. 'En als je wilt mag je wat lekkers meenemen voor vanavond. Anders moet ik het toch weggooien.' Met een samenzweerderige glimlach knipoogde ze naar me.

De bel van de voordeur begon te rinkelen en ik hoefde niet eens op te kijken om te weten wie er binnen kwam. Quinten had er in de afgelopen weken een gewoonte van gemaakt om me uit mijn werk op te halen. Officieel was hij ook pas om vijf uur klaar, maar meestal kwam hij voor vijven al gedoucht en wel de Zoetekauw ingewandeld.

'Goeie middag,' zei Quinten met zijn eeuwige glimlach. 'Nog veel dienbladen laten vallen vandaag?'

Carolien gaf hem een pets tegen zijn achterhoofd. 'Die grap begint oud te worden, jongen. Zelfs ik heb die al tien keer gehoord.'

Quinten kromp een beetje in elkaar. 'Het was gewoon een vraag uit interesse,' verdedigde hij zichzelf.

'Ja ja,' zei ze, niet overtuigd. 'Je koffie staat klaar, hoor.'

Zo brutaal als Quinten was, liep hij achter de toonbank langs, sloeg zijn armen om me heen en drukte een kus op mijn wang. Zijn stoppels kriebelden tegen mijn huid. 'Hè Dee.'

'Hè,' zei ik zachtjes.

Carolien sloeg ons een paar tellen gade, voor ze haar bezem pakte en naar de keuken liep.

Quinten dronk zijn kopje koffie op en bleef tegen mij babbelen, terwijl ik verder ging met het schoonmaken van het aanrecht en de koffiemachine. Ik kon nauwelijks meer op mijn benen staan tegen de tijd dat ik eindelijk mijn jas van de kapstok pakte, Carolien gedag zei en met Quinten de Zoetekauw uitliep.

Buiten was het koud. Ik knoopte mijn zomerjas tot aan mijn nek toe dicht en trok de kraag omhoog tegen de wind.

'Koukleum,' mompelde Quinten plagerig.

'Hé, niet iedereen kan warmbloedig zijn,' protesteerde ik.

'Nou, dan moeten we maar vlug naar huis. Om je een beetje op te warmen.' Zijn ogen flonkerden speels en hij legde een arm om mijn schouder, die tevens prima als sjaal functioneerde.

'Viespeuk.'

'Met warme chocomelk en opgewarmde bami van gisteravond,' voegde hij er vlug aan toe. 'En volgens mij ligt je fleecedeken nog naast de bank. Die ben je van de week vergeten mee te nemen.'

'Hm,' zei ik zogenaamd bedenkelijk. 'Goed dan.'

Aan de andere kant van de straat kwamen twee mensen onze richting ingelopen. Het was niet heel moeilijk te raden dat het om een stel ging: ze hielden elkaars hand vast en toen de jongen iets zei, barstte het meisje uit in een aanstekelijke lach.

De Antimannenclub (✔️)Where stories live. Discover now