XIX

385 54 16
                                    

Zo gezegd, zo gedaan. Alles wat rood was, werd voorgoed verbannen. Vanwege het bloed, vanwege de woede, vanwege Rowan. Rood was een vloek, rood was gevaarlijk, rood moest en zou verbannen worden.

De mannen van de Raad gingen langs de deuren om alle rode dingen op te halen. Ze bonsden op de deuren en walsten naar binnen. Vrouwen schreeuwden van schrik, mannen werden boos, maar de Raad, met name Maverick en Duke, gingen door met hun zoektocht. Alles wat rood was, grepen ze bij elkaar: jurken, lappen, potten, lakens, zelfs kruiden en bessen. Alles.

Alastair en Berton werden naar buiten gestuurd om een groot vuur te maken. Ze verzamelden hout en bouwden een grote hoge houtstapel en staken die in de fik. Er werd een groot vuur gemaakt en alles wat rood was werden erin gegooid. Door middel van koper kleurden de rode vlammen in heldergroen.

Van een afstandje stond Rowan naar het vuur te kijken. Hij stond bij de bosrand. Hoe had dit kunnen gebeuren? Hij was gesnapt, hij was er gloeiend bij. Er was niets dat hij nog kon doen. Ja, hij kon wegrennen. Misschien moest hij dat maar doen.

Ze wisten nu nog niet waar hij was. Nu kon hij nog gaan. Net op het punt dat Rowan weg wilde rennen, schreeuwde Maverick: 'Daar is hij! Rowan! Grijp hem.' De mannen die het dichts bij hem stonden, keken naar hem en begonnen te rennen.

Door schrik dat hij gezien was, reageerde hij trager dan hij eigenlijlk had gehoopt. Met snelle passen begon Rowan te rennen, het bos in. Daar kende hij alles. Hij rende en rende. Achter hem hoorde hij het gestamp van de mannen. Hij keek achterom en rende toen heel hard tegen iets aan. Eerst dacht hij dat hij tegen een boom aan was gerend, maar dat zou hij nooit doen. Hij kende het bos daarvoor het bos te goed. Hij was in de armen van Duke gerend.

Duke had een mes bij zich. Hij hief zijn hand op. Rowan was bang dat hij, hier en nu, zou sterven, maar Duke sloeg hem neer met de kolf van het wapen.

Rowan werd wakker vastgebonden aan de boom bij de kreek. Hij stond nu op hetzelfde punt waar hij zestien jaar geleden ook had gestaan: in het bos, maar nu vastgebonden en in plaats van net geboren, zou hij hier sterven.

Het was wel mooi, wetend dat hij zou eindigen waar het allemaal begon. 'Rowan,' zei Duke, terwijl hij het mes in zijn hand ronddraaide. Rowan had kunnen antwoordden, maar hij koos ervoor om het niet te doen. Zijn tijd om te spreken was over. 'Vandaag eindigt je vendetta. Geen moord meer, met het Beest. Vandaag eindig jij en als dat beest van jou, ook nog maar een iemand vermoord... vermoord ik je vader en zijn familie.'

Rowan zweeg. Hij wist dat het geen probleem meer zou zijn. Het Beest zou met hem sterven. 'Spreek!' bulderde Duke en schopte hem in zijn maag. Rowan klapte dubbel, ook al zat hij vast aan een boom. Maar hij bleef stil. Zwijgend.

'Vermoord hem,' gromde Maverick.

'Nog laatste woorden?' vroeg Duke.

Rowan begint te lachen. De mannen deinsden achteruit, geschrokken van de onverwachtste, ongepaste reactie.

'Het beest...' zei Rowan. 'Zal voortleven!' Hij keek Duke aan. Toen dook Duke vooruit en stak het mes in Rowans borst. Rowans gelach stierf weg in het bos. Alleen nog het gehuil van een wolf was nog te horen.

AvondroodWhere stories live. Discover now