3. Temidden de warmte

22 3 6
                                    

"Estelle, ik moet echt zeiken."

Een hand duwde op mijn voorhoofd en ik bromde, het was koud en ik wilde de warmte niet verlaten. Mijn armen had ik rond Roelles borstkas geslagen. "K'mop Es." Roelles raspende ochtendstem, zijn zuidelijke accent kwam lichtelijk naar voren wanneer hij vermoeid was. Zijn lippen veegden langs mijn oor.

"Als je me nu niet laat gaan dan gaan we zo nog een rondje."

Kreunend liet ik de grip op mijn armen verzwakken. Roelle gaf me een extra duwtje en glipte onder mij vandaan. Alleen de warme plek op het bed was achtergebleven. Vermoeid opende ik mijn ogen, het was koud. Mijn vingers groeven in de gestreken plek waar Roelles rug lag. Zijn warmte was een rots in de zee, een zonsondergang na een zware bergwandeling.

Ik miste de warmte, de alcohol en Roelles lichaam tegen het mijne nu alweer.

"Dat lucht op," mompelde mijn beste vriend terwijl hij zijn hand door zijn haren haalde. "Nu je toch wakker bent, wil je ontbijten?" Ik draaide me om in het bed en drukte meer dekens tegen mijn naakte lichaam. Het was te koud om op te staan in deze herfstige tijden. Roelle lachte en plofte neer op het bed. Hij sloeg een arm om me heen en trok me tegen zijn warmte aan, ik omhelsde hem. "Nog eventjes dan."

En ik knikte in zijn borstkas. Hopend dat we voor altijd zo konden liggen, zonder zorgen en zonder te denken aan het verleden. Mijn oor ving Roelles versnelde hartslag op, luisterend naar het ritme van zijn leven omarmde ik hem stevig. Zijn vingers kamden door mijn zwarte haren en ik duwde het beeld van graaf Olion uit mijn hoofd.

"We moeten echt gaan, anders komen we te laat voor de repetitie," fluisterde Roelle. Een deel van me had geen zin om naar de gezelschap te gaan, maar een ander deel wist dat ik wel moest gaan.

"Ik doe toch niet mee vandaag."

"Jij nie' misschien, maar ik wel." Hij kwam overeind en tilde me mee op in zijn armen. Met een diepe zucht gaf ik Roelle zijn zin. Mijn beste vriend kwam uit het bed en begon onze kleren van de grond te rapen.

"Oké, oké."

"Kom, we halen je favoriete ontbijt."

Overtuigd stak ik mijn handen naar voren, Roelle grijnsde terwijl hij mijn polsen vastpakten. Hij trok me omhoog terwijl de deken van mijn lichaam afviel.

"Wat moet ik toch zonder je?" mompelde ik dramatisch terwijl ik het bed afsprong. Roelle sloeg zijn armen snel om mijn middel en liet me voorzichtig zakken.

"Dan zou Doornroosje nooit haar bed uitkomen." Ik trok een wenkbrauw op, zo slecht was ik niet met opstaan. Voor ik iets kon uitbrengen, belandde mijn shirt in mijn gezicht.

"Had ik maar een prins die me elke dag wakker kuste." Met mijn handen op mijn borst daagde ik hem uit, maar Roelle grinnikte hoofdschuddend. Hij was vastberaden om op tijd bij de repetitie te komen. Hij gaf me een duwtje tegen mijn arm.

"Alsof jij wakker wordt van een kus."

Zodra we aangekleed waren, liepen we hand in hand door de straten naar het verlaten huisje die we hadden opgeëist als ons oefentheater voor de sterrenstrevers. Roelle had het ooit gevonden toen onze oprichter Annebelle nog actief was bij ons gezelschap, het was in een barre staat. 's Winters was het enorm koud doordat er meer gaten in de muur zaten dan muur zelf, maar we wisten da te barricaderen met planken. Sindsdien hebben we het ons eigen plekje gemaakt om daar te repeteren.

Een broodje met varkensvlees die mijn beste vriend voor me gehaald had, warmde mijn vrije hand op. "Hoe gaat het toneelstuk waar Cirelle en jij aan werken?" vroeg ik Roelle voor ik nog een hap nam van het bladerdeeg.

Buiten het ScriptOpowieści tętniące życiem. Odkryj je teraz