Hoofdstuk 30

418 22 1
                                    

'Dit bos is oud,' fluisterde Legolas zacht. Zijn ijsblauwe ogen schitterden prachtig in de schemering van het donkere bos terwijl deze bewonderend om zich heen keken. 'Heel oud.'

'Ik heb nog nooit zo iets eerder gezien.' zei ik terwijl ik Legolas zijn voorbeeld volgde en bewonderend om mij heen keek naar de oude bomen die de meest vreemde vormen hadden die ik ooit had gezien. Alles was dicht gegroeid en er was nergens een duidelijk pad, alsof er haast nooit lieden door dit bos passeerden.

'Dit is het Fangornwoud,' legde Aragorn uit die langzaam voor ons uit liep, zijn pas nauwkeurig om niet te struikelen over de reusachtige wortels die uit de grond staken. 'Men zegt dat dit woud leeft en de bomen kunnen praten.'

'Ah, geweldig, pratende bomen,' mopperde Gimli die achter mij en Legolas liep. 'Precies wat wij nodig hebben.'

'Ik kan het horen... de bomen praten met elkaar,' zei Legolas zacht terwijl hij dichter naast mij kwam lopen. 'Ze worden ook wel Enten genoemd. De aller eerste elven leerden ze praten toen zij net geschapen werden.' legde hij mij uit. 'Dit is waarschijnlijk het laatste woud waar zij nog leven.'

'Ze zijn woedend,' Aragorn stopte halverwege met lopen en draaide zich naar ons om. 'Ze zijn woedend omdat Saruman dit woud gebruikt als brandstof.'

Ik snoof de lucht van het woud in en sloot even kort mijn ogen. De kracht van het woud drong langzaam mijn aderen binnen en ik kon de stemmen van de bomen nu in mijn hoofd horen. Ik opende mijn ogen weer.

'Ze praten met mij,' fluisterde ik zacht en geschrokken. Ik staarde kort naar de ketting om mijn hals die groen oplichtte. 'Ze zeggen dat de Witte Tovenaar nadert.'

In één oogwenk trok Legolas gealarmeerd zijn boog en Aragorn zijn zwaard. Gimli gromde diep en hief zijn bijl.

'Laat hem niet spreken, of hij zal ons betoveren,' waarschuwde Aragorn die zijn ogen strak gericht hield op een donkere plek tussen de bomen waar het langzaam aan steeds lichter begon te worden. 'We moeten snel zijn.'

Ik trok mijn boog en spande een pijl aan waarnaar ik deze op de zelfde plek richtte waar het licht steeds feller en feller begon te schijnen. Ik haalde diep adem, de stemmen van de bomen onrustig in mijn hoofd.

Een oogverblindend licht schoot plots te voorschijn, en zonder er bij na te denken liet ik de pijl los in de richting van de gedaante. 

Legolas zijn pijl volgde, samen met Gimli zijn bijl die door de lucht suisde. 

In één simpele beweging ketste de tovenaar de wapens van zich af en liet het zwaard van Aragorn in zijn handen verbranden, waarnaar de man deze met een vertrokken gezicht op de grond liet kletteren, het lemmet ervan rood gloeiend van de hitte. 

'Jullie volgen de sporen van twee jonge hobbits.' zei een stem waarvan de kracht flink door mijn botten leek door te dreunen. 

'Waar zijn ze!' riep Aragorn die met zijn handen de lichtstralen probeerde af te weren zodat hij niet werd verblind.

'Zij passeerden deze weg, de dag voor gisteren, en zij ontmoette iemand die zij niet hadden verwacht,' zei de stem, het licht langzaam dovend. 'Stelt dat je gerust?'

Ik hapte geschrokken naar adem toen het witte licht eenmaal gedoofd was en nu de gedaante van een reusachtige tovenaar verhulde. 

Zijn haren waren wit en lang, net als zijn baard en gewaad. Zijn ogen waren ijsblauw en intimiderend, en de staf die hij bij zich droeg was grof en gesneden uit without. De tovenaar zag oud, maar de kracht die hij om zich heen droeg was intens en overweldigend.

'Het kan niet,' fluisterde Aragorn ongelovig terwijl hij een stap dichter in de richting van de tovenaar deed, zijn ogen niet kunnen geloven.

Tranen sprongen in mijn ogen en ik kreeg het gevoel dat mijn adem in mijn keel bleef steken, niet kunnen en willen geloven wie er nu voor mij stond. 

'Gandalf?' Mijn stem stokte en ik voelde de boog in mijn handen trillen. Zijn blauwe ogen haakten zich in die van mij en ik voelde een steek door mijn hart gaan toen ik zijn warme en vertrouwde glimlach weer zag.

'Dat was inderdaad mijn naam,' zei hij bedenkelijk. 'Gandalf de Grijze.'

Ik moest onbewust lachen.

'Maar dat is die nu niet meer. Jullie mogen mij nu Gandalf de Witte noemen.'

'Maar hoe-?'

'Laten wij het er maar op houden dat ik ben terug gestuurd omdat mijn taken hier beneden nog niet zijn voldaan.' zei de oude tovenaar mij met een knipoog, en zonder nog iets te zeggen omhelsde ik hem.

'Ik ben blij dat u weer terug bent, Gandalf.' zei ik de oude tovenaar waarnaar ik hem weer losliet en vlug de tranen van mijn wangen veegde. 

Hij glimlachte warm naar mij. 'Ik ook, mijn liefste Grace.'


~


'Nu, laat ons richting Edoras reizen, gezien de koning van Rohan ziek is en mijn hulp hard nodig heeft.' zei Gandalf die ons het bos uit leidde.

'Edoras?' mompelde Gimli verward. 'Dat is nog een flink eind hier vandaan. Wij hebben maar twee paarden en zijn met vijf. Met alle respect Gandalf, maar hoe bent u van plan dat hele eind te gaan reizen?'

Toen wij eenmaal het bos hadden verlaten en weer terug waren op de zelfde plek waar wij onze paarden hadden achter gelaten, draaide Gandalf zich naar ons om met een glimlach.

'Maak je om mij maar geen zorgen, Gimli, ik zal jullie spoedig weer inhalen.'

Legolas steeg op de schimmel en stak toen zijn hand naar mij uit met een glimlach. Ik twijfelde geen seconden en nam deze van hem aan waarnaar ik voor hem opsteeg. 

'En de hobbits?' vroeg ik Gandalf bezorgd terwijl ik een korte blik op het woud wierp. 'U weet zeker dat zij veilig zijn?'

'Veiliger dan waar jullie zullen gaan,' zei de tovenaar met een warme lach. 'Rijd richting Sneeuwborn, en jullie zullen Edoras spoedig bereiken.'

Aragorn, die nu ook zijn paard bestegen had met Gimli achterop, knikte. 'Wij zien u snel, Gandalf.' Hij spoorde de ruin aan en vertrok toen in een vlotte galop richting het Westen.

Legolas plaatste zijn armen langs mij en nam toen vervolgens de teugels waarnaar hij zacht in mijn oor fluisterde. 'Weet je zeker dat je dit wilt doen? Je kunt ook Merry en Pippin volgen, als je hart daar liever gaat.'

'Amin emel auta manke lle auta, Legolas.'(Mijn hart gaat waar jij gaat, Legolas.) fluisterde ik zacht terug en ik voelde hoe twee zachte lippen mijn wang kusten, gevolgd door Arod die overging in galop.






𝐇𝐢𝐝𝐞 𝐚𝐧𝐝 𝐒𝐞𝐞𝐤 [𝐍𝐋]Where stories live. Discover now