Hoofdstuk 31

848 32 31
                                    

Toen de avond viel besloot Aragorn dat het maar beter was te gaan rusten zodat ook de paarden hun krachten weer bij één konden rapen.

Na wat water gezocht te hebben en deze aan de paarden te hebben gegeven, gingen Aragorn en Gimli rusten terwijl Legolas de eerste wacht nam.

'Hoe is het met je been?' vroeg Legolas mij zacht terwijl hij naast mij tegen één van de rotsen kwam zitten. De ondergrond was droog en ruw, alsof het in een lange tijd geen water meer had gezien. 

'Veel beter.' zei ik met een kleine glimlach terwijl ik even kort naar het lap stof om mijn bovenbeen staarde. Ik voelde de wond nauwelijks nog. Het was slecht nog een klopping die eerder vervelend was dan pijnlijk.

Ik voelde Legolas zijn blik op mijn gezicht branden, en toen ik naar hem opkeek haakten zijn ogen zich in de mijne.  'Le bainon.'(Je bent zo mooi.) Zijn stem was fijn en zacht en bezorgde mij opnieuw rillingen. Hij plaatste zijn hand op mijn gezicht en streelde kort met zijn duim over mijn wang. Zijn kleine aanraking deed mijn binnenste tintelen.

'Wat zie je toch in mij, Legolas.' mompelde ik zacht terwijl ik mijn ogen sloot, mijzelf laten genieten van zijn aanrakingen. Hij plaatste zijn andere hand in mijn nek en streelde met de toppen van zijn vingers mijn hals. Ik voelde kippenvel ontstaan over mijn hele lichaam.

Hij plaatste zijn voorhoofd tegen het mijne en ik kon zijn warme adem nu langs mijn gezicht voelen strijken. Mijn hoofd begon licht te worden en ik vergat even waar en met wie wij waren. Ik vergat onze missie en ik vergat voor heel even het gevaar. Ik kon nu alleen nog maar denken aan Legolas, en hoe dichtbij hij nu was.

'Legolas,' Mijn stem was ademloos, en wanneer ik sprak kon ik zijn zachte lippen langs de mijne voelen strijken. Mijn borst ging op en neer en ik werd duizelig van alle tintelingen die nu door mijn lichaam trokken. Dit gevoel was mij absoluut niet bekend, maar sinds ik Legolas had ontmoet werd het gevoel steeds meer vertrouwd. En het voelde fijn om even niet normaal te kunnen denken en niet normaal te kunnen ademen. Hoe gek het ook klonk. Het voelde zo fijn.

Plots ontwaakte ik uit mijn roes en krabbelde vlug overeind. Ik draaide mij weg van Legolas en staarde met ingehoude adem naar de lege vlakte van Rohan. 'Jij bent een prins, Legolas.'

Ik hoorde hem vanachter mij zuchten, gevolgd door het geknars van kiezelstenen, als teken dat hij ook overeind was komen staan. 'Ik geef daar niets om.'

'Jij bent een elf, tuurlijk geef jij daar iets om.' zei ik zacht terwijl ik hard op mijn onderlip beet.

Ik voelde hoe hij onzeker een hand op mijn schouder plaatste, en toen ik deze niet van mijn afschudde, hij vervolgens ook zijn andere hand plaatste en mij dichter naar zich toe trok.

'Grace,' fluisterde hij zacht. Zijn lippen streelden mijn oor en ik sloot opnieuw mijn ogen. 'Guren min gaim lín.'(Mijn hart ligt in jouw handen.)

Zijn woorden bezorgden mij rillingen en ik voelde hoe hij mij voorzichtig omdraaide zodat ik gedwongen was hem aan te kijken. Ik voelde mijn hart stoppen toen zijn prachtige blauwe ogen de mijn ontmoette en ik vergat even adem te halen.

'Zegt dat niet,' fluisterde ik zacht terug. 'Ik weet niet hoe het is om iemand lief te hebben.'

Hij wikkelde zijn armen om mij heen en trok mij dichter naar zich toe, slechts enkele centimeters resterend. Hij boog zijn gezicht dichter naar het mijne tot ik zijn adem weer langs mijn wang kon voelen strijken. 

'Ik ook niet, maar ik denk dat ik er nu wel achter begin te komen.' En voor ik het mij ook maar kon beseffen overbrugde hij de laatste centimeters tussen ons en kuste mij.

𝐇𝐢𝐝𝐞 𝐚𝐧𝐝 𝐒𝐞𝐞𝐤 [𝐍𝐋]Where stories live. Discover now