Hoofdstuk 3

5.8K 174 20
                                    

Diana's point of view

Ik ben eindelijk thuis. Ik gris de huissleutel uit mijn boekentas. De fiets van Lucas staat buiten, dus hij moet al thuis zijn. Ik duw de zware deur open. Mijn boekentas gooi ik in een hoekje in de gang. Ik heb geen zin om te studeren vanavond, series zoals Pretty Little Liars en Vampire Diaries zijn gewoon veel interessanter dan de onzin die we leren op school. De grote spiegel in de gang herinnert me eraan dat ik een blauwe kaak heb. Wat moet ik zeggen als mijn ouders dit zien? Dat ik gevochten heb met een doorgeslagen jongen die mijn broer verrot wou slaan? Dat lijkt me geen goed plan. Ik verzin wel iets als ze het vragen, stel ik mezelf gerust. Ik loop de trap op naar boven. Vluchtig kijk ik Lucas z'n kamer binnen, hij zit op zijn bed.

"Lucas, mag ik binnen komen?" Vraag ik. Hij heeft niet graag dat ik gewoon z'n kamer inloop.

"Best" Hij klinkt niet al te vrolijk.

"Over vanmiddag w-" Voor ik mijn vraag kan stellen onderbreekt hij me boos.

"Hou erover op"

"Ik maak me zorgen om je, Lucas"

"Hoeft niet" Hij is heel kort.

"Moet ik met die jongens gaan praten?" Ik wil alles doen om hem weer gelukkig te maken.

"Nee, en zou je nu weg willen gaan?"

In stilte sta ik op en loop zijn kamer uit. Ik doe de deur achter me dicht. Het voelt alsof er lood in mijn benen zit, zo slecht voel ik me over het gedoe met Lucas, maar als hij niet wilt praten kan ik hem niet dwingen. Ik loop mijn eigen kamer in. Hij is roze geschilderd, van toen ik 10 jaar was. Toen vond ik het zo'n mooie kleur, maar nu vind ik het afschuwelijk. Ik wil mijn kamer wit verven, maar mama staat het niet toe. Hoe dan ook, dit is toch mijn laatste jaar op de middelbare school. Dan ga ik waarschijnlijk op kot en dan kan ik doen wat ik wil. Wat verlang ik naar die tijd. Vrij zij. Dat verlang ik eigenlijk al heel lang. Ik droom over weggaan en de hele wereld afreizen. Dat lijkt me fantastisch, maar misschien een beetje onwerkelijk. Ik besef nu dat ik geen idee heb wat ik wil kiezen van studie volgend jaar. Maar dat zijn problemen voor morgen. Ik staar door het raam. Het regent een beetje. Ik word rustig van het geluid van de tikkende regen op de ruiten. Zo rustig dat ik schrik wanneer ik de voordeur hoor opengaan. Het moet wel mama zijn, want papa is in China voor z'n werk.

"Diana, help eens mee de auto uitladen!" Roept mama onderaan de trap.

"Ik kom!" Ik loop de trap af naar beneden. Als ik benden kom, ontwijk ik mama haar geschokte blik.

"Wat is er gebeurt?" Vraagt ze ongerust. Haar ogen worden groot van bezorgdheid.

"Vlug Diana, verzin iets", denk ik bij mezelf.

"Ik ben keihard gevallen met de fiets op weg naar school" Die smoes moet goed genoeg zijn.

"Doet het pijn?" Ze duwt onvoorzichtig met haar vinger op mijn kaak.

"Auw!" Ik gil het uit. "Ja het doet pijn!"

"Oeps sorry! laad maar de auto uit."

Ik werp haar een boze blik toe en help de auto uitladen.

"Diana, wie gaat er winnen denk je? Rusland of België?" Vraagt mama.

O ja, dat was ik helemaal vergeten. Vanavond is het WK. Rusland tegen België. Ik ben helemaal niet mee met het voetbal of zo, maar het WK vind ik altijd wel spannend.

"Geen idee", zeg ik schouderophalend terwijl ik een zak vol eten naar de keuken draag.

Ik loop terug naar boven. Ik heb niet zo veel zin om samen met mama en Lucas samen naar het WK te kijken beneden. Het was vandaag een verwarrende dag, en ik ben moe. Ik neem vlug een douche en besluit dan al te gaan slapen. Ik zoek mijn oortjes en stop ze in mijn oren. Nog even muziek luisteren en dan ga ik slapen. Ik zoek een gemakkelijke houding om te liggen. En die opdracht is niet zo eenvoudig met mijn kaak. Na een tijdje worden mijn oogleden zwaar en ik val in een diepe slaap...

Opeens word ik terug wakker. Ik kijk op mijn iPod. Het is één uur s'nachts. Nu besef ik dat ik wakker ben geworden door een zacht geluid. Ik spits mijn oren. Het komt uit de kamer naast mij, de kamer van mijn broer. Rustig, zonder veel lawaai te maken, kruip ik mijn bed uit. Mijn ogen moeten even wennen aan het donker. Stap voor stap loop ik naar mijn deur. Ik trek hem zo zacht mogelijk open. De deur van de kamer van mijn broer is dicht, maar ik hoor dat het geluid van hem komt. Hij snikt. Ik sla mijn handen voor mijn mond. Zo erg vind ik het. Waarom zou hij huilen? Zou het met die jongens te maken hebben? Ik voel dat ik tranen in mijn ogen krijg en ik loop zachtjes terug naar mijn kamer. Ik ga in mijn bed liggen en staar naar het plafond. Verwarring vult mijn hoofd. Uren gingen voorbij...

----

Oke, geen super goed hoofdstuk, maar het spannende moet nog komen ;)

Say you love meWhere stories live. Discover now