hoofdstuk 10

243 24 2
                                    

Als Rob terugkomt van een vergadering met een klant, verwacht hij Milo door het huis te zien rennen terwijl Raoul moeite heeft om hem bij te houden, Matthyas op zijn gebruikelijke plek aan het aanrecht schoolwerk te maken, en Koen weggestopt in zijn kamer. Wat hij echter niet verwacht (zelfs niet in het geringste), is een huis dat stil is, behalve het zachte geluid van een oude komediefilm op de televisie.

Hij fronst, kijkt rond in de open ruimte, gluurt in de keuken voordat hij dichter bij de woonkamer komt. Hij bevriest wanneer hij dichtbij genoeg is om over de rugleuning van de bank tegenover de televisie te kijken, een glimlach die zijn gezicht overneemt bij het zien van de twee jongens die uitgestrekt over de bank liggen.

Koen heeft zijn voeten op de salontafel gelegd, hangt laag op de bank met zijn armen over zijn middel gekruist, kin rustend tegen zijn borst en ogen gesloten in slaap. Matthyas ligt met zijn hoofd op de armleuning, één arm onder zijn hoofd en de andere over de zijkant van de bank hangend, zijn benen opgetrokken met zijn voeten rustend tegen de dij van de oudere jongen.

Het blijkt dat de jongere van de twee niet helemaal slaapt, want wanneer Rob dichtbij genoeg komt, knipperen zijn ogen open en draait hij zijn hoofd naar de man, zijn wenkbrauwen vermoeid samengetrokken voordat hij glimlacht.

"Oh. Hé, Rob," begroet hij rustig, zich voorzichtig opduwend tot een zittende positie alsof hij Koen niet wil wekken. "Heb je een goede dag op het werk gehad?" Vraagt hij beleefd.

Rob glimlacht, reikt uit om de jongen door zijn haar te aaien. In de paar weken dat Raoul en zijn kind permanent bij hen zijn komen wonen, is hij behoorlijk genegen geraakt aan de veertienjarige - niet alleen het soort genegenheid dat je hebt voor de zoon van je vriend, maar meer het soort dat je hebt voor je eigen kind.

"Ja, kerel, niet slecht. Wie heeft deze jongen uit zijn kamer gesleept? Hij komt normaal gesproken alleen voor eten naar buiten na school," zegt hij met een vleugje humor en spijt in de woorden.

Matthyas haalt zijn schouders op, kijkt even naar hem en dan terug naar Koen. "Ik vroeg of hij een film wilde kijken en hij zei ja. Moet behoorlijk moe zijn geweest, want hij viel in slaap ongeveer vijftien minuten nadat we begonnen waren," zegt hij, en Rob heeft het gevoel dat er misschien meer aan de hand was dan dat, maar hij wil de jongen niet ondervragen. Voor nu is hij gewoon blij dat de twee oudere jongens het goed met elkaar kunnen vinden, want hij begon te vrezen dat Koen Matthyas nooit zou erkennen. Dit is vooruitgang, besluit hij.

"Ja, ziet er zo uit. Hoe was school?" Vraagt hij rustig, terwijl hij naar de armleuning loopt waar het hoofd van de jongens eerder rustte. Mat leunt achterover tegen het kussen en trekt zijn knieën tegen zijn borst, armen eromheen geslagen.

"Het was oké. Heb een hoop huiswerk te doen, maar ik denk dat het nu wel kan wachten. Mijn vader heeft Milo trouwens mee naar buiten genomen. De tuin in, geloof ik, want Milo wilde in de regen spelen," zegt hij, en kijkt dan op naar de man met grote ogen. "Maar maak je geen zorgen, papa heeft ervoor gezorgd dat hij een jas aanhad en alles."

Rob lacht daarom, knikt. "Ik vertrouw erop dat de man weet wat hij doet. Je kweekt geen kind zoals jij zonder er behoorlijk goed in te zijn," prijst hij, glimlachend wanneer de jongen een beetje bloost, zijn schouders ophalend.

"Ik ben bijna verdronken op een zwembadfeestje toen ik vijf was omdat hij was vergeten mijn zwembandjes om te doen," zegt hij, grijnzend.

Hij snuift, wrijft weer door het haar van de jongen. "

Zie je, vriend, dat is het soort ding waar je me niet over moet vertellen als de man alleen is met mijn negenjarige."

Alsof op commando gaat de voordeur weer open, waardoor een zeer natte Raoul tevoorschijn komt met een bundel natte jas in zijn armen waar Rob even een moment voor nodig heeft om te beseffen dat het eigenlijk Milo is. De ogen van het kind zijn gesloten, krullen nat aan de voorkant waar ze uit de capuchon van zijn jas springen, gekruld tegen de borst van de man met een kleine glimlach die aan zijn lippen trekt.

samengesteldWhere stories live. Discover now