Proloog | De Eudoxspelen

2.1K 85 36
                                    


Zeshonderd jaar geleden leefden de wezens van Eudox in vrede. De reuzen woonden in dezelfde straatjes als de dwergen, heksen en feeën glimlachten naar elkaar wanneer ze langs elkaar liepen, nimfen hielpen de trollen en Orken het trollenland in leven te houden, aangezien ze dat zelf niet voor elkaar kregen, en zelfs de mensen lieten zich hier en daar nog wel eens aan de magische gemeenschap zien.

Om deze vrede te vieren werd er elk jaar de Eudoxspelen gehouden, een tournament waarin de sterkste strijders van de verschillende rijken het tegen elkaar opnamen om de eretitel "Eudox' trots" en de daarbij horende prijzen voor zich te verwerven.

Als je deze eretitel won, kreeg je voor de rest van het jaar gratis eten, een enorme buit geld, waarmee je minstens nog tien jaar lang alles kon bekostigen, en je mocht voor de rest van je leven in het paleis van jouw keuze wonen. De spelen was iets dat de rijken nog meer bij elkaar bracht. Het waren mooie, blije tijden.

Je kon hardlopen, boksen, hordespringen, kogelstoten, sleutels uit het water vissen, parels uit de bekken van moerasmonsters stelen en nog veel meer! Elk jaar was de locatie van de spelen weer ergens anders.

Maar, zoals jullie hem al aan voelden komen, ging er plots iets verschrikkelijk mis.

Op de tweehonderdtwaalfde spelen, tijdens het spannende gevecht tussen de elfenprins, genaamd Aubrum, en de zoon van de leider van de reuzen, Kï, stak de elfenprins de feeënkoningin Mirea plots dood.

Hij had zijn grote speer vanaf het slagveld naar de tribune toe gericht en met zijn ongekende kracht op de koningin afgegooid. De speer was recht door haar hart gegaan en het hele Colosseum was in een opslag stil geworden. De handen gingen naar beneden, de vreugde veegde zich als een lente briesje van de gezichten af en de sfeer werd ondraaglijk somber.

Je hoorde geen gejuich meer.

Geen gelach meer.

Geen vrede meer.

Alleen de vrolijke vogeltjes die ignorant in de lucht aan het rond vliegen waren en mooie liedjes met hun snaveltjes zongen klonken in het grote colosseum, terwijl de aanwezigen zich probeerden te realiseren wat er zo net gebeurd was.

Een van de drie wachters, die aan de koningin's zij stond, trok de speer recht uit haar hart en had er droevig naar gekeken. Die droefheid maakte snel plaats voor woede.

Iedereen hield van de feeënkoningin. Ze was een van de aardigste wezens in heel Eudox! Iedereen was geschokt en furieus met de prins. De elven waren verward en de feeën waren kwaad.

Na het incident werd de prins afgevoerd, zonder weet van de elfenkoning, naar het kasteel van de feeënkoning en werd hij daar in de kerkers gehouden.

Acht dagen lang had hij geen licht en eten gezien. Het kleine beetje water dat van de vochtige muren zo nu en dan nog naar beneden druipte was haast niet genoeg om zijn droge keel te verzorgen.

De feeënkoning had al die tijd zitten rouwen om de dood van zijn vrouw. Elke dag maakte zijn hart beetje bij beetje meer plaats voor woede en wraak. Het leek alsof het feeënrijk de tijd stop had gezet. Voor negen dagen lang gebeurde er vrij weinig in het rijk. Iedereen was te verdrietig om de dood van hun geliefde koningin en wilde hun respect tonen door samen te rouwen met de koning.

Uiteindelijk, op de tiende dag, had de koning eindelijk een straf gevonden voor prins Aubrum. De doodstraf.

Toen dit bekend werd door alle vijf de grote rijken, waren de rest, tot de elfenkoning's verbazing, het er allemaal mee eens.

Eudox | Boek 1 | De OntwakingWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu