Hoofdstuk 29

103 13 0
                                    

POV Laura 

Ik kijk verschrikt naar de persoon die daar staat. Het is een klein meisje. Als ze merkt dat ik haar heb gezien draait ze zich snel om en rent weg. Oke? Vaag... Ik pak het koffertje met de fluit erin en loop achter het meisje aan. Als ik de grot uit loop is ze nergens meer te bekennen. Ik haal mijn schouders op. Niet iets om me op dit moment zorgen over te maken.  Ik loop naar m'n paard toe en stop de fluit in een van de zadeltassen. Onhandig klim ik in het zadel en ik druk mijn hielen, misschien net iets te hard, in zijn buik.  Na een kwartier stapvoets te hebben gelopen ben ik er klaar mee. Dit gaat veel te langzaam zo, maar rennen ga ik niet zo heel lang meer volhouden. Ik ben bang dat ik er maar aan moet gaan geloven dat draf gebeuren. Ik druk met mijn hielen in de buik van het paard onder me en hij gaat over in draf. Ik stuiter op en neer in het zadel. Dit werkt niet. Ik ga staan in de stijgbeugels. Moet je dan gaan zitten als het paard de grond raakt of zo? En dan staan als hij van de grond af is? Ik probeer het. De eerste drie keer gaat het goed, maar dan raak ik het ritme kwijt en hobbel ik weer op en neer. Ik probeer het nog een keer. Dit keer gaat het iets beter. Maar na een paar keer raak ik weer het ritme kwijt. Ik blijf het proberen. Ik hou pas op als ik merk dat de wereld om me heen ineens een stuk witter is geworden. Huh? Ben ik al de eilanden overgestoken? Ik pak de kaart erbij en bekijk de route. Oh ja, het klopt. Ik ben goed gereden volgens mij. Dus... Bij de volgende splitsing rechtdoor, dan naar rechts en dan... ergens midden op het pad afslaan? Oke? Naja, ik kijk straks wel. Ik rij bij de volgende splitsing rechtdoor en ga dan naar rechts. Ik hou in als ik me ineens bedenk dat ik de hele tijd in draf heb gereden. Yes! Het is me eindelijk gelukt! Ik pak de kaart erbij en kijk naar het pad voor me. Ik zou hier straks ergens midden op het pad linksaf moeten slaan, maar er staat helemaal geen pad op de kaart. Eerst maar even kijken denk ik. Ik rol de kaart weer op en rij verder. Ik kijk ondertussen steeds naar links om te zien of er ergens een of ander pad is. Na een minuutje gereden te hebben zie ik een soort wildpad. Ik zie wat hoefafdrukken van een of ander dier. Ik pak de kaart er weer bij. Zou dit het zijn? Zou best kunnen. Ik kijk om me heen om te kijken of er ergens een ander pad vinden is. Niks. Ik haal m'n schouders op en rol de kaart weer op. Proberen kan geen kwaad. Ik duw met mijn hielen in de buik van het paard onder me. Ik laat hem stapvoets lopen en buig me diep over zijn nek heen om de laaggroeiende takken te ontwijken.   Na een paar minuten gereden te hebben wordt het pad iets breder. Ik rij door en zie dat het over een paar meter abrupt ophoud. Raar. Ik kijk zoekend rond en zie dat een plekje op de grond een net iets andere kleur heeft dan het wit-bruine eromheen. Als ik niet ergens naar had gezocht was het me niet opgevallen. Ik stijg af en hurk neer naast het rare plekje. Ik veeg wat sneeuw en aarde weg en het wordt steeds groter. Ik veeg nog wat sneeuw en aarde weg en er komt een soort luik tevoorschijn. Ik probeer hem voorzichtig een beetje op te tillen. Oef... Dat is zwaar! Ik probeer het nog een keer en hij geeft weer een beetje mee. Ik probeer het nog een keer. Hij geeft al wat meer mee en ik trek nog harder. Ik heer een schrapend geluid en het luik gaat open. Eronder zit een tunnel die er verrassend nieuw en fris uitziet als je hem vergelijkt met het oud uitziende luik. Ik kijk naar het paard, dat probeert om wat pollen gras te vinden tussen alle sneeuw die hier op de grond ligt. Ik denk dat ik hem hier maar vastbind en dan even in deze gang hierzo ga kijken. Ik loop naar het paard toe en bind hem vast aan een willekeurige boom.  Ik loop weer naar de gang toe en laat me voorzichtig zakken. Ik pak de ladder vast  en doe voorzichtig het luik weer dicht. Zodra hij dichtslaat zie ik dat de tunnel wordt verlicht door een soort gloeiende stenen die een geelachtig licht uitstralen. Zou dat glowstone zijn? Als dat zo is is het wel een beetje anders dan als het ik het me had voorgesteld. Naja. Ik begin met naar beneden te klimmen.

Na een paar minuten voel ik weer grond onder mijn voeten. Ik kijk om me heen en zie dat ik in een gang sta. Er zit weer van dat glowstone achtige spul in de muur. Ik loop de gang in. Hij loopt een heel klein beetje omhoog. Ineens sta ik in een enorme open ruimte. Ik knijp mijn ogen dicht om het ineens wel erg felle licht tegen te houden. Als ik ze weer open durf te doen zie ik dat er een jongen voor me staat in zwarte kleding. 'Euh... hoi?' Zeg ik tegen hem. 'Gegroet' zegt hij. 'Mag ik je vragen hoe je hier terecht bent gekomen? Dit is niet precies een plek voor de gemiddelde voorbijganger' vraagt hij aan me. 'Euh... hertog Gerben heeft gezegd dat ik hier naartoe moest gaan.' 'Hertog Gerben? Zal ik je naar hem toe brengen?' Huh? Hij was toch weg? Hmm... hoezo is hij er dan nu ineens wel? 'Ik zou het fijn vinden als je me naar hem toe wilt brengen' zeg ik tegen de jongen. Hij knikt, draait zich om en loopt weg. Ik loop achter hem aan.

De jongen brengt me naar een veldje in stuk verderop. Terwijl ik achter hem aanloop kijk ik om me heen. Er is een grote vallei die omringd is door hoge bergen. De vallei is zo te zien wel een paar kilometer breed. Op het veldje is een parcour uitgezet waarin je zo te zien heel veel moet kruipen, tijgeren, slingeren en allemaal van die dingen.

Als hertog Gerben mij ziet hoor ik dat hij tegen de mensen die hij aan het toespreken was dat ze vijf keer het parcours af moesten gaan. Daarna loopt hij naar me toe. 'Jij was toch weg?' vraag ik hem als hij in de buurt is. 'ik was inderdaad weg. Alleen duurde het minder lang dan ik had verwacht. Maar dat doet er niet zoveel toe want jij moet beginnen met je training. Ga maar tien keer het parcour af dat je hier ziet.' 'Tien keer?! Is dat niet een beetje veel?' 'Hmm... eerder te weinig, ga maar vijftien keer.' Ik kreun en loop naar het parcour toe. Waarom moet ik ook al weer zo vaak een weerwoord willen geven? Ik wacht even tot de jongen voor me een paar hindernissen verder en spring naar het slingerrek.

Na 15 keer van het parcour af te zijn geweest laat ik me uitgeput op de grond vallen. Ik heb overal steken, ongeveer elk plekje in mijn zij waar het kan. 'Rust maar even uit. Daarna laat ik je je kamer zien.' Hoor ik Gerben van ergens achter me zeggen. Ik doe mijn ogen dicht en concentreer me op mijn ademhaling. Als ik geen steken meer voel sta ik op. 'Laat me die kamer maar eens zien dan' zeg ik zuchtend.

Heeeeeey Luitjeeeees! Ben ik weer hoor! Het heeft me ook echt niet meer dan een maand gekost om dit pruthoofdstukje te schrijven ofzo! Hoe kom je erbij? Ik zou het echt niet weten hoor!

Weer een hartstikke leuk hoofdstukje van Laura (xLautjeex ) en ze deed er inderdaad wel een beetje lang over.
Maaar....we hebben de duizend reads behaald!!!!!! Echt super bedankt dat er zoveel mensen zijn die ons boek lezen, en omdat we de duizend reads hebben behaald word het volgende hoofdstuk weer van Abby!!! (Als jullie dat leuk vinden)

Gescheiden Where stories live. Discover now