Die ene met Eva's Tinder en de extra versnellingspook

2.4K 87 65
                                    

Met in iedere hand een goed gevulde boodschappentas loopt Wolfs de trap naar de keuken af, waar Eva aan tafel met haar telefoon zit te spelen. Wolfs ziet dat ze schrikt van zijn binnenkomst en ze legt razendsnel haar telefoon met het scherm naar beneden op tafel, maar het is te laat.

Wolfs zet de tassen neer op het aanrecht en kijkt Eva verbaasd aan. ''Zat jij nou op Tinder?''

Eva's ogen vernauwen zich heel eventjes, maar verder verblikt of verbloost ze niet. ''Nee, natuurlijk niet. Hoe kom je daar nou bij?''

Wolfs kijkt haar raar aan. ''Nou, ik zag het toch. Je was aan het swipen en het leek verdacht veel op Tinder. Ik zag allemaal mannen voorbij komen.''

Eva staat op en loopt naar de koelkast. Ze pakt een flesje water en draait zich dan terug naar Wolfs. ''Misschien moet je een bril.'' Ze geeft hem een speelse tik tegen zijn buik en loopt dan de keuken uit.

''Dus ik kan alle boodschappen in mijn eentje opruimen?'' roept Wolfs haar achterna.

Eva komt niet terug. Ze neemt de trap naar haar slaapkamer met drie treden tegelijk en pas als ze de deur achter zich heeft dicht gedaan durft ze weer adem te halen. Dat was werkelijk op het nippertje, denkt ze. Ze zat wel degelijk op Tinder net, maar niet om de redenen waarom Wolfs denkt dat ze op Tinder zit.

In de keuken beneden is Wolfs met meer geweld dan nodig de boodschappen aan het opruimen. Hij smijt nog net niet de producten de koelkast in. Tinder, denkt hij woest. TINDER. Eva zit gewoon te tinderen! Hij kan het niet geloven. Er ligt godverdomme een verlóvingsring tussen mijn onderbroeken! Plotseling voelt hij tranen opkomen, van onmacht, van woede en van verdriet, intens verdriet, dat hem opeens overvalt. Hij leunt met twee handen op het aanrecht en laat zijn hoofd hangen.

Zo blijft hij een tijdje staan, totdat hij wordt opgeschrikt door het geluid van voetstappen, Eva's voetstappen. Dat geluid herkent hij uit duizenden.

''Hé, gaat het wel?'' vraagt Eva lief, als ze Wolfs zo ziet staan. Met twee stappen staat ze naast hem en legt een hand tussen zijn schouderbladen. ''Wolfs?''

Wolfs draait zich om naar Eva en ze schrikt als ze zijn gezicht ziet. Toen hij een kwartier geleden thuiskwam van de supermarkt zag hij er nog heel normaal uit, maar nu lijkt het alsof hij net te horen heeft gekregen dat er een dierbaar familielid is gestorven. Zijn ogen zijn vochtig, net als zijn wimpers en Eva's hart breekt als ze de blik in zijn ogen ziet. Hij zit er totaal gebroken uit. ''Wat is er aan de hand, Wolfs?"

Maar Wolfs geeft geen antwoord, kan geen antwoord geven. Hij is bang dat hij in snikken uitbarst als hij nu begint te praten.

''Wolfs,'' zegt Eva, die nu ongerust begint te worden, ''wil je me alsjeblieft vertellen wat er aan de hand is? Je ziet eruit alsof je hele wereld zojuist is ingestort.''

Dat is ook zo, denkt Wolfs. Hij zag het al helemaal voor zich. Hij en Eva verloofd, intens gelukkig, getrouwd, nog steeds samen aan het werk, doen wat ze het liefste samen doen, eindelijk klaar met dat eindeloze gedraai om elkaar. Hij moest alleen nog maar de moed verzamelen om een aanzoek te doen, maar nu is hij te laat. Ze is op zoek naar een ander en hij moet een andere toekomst zien te bedenken. Waar Eva geen rol in speelt. Als Wolfs dit denkt, lopen er spontaan tranen over zijn wangen. Hij kan zijn leven zonder haar niet voorstellen. Hij wil eigenlijk van Eva weglopen, omdat hij haar niet kan vertellen wat er werkelijk door zijn hoofd heen gaat op dit moment, maar hij kan het niet. Hij kan nooit van Eva weglopen.

Eva blijft ondertussen naar Wolfs kijken en ziet verschillende emoties op zijn gezicht, terwijl hij overduidelijk met zichzelf een innerlijke strijd voert over iets waar ze alleen maar naar kan raden. Als het duidelijk wordt dat hij niets gaat zeggen, kan ze maar één ding doen.

Korte Verhalen - Flikken MaastrichtWhere stories live. Discover now