Die ene met de mislukte date en de kapotte lift

3.3K 61 27
                                    

Leeswaarschuwing: dit verhaal is voor mensen van 18 jaar of ouder.

''Is het duidelijk?'' Mechels kijkt de kantoortuin rond en wordt begroet met instemmende gezichten. Ze heeft zojuist haar team geïnstrueerd: er loopt een overvaller rond en Mechels wil hem zo snel mogelijk in hechtenis hebben.

''Goed, aan het werk dan!''

Net als ze zich wil omdraaien om haar kantoortje weer binnen te gaan, ziet ze dat Eva en Wolfs het politiebureau binnenlopen. De twee rechercheurs lopen recht op haar af. Het eerste dat Mechels opvalt is dat ze allebei erg kwaad uit hun ogen kijken. Ze stapt opzij zodat Wolfs en Eva naar binnen kunnen gaan en doet dan de deur van haar kantoor dicht.

''Wat is er aan de hand?'' vraagt Mechels als ze achter haar bureau plaatsneemt.

''Hoezo?'' vraagt Wolfs. Hij gaat met de seconde agressiever kijken.

Oh, denkt Mechels, gevoelig onderwerp. ''Nou, jullie kijken allebei zo boos,'' zegt ze op een vriendelijke toon. ''En ik dacht – wellicht ging het niet zo goed, het gesprek bij de bank.'' Mechels had haar twee beste rechercheurs naar de plaats delict gestuurd om een reconstructie te maken van de overval.

''Het ging prima,'' zegt Eva bars.

Oh, denkt Mechels dan, het zal wel weer een persoonlijke reden zijn. Ze besluit het humeur van haar collega's te negeren. ''Goed dan, en nu?''

''Een van de bankmedewerkers ligt buiten bewustzijn in het ziekenhuis. Tegen hem is, meer dan tegen de andere, buitensporig geweld gebruikt, alsof de overvaller niet alleen de bank wilde overvallen maar het ook persoonlijk op die medewerker had gemunt. We willen graag uitzoeken of hij familie in de stad heeft wonen en zo ja, de familie even een bezoekje brengen. Wellicht komen we er zo achter of hij vijanden heeft.''

''Wellicht in het drugscircuit,'' vult Wolfs aan, op hoopvolle toon.

Eva rolt met haar ogen en vormt geluidloos het woord tunnelvisie. Mechels doet net alsof ze het niet ziet.

''Goed dan,'' zegt ze. ''Ga inderdaad maar kijken of er familie in de buurt is.''

Eva en Wolfs staan op en lopen het kantoor uit.

Het valt Mechels op dat Wolfs de deur nog net niet in Eva's gezicht laat vallen in plaats van hem open te houden, zoals hij gebruikelijk doet.

*

Eva zit naast Wolfs in de auto en moet op haar tong bijten om niet de ene lelijke opmerking na de andere te maken. Maar als Wolfs voor de zoveelste keer de bocht iets te sportief neemt kan ze zich niet meer inhouden. ''Wolfs, kun jij niet even normaal rijden?!''

Wolfs kijkt Eva met een vernietigende blik aan en houdt zijn mond.

''Wat is er vredesnaam met jou aan de hand vandaag?'' vraagt Eva vervolgens, maar het is tevergeefs. Wolfs houdt zijn kaken stijf op elkaar. Eva geeft het op. Al sinds 's ochtends vroeg is Wolfs niet te genieten, maar ze heeft geen idee waar het door komt. Op haar beurt is zij nu ook chagrijnig, omdat zijn nukkige humeur op haar overslaat en omdat hij blijkbaar niet in staat is om normaal op haar te reageren, om normaal met haar te converseren.

Ze zijn op weg naar de broer van de gewonde bankmedewerker. De broer werkt in een van de grootste verzekeringskantoren van Maastricht, iets dat Eva niet verbaasd heeft. Beide mannen hebben een beroep gekozen waar het makkelijk en snel geld verdienen is over de rug van de gewone, hardwerkende burger. Vanuit de verte ziet de het gebouw al opdoemen – ze probeert het aantal verdiepingen te tellen, maar het zijn er zoveel dat de ene verdieping op de andere overloopt en ze niet meer weet waar ze is gebleven.

Korte Verhalen - Flikken MaastrichtWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu