Kingdom of Love Hoofdstuk 010

1K 26 4
                                    

Ik stapte uit het rijtuig met behulp van Marcus. Ik bleef staan en Maddie en Rose kwamen meteen mijn kant op. Ze zorgden ervoor dat de jurk goed zat. Ze zorgden ervoor dat mijn rokken glad waren en dat alles er goed uitzag. Ik kneep in mijn boeket, maar al snel herinnerde ik mezelf eraan dat het niet goed zou zijn als dat kapot ging. Ik draaide me om naar mijn neefjes en ik glimlachte naar hen.

'Klaar, lady Eveline?' vroeg Marcus. Ik keek naar hem en toen naar het volk dat zich had verzameld achter me. Ik knikte naar hun en ik ademde diep in.

'Het moet, niet waar', zei ik tegen Marcus en ik glimlachte. Ik was er nog niet klaar voor, om een sprong in het diepe te nemen. Maar alles was geregeld en ik wist zeker dat mijn zenuwen zo over waren.

Ik rechte mijn rug en ik liep over het pad dat bedekt was met rozenblaadjes. 'Ga aan de kant voor lady Eveline', riep Marcus. 'Dochter van de lord Zetromph, hertogin van de Highsway en beschermvrouwe van de tempel van Aphrodite.'

Ik ademde diep in. Ik wist niet dat ik zoveel namen had en sinds wanneer was ik hertogin van iets waarvan ik nog nooit had gehoord. Drake zou het wel weten, hoopte ik.

Ik liep langs allemaal mensen die ik niet kende. Ze bogen voor me en ik knikte naar hen. Ik glimlachte en ik hoopte dat niemand merkte dat ik zenuwachtig was.

We kwamen nu bij de hoek aan en vanaf daar zou ik Drake kunnen zien. Mijn hart klopte hart en het was het enige wat ik hoorde. Maar ik liep door en ik ging de hoek door. Ik keek op naar het altaar en daarvoor stond Drake met naast hem Argus en Max. Zijn familie was er niet. Ik vond dat nog al raar. Ik moest het wel eens met Drake over zijn familie hebben.

Ik keek in Drake's ogen en ik wist dat alles goed was. Ik glimlachte naar hem en zijn ogen fonkelden. Ja, alles zou goed komen, dat wist ik zeker.

Ik wilde sneller gaan lopen, maar ik wist dat dat geen optie was. Dus ik liep op hetzelfde tempo ongeduldig door.

Toen ik bij Drake was nam hij mijn hand in de zijne en hij boog. 'Lady Eveline', zei hij.

Ik maakte een revanche. 'Uwe Majesteit', zei ik. Drake kneep even in mijn hand en ik glimlachte.

We liepen samen de laatste passen naar het altaar en we knielden ervoor neer. Onze vingers verstrengeld. Drake droeg geen handschoenen, iets wat hij meestal wel droeg. In mijn ooghoeken keek ik naar zijn hand. Als Drake's gezicht was aangetast moest zijn hand toch ook zijn aangetast. Maar er was niks op zijn hand. Het was gaaf en had geen eelt of een litteken.

'Ik verwelkom uw, dames en heren', zei een priesteres. Ik keek naar haar op en ik concentreerde me op haar woorden. 'We zijn hier bijeen onder de goden om...'

Ik zat met Drake in het rijtuig en een hele last was van me af. Ik keek naar de ring om mijn hand. Het was een eenvoudige ring, maar ik vond hem prachtig. Het was een gouden ring met vier kleine diamantjes en een kleine robijn erin. Het was prachtig en ik had niets anders gewild.

Drake hield mijn hand vast en af en toe kneep hij erin. Volgens mij was hij net zo zenuwachtig geweest als ik was. Het was moeilijk om me dat voor te stellen.

Ik zwaaide de mensen die aan de kant stonden. Het was een overweldigend gezicht en ik moest er om lachen. Het was zo prachtig en ik zou niets anders hebben gewild dan dit.

'Hoe voel je je?' vroeg Drake fluisterend aan me. Ik keek even naar hem, maar hij keek gewoon vooruit terwijl hij zwaaide naar zijn mensen. Ik draaide mijn gezicht naar mijn kant en ik bleef ook zwaaien.

'Ik ben zenuwachtig', zei ik. 'Maar minder dan eerst.'

'En waarom was je zenuwachtig?' vroeg Drake.

'Voor het moment, denk ik. Ik ben blij dat het bijna over is, dan hoef ik er niet meer aan te denken. Het is lachwekkend eigenlijk.'

'Het is eige...'

Met een ruk stond het rijtuig stil en kon Drake zijn zin niet afmaken. Hij zorgde ervoor dat ik niet viel en ik maakte me meteen zorgen om mijn neefjes. Die leken het leuk te hebben gevonden.

'Waarom stoppen we?' vroeg Drake luid.

Een jongen kwam op ons af. 'Er staat een meisje op de weg, uwe majesteit', zei de jongen. 'De koetsier zorgt er wel voor dat ze weggaat.'

'Hoe willen ze haar weghalen?' vroeg ik. Ik probeerde te kijken naar waar het meisje stond. Ik zag niet veel, maar toen ik even in haar ogen keek zag ik pure angst. Ik had met haar te doen.

'Hij zou haar wel slaan', zei Drake argeloos. 'Ze mo...'

'Dat meen je toch niet', zei ik en ik stond op. Ik stapte meteen uit het rijtuig.

'Eveline', hoorde ik Drake roepen, maar ik concentreerde me niet op hem.

'Stop', zei ik tegen de koetsier die met zijn zweep wilde uithalen naar het meisje dat nu nog banger leek. Haar ogen gingen van de koetsier naar de paarden. Ze was bang voor de paarden.

'Hare hoogheid, ga weer in het rijtuig zitten', zei de koetsier. 'Ik handel dit wel af.'

'Ze is nog maar een kind', siste ik naar hem en ik liep langs hem heen. Ik ging voor het meisje op mijn hurken zitten en ik keek haar aan. Ik glimlachte naar haar.

'Ik ben Eveline, en wie ben jij?' vroeg ik aan het meisje. Het meisje schudde haar hoofd en ze keek met grote ogen naar dat wat er achter me gebeurde. Ik keek achter me en ik zag Drake. Hij knikte naar me en ik knikte terug.

'Ben je bang voor de paarden?' vroeg ik aan het meisje. Ze knikte en ik glimlachte. 'Kom.' Ik tilde haar op en ik draaide me om. Ik zag dat veel ridders naar hun zwaarden reikten, maar ik schudde mijn hoofd. Drake hief zijn hand op, om hem te laten zien dat het niet hoefde.

Ik liep met het meisje in mijn handen naar de paarden. Ik aaide een paard en ik keek haar aan. 'Zie je, ze zijn niet zo eng', zei ik. 'Ze zijn alleen maar groot.'

Het meisje begon voorzichtig het beest te aaien, maar al snel vertrouwde ze het.

'Waar zijn je verzorgers?' vroeg ik. Het meisje wees naar een vrouw die boos naar ons keek.

Ik liep naar de vrouw toe en ik wenkte Maddie dat ze moest komen. Die had al een muntstuk in haar hand.

'Alstublieft', zei ik aan de vrouw en ik gaf het meisje terug.

'Het spijt me zo, ik zou haar str...'

'Alstublief niet', zei ik. 'Het is een dag van feest. En verder, het geeft niet. Alstublieft.' Ik drukte de vrouw een munstuk in haar handen. Het muntstuk had ik net van Maddie gekregen.

Ik draaide me om en daar stond Drake zoals altijd klaar. Ik nam zijn hand aan en we liepen naar het rijtuig.

'Had je ze niet meer moeten geven?' vroeg Drake.

'Nee', zei ik. 'Ze geeft het toch alleen maar aan zichzelf uit. Het meisje is ondervoed, terwijl  haar voogd er een beetje te goed uitzag. Ik denk niet dat het meisje iets van het geld krijgt te zien.'

'Beloof me één ding, Eveline', zei Drake. 'Doe dat nooit meer.'

We stonden voor het rijtuig en hij kneep even in mijn hand. 'Ik kan niks beloven', zei ik terwijl hij me in het rijtuig tilde. Ik ging zitten en al snel ging Drake naast me zitten. We reden meteen verder.

'Waarom niet?' vroeg Drake.

Ik streelde mijn rokken glad. 'Omdat ik, mijn echtgenoot, niet mijn gezicht af wend als er onrecht wordt aangedaan, zeker niet bij kinderen.'

'Mijn Eveline', zei Drake, 'de beschermvrouwe van het kinderlijke onschuld.'

Ik lachte. Dit werd misschien toch nog wel leuk.

Kingdom of LoveWhere stories live. Discover now