Part 36

38 3 0
                                    

De andere kinderen kijken vaag onze kant op. 'Jullie kennen elkaar?' vraagt David. 'Nouja. Ik ken haar niet. Ik heb haar al een keer gezien.' zegt hij en hij knipoogt naar mij. Ik kijk hem verbaast aan.

'Uitleg?' vraagt David weer. 'Ja, opzich kan ik ook wel wat uitleg gebruiken.' Mompel ik. Peter ploft neer op de bank, naast mij. En hij begint te vertellen.

'Ik was dus bij mevrouw Davis. En ze was aan het bellen met, ik denk, jou moeder. En ik hoorde dat je waarschijnlijk hier heen zou komen. En op tafel zag ik een foto liggen van jou. En toen kwam ik je dus tegen bij de dokter, wat gewoon puur toeval was.' ik knipper een paar keer, en gelijk komen er weer nieuwe vragen in me op.

'Waarvoor was je bij de dokter?' vraag ik. 'Voor nieuwe medicijnen voor mijn ADHD. Ze waren op. En ik mocht ze zelf halen.' zegt hij schouderophalend. Ik knik zachtjes.

'En daarom gaf je je nummer aan mij?' Hij knikt met een grijns. 'Lekker bezig ouwe.' lacht David en slaat op de schouder van Peter.

'Oh poep.' hoor ik opeens aan de andere kant van mij. Julia staat op en rent als een mogool de kamer uit. 'Cupcakes!' gilt ze nog. 'Cupcakes?' vraagt Peter. 'Ja ze heeft cupcakes gebakken. Waarschijnlijk is ze vergeten die er uit te halen.' grinnikt Zoë. Ik lach zachtjes.

Ik lig in mijn bed, op mijn buik. Ik druk mijn gezicht in mijn kussen, maar draai al snel weer naar de zijkant als ik geen lucht krijg.

'Kan je niet slapen?' vraagt Zoë. Ik mompel een nee, en ga weer anders liggen. 'Ik heb geen telefoon bij me. En ik mis mijn vrienden.' Zucht ik. 'Ik snap je, ik had daar ook extreem last van de eerste week. Je went er vanzelf aan.' Zegt ze. Ik ga weer op mijn rug liggen en leg mijn armen over mijn hoofd heen.

Zoë legt haar telefoon weg, staat op, en rommelt wat in een laatje. Ik haal mijn armen weg en zie haar naar mij toelopen met iets in haar hand. 'Slaappillen.' Zegt ze, en maakt het pakje open. Nadat ze ook wat water aan mij heeft gegeven, slik in het pilletje door. 'Over een klein halfuurtje kan je wel beter slapen denk ik.' Zegt ze. Ik glimlach en bedank haar. 'En probeer zo min mogelijk na te denken, dat kan je morgen ochtend wel weer doen.' Ik knik zachtjes, ook al kan ze dat niet zien.

•~•

'Louise, wakker worden.' Ik mompel wat en trek de deken over mijn hoofd heen. 'Je moet opstaan.' Hoor ik Zoë fluisteren. 'Moet?' 'Ja helaas wel. We gaan ontbijten.' Zegt ze. Ik open mijn ogen langzaam. 'Hoe laat is het?' Vraag ik. 'Half 8.' Zegt ze. Ik sta langzaam op uit bed, terwijl Zoë de kamer uitloopt. 'Als je bent aangekleed moet je naar de eetzaal komen.' Zegt ze. Ik knik en leg mijn hoofd in mijn handen. Ik hoor de deur dichtvallen, als teken dat Zoë weg is.

Ik kijk om me heen, en merk dat de gordijnen nog dicht zijn. Ik open ze en kijk naar buiten. De zon zit achter de wolken verscholen, maar toch ziet het er vrolijk uit.

Ik draai me om en open mijn ladekast. Ik pak er een T-shirt uit en een donkerblauwe jeans. Ik skip het douchen wel even voor vandaag, en kleed me aan. Ik probeer mijn haar in een normale staart te krijgen, en doe ook een beetje make-up op. Als ik klaar ben, loop ik de slaapkamer uit richting de eetzaal.

Als ik binnen kom lopen zit iedereen al druk te praten en te eten. Potten en bakjes worden doorgegeven aan elkaar, en iedereen is in gesprek. Zoë kijkt naar achter, en als ze mij ziet schuift ze een stuk op op de bank. Ik loop er naar toe en ga er naast zitten. 'Goeiemorgen!' Zegt Peter. Ik glimlach, en kijk de tafel rond. De rest van onze vriendengroep zit er ook.

'Hier, ik heb nog een broodje voor je achter gehouden.' Zegt Zoë en ze geeft een wit bolletje aan mij. 'Iedereen steelt die altijd als eerste uit de broodmand. Dus ja, vandaar.' Grinnikt ze. Ik glimlach naar haar en kijk voor beleg om me heen. 'Is er kaas?' Mompel ik. 'Ja! Hier.' Zegt Zoë en ze drukt een pak met kaas in mijn handen.

Als ik mijn broodje in mijn mond stop, kijk ik naar Julia. Ze prikt met een nors gezicht haar lepel in haar bakje met muesli. Met nog steeds dezelfde uitdrukking op haar gezicht neemt ze er een hap van. 'Wat is er?' Vraag ik aan haar maar ik krijg geen reactie. 'Ochtendhumeur.' Zegt Peter met een kleine grijns. 'Ik heb helemaal geen ochtendhumeur.' Mompelt Julia. 'Iedereen is hier gewoon extreem irritant en hinderlijk. En het eten is ook nog is niet te harden.' Peter grinnikt kort en pakt een nieuw broodje.

'Stop is met dat gegrinnik. Niet alles is grappig hier!' Zegt ze boos en kijkt naar Peter. Hij lijkt zich er niet veel van aan te trekken. 'Lieve schat, eet nou maar lekker je muesli op.' Zegt hij. Ze draait met haar ogen en propt weer een hap naar binnen.

•~•

Ik heb zin in een muffin. Iemand sponsor mij muffins, dankjewel.

Because you saved meWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu