11.

3.1K 100 1
                                    

P.O.V. Brooke
Jace en ik kijken elkaar met nietszeggende blikken aan. "En nu?" Vraag ik. Jace haalt zijn schouders op. "Ik wil wel voor ze zorgen. Zo erg kunnen ze toch niet zijn" zegt Jace. Ik knik. "Hoe gaan we dat met school doen?" "Weet ik niet, maar laten we ze eerst uit deze vieze bende halen en meenemen" Ik knik instemmend. Ik houd het ook bijna niet meer in deze stank. Jace en ik lopen naar boven en bij elke stap dat we zetten, lijkt het alsof de trap uit elkaar valt.

"Neem jij links? Dan neem ik rechts" zeg ik, als er maar twee deuren zijn. Jace knikt goedkeurend. Ik open zachtjes de deur en kijk om me heen. Het is een kleine kamer met een bedje tegen de muur aan. Ook hier liggen uitgetrapte jointjes op de grond.

Als ik goed kijk, zie ik een jongetje in een hoekje van de kamer zitten. Ik doe de deur achter me dicht en loop voorzichtig naar hem toe. Als ik zie dat hij slaapt, krijg ik een glimlach op mijn gezicht, maar als ik verder kijk naar hoe hij eruit ziet, verdwijnt de glimlach al snel. Hij is mager en zit onder de blauwe plekken. Ook heeft hij alleen maar een T-shirtje aan en een onderbroek.

Ik hurk voor hem neer en rijk dan langzaam met mijn hand naar zijn kleine arm. Ik wrijf er zachtjes overheen en al snel sperren zijn ogen wijd open en kruipt hij nog meer in het hoekje. Ik kan wel huilen op dit moment. Hij is zo bang... "Hey. Rustig maar. Ik doe je niks" zeg ik zacht, proberend hem gerust te stellen. Het werkt alleen niet. Wat moet ik in hemelsnaam doen?

Ik kijk om me heen en zie dan een klein knuffelbeertje op het bed liggen, dat niet eens is opgemaakt. Ik sta op en loop naar het bed toe om het beertje te pakken. Ik loop weer terug naar het jongetje en ga dan weer voor hem zitten. "Hoe heet je beertje?" Vraag ik zacht, met een lieve glimlach. Hij kijkt me nog steeds bang aan met zijn mooie goud bruine ogen, maar antwoord toch. "T-teddy" "Wat een leuke naam. Heb je die zelf bedacht?" Vraag ik nieuwsgierig. Ik zie hem lichtjes knikken. "En hoe heet jij?" Vraag ik. "Tim" fluistert hij. Het huilen is inmiddels al gestopt, maar ik zie hem nog wel trillen. Ik weet niet of dit door de angst komt of door de kou, maar ik gok de kou.

Ik doe mijn jas uit en leg die dan voorzichtig over hem heen, zodat ik hem niet laat schrikken. Hij verstopt zich in mijn jas. Ik krijg een grote lach op mijn mond als ik hem even vrolijk zie kijken, maar die blik is al snel weg, als hij merkt dat ik naar hem kijk. Hij kijkt mij ook aan, maar dan met bange oogjes. Ik open mijn armen. "Kom maar hier. Ik doe je niks" Hij kijkt me twijfelend aan, maar ik kijk hem bemoedigend aan. Hij kruipt heel langzaam naar me toe. Ik kijk hem lief aan. "Je bent nu veilig, oké. Ik doe je helemaal niks" Dit lijkt hem het laatste zetje in de rug te geven. Hij kruipt in mijn armen, die ik voorzichtig om hem heen heb geslagen. Ik voel zijn schouders schokken, wat betekent dat hij weer huilt.

Ik ga met mijn handen door zijn lange haren heen, die vet en vies zijn en fluister lieve woordjes in zijn oor. "Je bent veilig nu" zeg ik, meer om mezelf gerust te stellen dat hij nu veilig is. "W-waar i-is m-mijn m-mama?" Vraagt hij met een trillende stem. "Ze is beneden aan het slapen" "Alweer? Z-ze zou e-eten voor m-mij m-maken" zegt hij. "Kijk eens wat er in die jaszak zit" zeg ik, terwijl ik naar mijn jaszak wijs. Hij kijkt me vragend aan, maar ik knik bemoedigend. Hij gaat met zijn kleine handje in mijn jaszak. Hij haalt er een pakje met koekjes uit. Ik had dit meegenomen voor op de terugweg, maar Tim heeft het harder nodig.

Hij geeft het pakje met koekjes verlegen aan mij. "Ze zijn van jou" zegt hij zacht. Ik kijk hem vertederd aan. Ik maak het pakje open en geef dan een koekje aan hem. "Eet maar lekker op." Zeg ik. "Dankjewel" zegt hij zacht, voordat hij op het koekje gaat knabbelen.

De deur gaat langzaam open en meteen zie ik een jong meisje staan, Alexia. Ze heeft rode ogen, wat betekent dat ze heeft gehuild, wat ik goed begrijp.

Tim kruipt naar haar toe. Kan hij nog niet lopen? Tim ziet blijkbaar mijn blik, want hij begint weer te huilen. Ik loop naar hem toe en til hem op. Ik kalmeer hem en kijk ondertussen met een glimlach naar Alexia. Ze kijkt mij verlegen aan, maar glimlacht dan toch.

"B-ben je b-boos?" Vraagt Tim zacht. "Waarover" "M-mama is a-altijd b-boos op mij, o-omdat ik nog n-niet kan lopen" zegt hij. "Tuurlijk ben ik niet boos. Jij kan er ook niks aan doen." "Jij bent lief" fluistert hij in mijn oor. Ik kijk hem met een glimlach aan. "Jij ook" zeg ik, voordat ik hem een kusje geef op zijn voorhoofd. Hij kijkt verlegen weg en knabbelt weer op het koekje.

Ik zet Tim weer op de grond en richt me op Alexia. Ik steek mijn hand uit, die ze aanneemt. "Ik ben Brooke. Jij moet Alexia zijn" Ze knikt. "Dat ben ik ja" zegt ze zacht. "Heb je al met je Jace gepraat?" Vraag ik. "Ja. Hij is mijn spullen aan het inpakken. Ik moest jou halen" zegt ze, terwijl ze me voor de eerste keer aankijkt.

Jemig, wat lijkt ze op haar broer...

Roommates with my bully?! •Dutch• {voltooid} (herschreven)Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu