Kinderen van Praesidium

POV Marnix - Nog een edelsteen

'Ik zweer het jongens. Toen ik mijn hand weer van mijn arm afhaalde, was er niks meer te zien.' We lopen met z'n allen naar de fietsenstalling.

'Kom op, Caitlin. Dat kan toch niet? Je hebt je het vast verbeeld.' Ashley kijkt haar ongeloofwaardig aan.

'Toch is het echt gebeurd,' zeg ik, 'ik heb het ook gezien.'

'Oké, dit is wel heel raar.' Hanna haalt haar fiets van het slot.

'Ja, inderdaad ik snap niet hoe je je met een schilmesje zo kunt verwonden. Echt dom!' Ineens staat Evy bij ons.

'Hou je erbuiten!' hakt Ashley er meteen op in. Heeft ze dan echt niet door dat Evy dat juist leuk vindt?

'O, sorry hoor.' Lachend fietst ze weg.

Caitlin trekt een moeilijk gezicht. 'Eerst die ketting en nu dit. Ik zei toch dat ik het gevoel had dat er iets ging gebeuren?'

'Oké, ik geef toe. Dit is wel vreemd en jij bent zeker niet iemand die dit allemaal zegt om gewoon aandacht te krijgen.' Ashley glimlacht naar Caitlin, maar aan het gezicht van Ashley kan ik zien dat ze het stiekem nog steeds niet gelooft. Dat kan ik wel begrijpen. Ik heb het met mijn eigen ogen gezien, maar alsnog kan ik amper geloven wat er gebeurd is. Esra, Hanna en Tigo gaan er vandoor. Ashley stapt ook op haar fiets. 'Tot, morgen. Je weet het, hè? Als er wat is, kun je me bellen.'

'Zal ik met je mee naar huis fietsen?' vraag ik aan Caitlin.

'Heel graag. Zou je me kunnen helpen met wiskunde of heb je geen tijd?'

Ik glimlach. 'Ik heb niks gepland deze middag, dus ik kan je wel helpen.'

Er komt niet veel terecht van wiskunde. Ik leg haar vijf sommen uit, maar dan appt Tigo. Ik kijk verbaasd naar mijn scherm. 'Wat is er?' Caitlin legt haar potlood neer.

'Dit ga je niet geloven. Tigo heeft me net geappt dat hij ook een edelsteen met zo'n raar briefje heeft gekregen.'

Caitlin kijkt naar me alsof ik net heb gezegd dat de school wordt aangevallen door aliens. 'Ik ga nu naar hem toe', zegt ze vastbesloten.

'Ik ga met je mee.' Ik app Tigo dat we eraan komen. We stormen de trap af en racen naar zijn huis. Als we aankomen, staat hij ons al op te wachten in de deuropening.