POV Caitlin - Stap 6 en 7 van onze opleiding

13 3 15
                                    

'Ik zweer het je. Hij is een Hostis!' roept Ashley. 'Dat kan niet anders.'

'Ashley, meneer Bengelkamp is echt geen Hostis.' Marnix leunt met zijn rug tegen de muur aan en hij heeft zijn armen over elkaar heen geslagen.

'Echt wel! Hij praat zo monotoon dat het onmenselijk is.'

'Ik snap dat je gefrustreerd bent over je nieuwe wiskundedocent, Ashley, maar Marnix heeft gelijk. Meneer Bengelkamp heeft niks abnormaals gedaan. Ik denk niet dat hij een Hostis is', zegt Lendovicus.

'Hoe weet jij dat hij niks abnormaals heeft gedaan. Heb je ons weer lopen stalken, ofzo?'

'Ik zou het geen stalken willen noemen, maar inderdaad. Jullie zijn beginnende leden van Kinderen van Praesidium en dus moet ik jullie goed in de gaten houden.'

'Kun je dan ook meteen je mening geven over wat je ervan vindt dat ik geschorst ben voor dat ene grapje?'

'Tigo!' roept Esra geïrriteerd.

Lendovicus zucht. 'We hebben nu wel genoeg tijd verspild aan onbelangrijke zaken. Ga in een cirkel staan en neem deze vaas hier gevangen.'

'Onbelangrijke zaken?' roept Ashley terwijl ze driftig een paarse bol tovert en naar het midden stuurt. 'Wat kan er belangrijker zijn dan een invaller die een Hostis is!'

'Hij is geen Hostis, Ashley. Concentreer je nu maar op je bol', zegt Lendovicus. 'Goed', zegt Lendovicus als we de vaas gevangen hebben. 'Ik ga jullie vandaag leren hoe jullie een gevangen Hostis naar mijn huis kunnen teleporteren, zodat ik hem of haar op mijn beurt naar de gevangenis kan teleporteren. Laat jullie bollen in tweeën splitsen. Goed zo. Houd met je ene hand je bol vast en trek met je andere hand de andere bol naar de grond.' We doen allemaal wat Lendovicus ons zegt. We trekken onze bol naar beneden, maar dat is zwaarder dan ik dacht. Het voelt alsof je een elastiek uit moet rekken en hoe verder je het uitrekt, hoe zwaarder het wordt.

'Gaat...dit...altijd... zo moeilijk?' vraagt Hanna. Haar hoofd is rood van de inspanning.

'Hoe vaker je het doet, hoe makkelijker het zal gaan', antwoordt Lendovicus. Marnix en Ashley zijn de eerste die erin slagen om één van hun bollen op de grond te krijgen. Hun bollen vormen een gloed in hun kleur en de paarse gloed loopt langzaam over in de blauwe. Na een tijdje heeft iedereen het voor elkaar gekregen behalve ik.

'Kom op, Caitlin! Je kan het', moedigt Esra me aan.

'Het lukt niet', zeg ik met ingehouden adem. Marnix stopt met kracht zetten waardoor er weer één blauwe bol verschijnt boven de vaas en er een opening ontstaat. Hij loopt achter Ashley langs naar mij toe en pakt mijn polsen vast.

'Als jij je bol vast blijft houden, zet ik kracht.'

Ik knik. Ik ben te buiten adem om nog iets terug te zeggen. Marnix houdt mijn rechterhand in de lucht terwijl hij mijn linkerhand langzaam naar beneden laat bewegen. Hoe groter de afstand tussen mijn handen wordt, hoe erger mijn armen beginnen te trillen van de inspanning. De twee bollen lijken een enorme aantrekkingskracht te hebben, terwijl ze juist uit elkaar moeten gaan. Ik voel mijn armspieren heftig protesteren en ik wil mijn rechterarm weer naar beneden laten zakken, maar Marnix is te sterk en houdt mijn rechterhand op zijn plek. 'Nog even vol blijven houden, Caitlin. We zijn er bijna', zegt hij. Mijn handen doen pijn van de kracht die ik moet blijven geven om mijn bol op zijn plaats te houden, maar dan is het opeens weg. 'Je hebt hem, Caitlin. Goed gedaan!' roept Hanna enthousiast.

'Marnix heeft hem', zeg ik snel ademend.

'Nee, Caitlin. Jij bent degene die je bol in bedwang zou moeten houden. Dat kan ik niet voor je doen dus jij hebt hem.' Marnix glimlacht naar me en laat zijn eigen bol weer in tweeën splitsen. Eén van de twee bollen laat hij weer naar de grond zakken alsof het niks is. Zodra hij daarmee klaar is, verdwijnt de bol en verschijnt die in een cilinder van glas in de hoek van Lendovicus' woning.

'Goed gedaan, jongens!' roept Lendovicus. 'Ik ben trots op jullie. Vanaf hier kan ik ervoor zorgen dat de door jullie gevangen en geteleporteerde Hostis in de gevangenis in de Magische Wereld terechtkomt. Laten we nu eerst naar stap 7 van jullie opleiding gaan en daarna doen we stap 6 weer opnieuw.'

Stap 7 is de laatste stap van onze opleiding: leren improviseren en liegen, zodat het geheim van de magiërs niet verraden wordt. Het is zo grappig om dit te oefenen. We moeten van Lendovicus een situatie naar keuze verzinnen en één iemand van ons speelt een buitenstaander en wij moeten smoesjes bedenken op de lastige vragen die diegene stelt. Vooral Tigo en Ashley hangen de lolbroeken uit en na een kwartier liggen we dubbel van het lachen. Tranen lopen over onze wangen.

'Oké, ik denk dat dit wel goed zit', zegt Lendovicus lachend.

'Wij zijn ook super goed!' roept Tigo. Daarna maakt hij een knorgeluid door het lachen waardoor iedereen nog harder moet lachen.

'Volgens mij hebben we de slappe lach', lacht Esra.

'Denk je dat?' roep Hanna. Ze veegt wat tranen uit haar ogen.

'Au, ik heb buikpijn', zeg ik als iedereen weer een beetje normaal kan doen. Voor zover dat mogelijk is natuurlijk...

'Ik ook', antwoordt Marnix.

'Ik denk dat jullie nu nog niet genoeg kracht hebben om de teleportatie nu meteen nog een keer te oefenen. Laten we eerst nog een keer naar de traingang gaan.' Lendovicus loopt naar de zolder en wij volgen hem. Nog een beetje lacherig stappen we de traingang in.

'Bedankt dat je me hebt geholpen met mijn bol', zeg ik tegen Marnix.

'Geen dank. Je hebt het grotendeels zelf gedaan.' Hij kijkt naar mij en begint te lachen.

'Wat?' vraag ik met een glimlach.

'Een paar weken geleden liep je nog door deze gang alsof je laatste uur was aangebroken en nu loop je er op je dooie gemakje doorheen.'

'Ja, ik ben er een beetje aan gewend geraakt.' Ik zie vanuit mijn ooghoek Hanna, Esra en Ashley glimlachend naar mij kijken. 'Wat?' vraag ik.

Esra lacht. 'Nee, niks.'

Tigo, die al een eindje verderop in de traingang loopt, draait zich om. 'Jongens, komen jullie nog of hoe zit dat?' galmt er door de gang.

'Ja, we komen!' roept Marnix. Hij gaat sneller lopen. Ik wil naast hem blijven lopen dus ik versnel mijn pas, maar ik word bij mijn arm gepakt door Ashley en achteruit getrokken.

'Jullie twee zijn zo schattig samen. Daarom stonden we net zo naar jullie te kijken', fluistert ze.

Ik ben blij dat het in de gang redelijk donker is, zodat Ashley mijn rode wangen niet opmerkt. 'Ga niks regelen, oké?' fluister ik terug. 'Ik wil het hem zelf vertellen. Ik durf alleen nog niet. Wat als hij mij niet...'

'Ach, kom op zeg!' kapt Ashley mij fluisterend af. 'Esra, Hanna en ik zien het toch? Bovendien, Tigo vertelde ons dat Marnix het eigenlijk alleen maar over jou heeft als hij samen met Tigo wat aan het doen is.'

'Echt?' vraag ik verbaasd.

'Echt, ik verzin dit niet, maar ik beloof je dat ik niks zal doen.'

Ik zucht opgelucht. 'Dank je, Ash.'

'Graag geda...'

'Jongens, pas op!' horen we Esra in de verte roepen.

Dan horen we Hanna. 'Oeps!'

'Ashley, waar ben je? We hebben jouw hulp nodig!' roept Marnix.

'Ik kom eraan!' Ashley rent verder de traingang in en ik volg. Zoals altijd voel ik mij met mijn genezingskracht super nutteloos. Ik heb het daar laatst met Lendovicus over gehad en hij had gezegd dat ik mijn krachten misschien wel het minst zou gebruiken van allemaal, maar áls mijn genezingskrachten een keer nodig waren, waren ze ook het meest welkom van allemaal. Daar had hij gelijk in. Die avond besefte ik pas dat ik in staat was om de levens van mijn vrienden te redden als ze ernstige verwondingen opliepen in een gevecht met een Hostis en ook al waren de wonden misschien niet zo ernstig; ik kon hun pijn wel wegnemen. Het gevoel dat ik krijg bij die gedachtes is echt geweldig.


Kinderen van PraesidiumWhere stories live. Discover now