21

2.1K 90 22
                                    

Mijn deur wordt met een klik uit het slot gehaald en voor me geopend. Nash reikt me zijn hand toe en ik neem hem dankbaar aan. Ik negeer de bloedvlek die ik op de witte zetels heb achtergelaten en kijk ontzet naar de grote, lichte villa die voor me opdoemt.

Fluwelen gordijnen waaien door de grote, open ramen en de grote bladeren van de palmbomen aan weerszijden van de oprit en de tuin deinen zachtjes mee in de koele wind. De zon staat hoog aan de hemel en brandt op mijn huid die al een hele tijd de zon niet meer heeft gezien.

Nash trekt me omhoog en ik bots onhandig tegen hem aan door de stramheid in mijn spieren. Ik blijf tegen hem aan leunen en zijn warmte vonkt over naar mijn handen die tegen zijn borst aanleunen. Hij kijkt me vertederd aan met een open blik in zijn heldere, reebruine ogen. Ik glimlach begroetend naar hem.

Nash ogen dwalen af naar de bloedvlek op de autozetel en zijn gezicht verduisterd. Hij opent zijn mond, maar ik ben hem voor: "Niet vragen," onderbreek ik hem voor hij er naar kan polsen.

Hij knikt, begrijpt het en ik duw me van hem af en richt mijn blik terug op de villa. Donkere schimmen marcheren achter de gordijnen en op het terrein. Luke wandelt theatraal naar de villa en spreidt zijn armen en glimlacht gemeen. "Welkom in Résidence de la mer!"

Zijn Frans klinkt zwoel in de zomerse hitte en ik rol met mijn ogen en stamp hooghartig langs hem heen. Zijn grijns geeft me de rillingen en ik wil me nog steeds zo snel mogelijk wassen om het zichtbare en onzichtbare vuil van mijn huid te krijgen.

Mijn schouder wordt pijnlijk hard vastgegrepen en ik verbijt de drang om mijn woede uit te schreeuwen. Met een ruk word ik naar achteren getrokken terwijl Luke me een kus op mijn wang geeft. Ik duw hem van me af en haal een hand over mijn wang om zijn eigendomsverklaring weg te vegen. Onze blikken ontmoeten elkaar en ik kijk hem vernietigend aan. Mijn woede ruist door mijn aderen en blijft aanwakkeren. Alles wat Luke doet ergert me meer en meer.

Hij laat mijn blik los en wandelt overdreven het dure gebouw in. De woonkamer zit volgestouwd met dealende drugsverslaafden en ik haal mijn neus op.

Nash haalt ons in en komt naast me wandelen. Een vreemd gevoel van waardering trekt over mijn hart en tempert de woede. Ik knik vriendelijk naar hem en hij glimlacht heimelijk alsof de ene dag dat we elkaar niet gezien hebben een gigantische kloof tussen ons heeft geslagen.

Luke laat me de twee woonkamers, de vier badkamers, de zes slaapkamers en de twee keukens zien. Hij duwt een houten deur open aan het einde van een lange gang en een lichte kamer die in het zonlicht baadt verschijnt. Een groot hemelbed met witte fluwelen gordijnen staat in het midden en meubels die duidelijk zijn gekozen door een binnenhuisarchitect staan at random maar toch ook structureel in de kamer. Er is een lange inloopkast en een kleine deur die naar de badkamer leidt. "En dit, Vic, is jouw kamer," legt Luke verwachtingsvol uit.

Mijn mond valt open en ik zet een stap naar binnen en bewonder alles met een ontkennende blik. "Voor mij alleen? Dat kan toch niet?" vraag ik hem terwijl ik me naar Nash en Luke omdraai.

Luke knikt en gebaart naar het bed en de andere meubels. "Allemaal alleen voor jou."

Hoewel ik liever niet mijn emoties aan Luke zou tonen, kan ik mijn blijdschap niet verbergen. "Dankje," fluister ik onder mijn adem, want ondanks alles, ben ik echt blij.

"Je kan me beter in natura bedanken," grijnst Luke aangezien hij mijn bedanking heeft gehoord en het niet kan laten om een vieze beweging te maken.

Mijn woede borrelt terug op en is nog vuriger dan daarnet. Mijn aderen lijken in brand te staan en mijn ogen spuwen vuur. "Ga alsjeblieft weg," grom ik beheersd terwijl ik ontzettend mijn best moet doen om niet uit te vliegen naar Luke.

"Zoals je wilt," Luke wandelt achteruit en trekt de deur achter zich dicht terwijl hij Nash achter zich aan sleurt.

Ik bal mijn vuisten en zuig mijn adem naar binnen. Ik sluit mijn ogen om me te kalmeren, maar meteen verschijnen Lukes moordlustige, beestachtige, gouden ogen van de vorige nacht voor me die op mijn netvlies zijn gebrand.

De gebeurtenissen van gisterenavond volgen elkaar op als een sneltrein in mijn gedachten en ik kan ze niet stoppen. Mijn mond proeft bitter en het beeld wordt troebel en krijgt een bloedrode kleur.

Ik hap geschrokken naar adem en open mijn ogen. Hijgend wankel ik achteruit en probeer houvast te vinden. Ik struikel naar achteren en val door een open raam het terras op.

Onhandig beland ik al zittend op de houten planken en draai mijn hoofd naar de tuin toe. Een groot zwembad staat te schitteren in het zonlicht en de tuin staat vol met witte tenten die waarschijnlijk worden gebruikt voor drugs en om de politie steeds een stap voor te zijn.

De achtertuin eindigt in een klif waar onderaan het privéstrand ligt en de bruisende azuurblauwe zee op het lichte zand slaagt. Het uitzicht is adembenemend, maar ik kan het intense gevoel van verdriet en pijn en woede niet van me afzetten. Ik hijs mezelf op en strompel met hangende schouders naar de badkamer.

De badkamer bestaat uit witte marmer met glanzende barstjes goud. Ergens ver weg - voorbij de grijze, dikke mist - fluistert een stemmetje in mijn hoofd dat alles hier ontzettend duur is. Ik vestig er geen aandacht aan en de gedachte reist verder en verstomd.

Ik doe de lichten aan die de hele badkamer doet verlichten in een goudgeel licht en bekijk mezelf met doffe ogen in de grote spiegel voor me. Ik zie er nog slechter en zieker uit dan de vorige keer dat ik mezelf zag in het vieze spiegeltje in het Turkse restaurant. Ik krimp in elkaar als de beelden terug voor mijn ogen vliegen en zuig mijn adem naar binnen.

Ik haak mijn blik los van mijn spiegelbeeld en draai me om naar de deur. Ik laat mijn hand over het geschuurde hout glijden en traag en moe - dóódsmoe - draai ik het koude slot om.

Mijn hand valt slap naast mijn zij en ik draai me terug om om met mijn rug tegen de deur te leunen. Uitgeput zak ik in elkaar en rol mezelf op tot een hoopje verloren ziel.

En eindelijk, na al de ingehouden woede en het ingeslikte verdriet, sta ik mezelf toe te huilen.

;

Hoi























Doei

(Sorry ik had er zin in)
Zo een dingen testen echt mijn geduld op Twitter by the way

©Britt_02

Courage©Where stories live. Discover now