Hoofdstuk 31

1.8K 60 0
                                    

~Edited 24-11-2018~ 

'Meldkamer. Politie, brandweer of ambulance, wat heeft u nodig?'

'Politie,' stoot ik uit. Mijn hart klopt in mijn keel. In mijn hand heb ik de telefoon van Noah. 

'Op welke plaats bent u?' De stem uit de meldkamer klinkt kalm.

Shit. 'Ik weet het niet. Ik ben ontvoerd, kom me halen, alsjeblieft!' zeg ik wanhopig. Ze kunnen de telefoon vast wel tracken toch? 

'Blijf aan de lijn. Wat is uw naam?'
'Evy... Evy Dek..' Maar voordat ik verder kan praten, zwaait de deur open en in een flits wordt de telefoon uit mijn hand gegrist. Een vloek verlaat de mond van Matt. Het is Matt. Matt betrapte me pas ook al, maar nu lijkt hij niet zo vergevingsgezind. Bang staar ik hem aan. In het begin was Matt echt mijn 'favoriet', maar dat is langzaam aan het veranderen. 

'Wat heb je gedaan?' buldert hij, terwijl hij met twee koppen groter dan ik boven me uit torent.

'Wat heb je gedaan?!'

'Ikkeh.' Meer krijg ik er niet uit.

'Je hebt de politie gebeld, niet waar vuile trut?' Ik staar naar de grond, bang om ook maar één verkeerde beweging te maken. En dat was de fout die ik maakte. 

Ik zie niet zijn hand die in de lucht vliegt. 

Plotseling slaat hij me. Hard. In mijn gezicht. Ik grijp naar mijn gezicht en krimp ineen. Ik bijt op mijn tanden om een pijnkreet te onderdrukken. Vol ongeloof staar ik hem aan. Het doet gemeen zeer. Nog nooit heeft iemand me zo geslagen.

'Klootzak,' sis ik tussen mijn tanden door, zonder er over na te denken. 'Asshole.'

En ik wil hem slaan, met alle kracht die ik in me heb. (Oké, ik ben echt niet sterk, maar ik wil hem wel heel hard terug slaan. Hij maakt me echt woedend).

Hij pakt echter mijn handen allebei vast en duwt me tegen de muur. 'Laat me los,' gil ik nu. Zijn gezicht akelig dichtbij. 'Jij zorgt niet anders dan voor problemen,' schreeuwt hij in mijn gezicht.

Ik lieg niet als ik zeg dat ik ongelofelijk bang ben. En dit is Matt nog maar.

Opnieuw vliegt Matts hand in de lucht, alsof hij me weer wil slaan. Met zijn linkerhand houdt hij nog steeds mijn beide handen boven mijn hoofd. Ik kan werkelijk niks doen om hem te ontwijken. 'Stop,' gil ik, mijn ogen stijf dichtgeknepen.

En gek genoeg komt er ook geen klap. 

'Wat the heck is hier aan de hand?' Hoor ik. Noah.

Voorzichtig kijk ik op. Hij kijkt Matt onderzoekend aan en daarna verlegt hij zijn blik naar mij. 

'Die bitch,' grauwt Matt. 'Ze heeft alles verpest Noah. Alles.'

Noah lijkt super verward. 'Mis ik iets?'
'Vraag het maar aan haar zelf,' snauwt Matt, maar er komt geen woord over mijn lippen. Ik doe moeite om de tranen tegen te houden en nu pas voel ik mijn wang branden. 

Als Matt door heeft dat ik het niet ga vertellen, begint hij het verhaal. Dat ze nu een probleem hebben, omdat de politie hier binnen een uur voor de deur kan staan. Bij elk woord dat Matt zegt, zakt mijn hoofd verder naar beneden. Noah gaat me vermoorden, serieus.

'Oké,' neemt Noah het besluit. 'Jij en ik nemen de vluchtroute. Vertel de jongens alle sporen, maar dan ook echt alle sporen uit te wissen van Evy. Oh en zorg dat Lars de telefoon laat verdwijnen, hij weet wel hoe. Gooi onze tassen in de auto en zorg dat je klaar bent om te vertrekken, als Evy en ik hier klaar zijn.'

GekidnaptWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu