Cardigan

492 23 1
                                    

- 𝒴𝑜𝓊 𝒹𝓇𝑒𝓌 𝓈𝓉𝒶𝓇𝓈 𝒶𝓇𝑜𝓊𝓃𝒹 𝓂𝓎 𝓈𝒸𝒶𝓇𝓈
𝐵𝓊𝓉 𝓃𝑜𝓌 𝐼'𝓂 𝒷𝓁𝑒𝑒𝒹𝒾𝓃' -

De rest van het weekend verliep vreemd. Remus negeerde Sirius en ik negeerde een soort van Severus, niet dat ik hem sowieso vaak in het weekend tegenkwam.

Daarbij, moest ik elk uur van de dag bij de jongens dormitory kijken of Remus nog wel oké was. Het gaat beter met hem, als Sirius er tenminste niet is. Hij komt nog steeds zelden van zijn kamer af. Hij komt alleen voor het ontbijt, de lunch, het avondeten en als Sirius de kamer inkomt, naar buiten. Sirius probeert ook zoveel mogelijk uit Remus zijn buurt te blijven. Niet dat hij dat leuk vindt, maar hij wilt het beste voor Remus en hij weet dat Remus hem niet wilt zien.

Remus is echt heel boos en hij heeft nog steeds de dikke wallen, het bleke huid en ga zo door, terwijl alles bij mij wel weer is wegzakt. De twinkeling in mijn ogen zijn weer terug en ik weet zeker dat die van Remus ook terug komt. Alhoewel ik niet precies weet hoe lang dat nog gaat duren.

Aldus, Sirius komt de hele tijd met zijn drama bij mij aan, maar wat moet ik eraan doen? Dit is zijn fout. Natuurlijk ben ik ook nog steeds kwaad op hem, maar ik probeer het te verdrukken. Hij vraagt me steeds om hulp, wat hij moet doen om het goed te maken met Remus. Ik kan misschien veel, maar niet alles, en dit, dit is één van de dingen die ik moeilijk kan oplossen. En dan moet je de vele vragen van James en de meiden horen, ik irriteer me dood.

                            ~

Als de maandag weer aanbreekt, beginnen de lessen ook weer.
Mijn wekker gaat af, dat betekent dat het acht uur is en de lessen over een uur alweer beginnen. De andere worden ook wakker door het geluid van de wekker. Ik sta op en trek mijn gewaad aan. Les, daar ben ik echt even aan toe. Een normaal persoon zou nooit zeggen dat ze naar de les willen, maar ik... ik wel. Het geeft de mogelijkheid om mijn aandacht ergens anders aan te besteden. Tijdens de les hoef ik me niet druk te maken om Remus's gezondheid, alhoewel, dat hoop ik tenminste.

Samen met Lily loop ik de great hall binnen. De rest duurde te lang om op te wachten. In de great hall is het zoals het altijd is, rumoerig. Gewoon zoals normaal, zoals het hoort te zijn. Niet depressief als Remus, of bezorgd als mij.

'Ik ga bij de jongens zitten.' zeg ik, wijzend naar Sirius, James en Peter. Lily knikt en loopt naar de andere kant van de tafel, waar niet veel later Remus, Alice en Marlene ook komen te zitten.

Ik plof naast James neer en dus tegenover Sirius.

'Hey.' zeg ik met een gemaakte glimlach.

Ik krijg niet veel antwoordt terug, behalve van James die zachtjes "morgen" mompelt.

'Selene, kan je alsjeblieft met je broer praten, want het gaat niet zo langer. Hij moet Sirius wel vergeven!' zegt James dan plots. Ik kijk James nijdig aan.

'Hallo! Ik ben geen alleskunner, ik heb genoeg voor ze gedaan de afgelopen paar maanden, het wordt een keer tijd dat ze zelf eens een keer dingen gaan oplossen!' Roep ik boos. 'Ik heb ook mijn eigen leven, mijn eigen problemen.' Ondertussen heb ik met mijn geschreeuw de aandacht van iedereen in de great hall getrokken, inclusief die van de leraren. Ik kijk naar Remus die verderop aan de tafel zit, hij kijkt me geschokt aan.

Natuurlijk, Remus dacht zeker dat hij de enige met problemen is. En dan heb je James en Peter nog die me niet begrijpend aankijken, natuurlijk, die weten weer eens niks, die hebben niet door dat twee van hun beste vrienden verliefd op elkaar zijn en dat ik ze al sinds het begin van het jaar probeer te koppelen. En ten slotte Sirius, die me schuldig aankijkt.

'H-het spijt me, Selene. Ik ben super dankbaar voor alles wat je tot nu toe voor me hebt gedaan, echt.' mompelt hij. Ik rol met mijn ogen.

'Kan iemand me vertellen waar dit alles over gaat?' vraagt James op fluisterende toon, zodat alle nieuwsgierige mensen niet mee kunnen luisteren. De meeste merken dat de show voorbij is en draaien zich weer terug.

'Het is niks.' antwoordt ik nors. Ik sta op en ga bij Remus en de meiden zitten.

Niemand zei nog een woord meer tegen me, Remus ook niet, in tegendeel, hij probeerde met alle macht zijn tranen binnen te houden.

                             ~

Na een lange stilte was het tijd om naar potions te gaan.

Zuchtend laat ik mezelf op mijn vaste plek ploffen. En pas nu bedenk ik me dat Severus naast me gaat zitten. En ja hoor, een minuut later komt Severus in de deuropening te staan en loopt hij naar me toe.

'Hey.' zegt hij ongemakkelijk.

'Oh, hey.' antwoordt ik en ik maak een glimlach, in de hoop dat Severus zich niet meer ongemakkelijk bij mij in de buurt voelt. Dat is namelijk niet mijn bedoeling tenminste.

'Het spijt me van zaterdag, i-ik kon me gewoon niet inhouden. Ik dacht dat je misschien hetzelfde voor mij zou voelen als dat ik voor jou voel. Het was stom, ik weet het.' bekent hij en hij probeert zijn gezicht achter zijn potionsboek te verstoppen.
Ik schuif het boek aan de kant.

'Oh, Severus.' zeg ik dan en ik kijk hem met medelijden aan. 'Het spijt me, maar ik voel gewoon niet hetzelfde voor jou... Ik hoop gewoon dat we nog steeds vrienden kunnen blijven.' Ik bijt op mijn lip.

Severus knikt en precies op dat moment begint de les en valt iedereen stil. Al dat drama in één keer is gewoon teveel.

                             ~

De rest van de dag deed ik gewoon zoals gewoonlijk, les volgen en huiswerk maken. Ik en Remus moesten na de transfiguratie les blijven van professor McGonagall. Ze zegt dat ze zich zorgen om ons maakt en als het zo doorgaat, ze ons ouders een brief zou gaan sturen.

Alle docenten zien dat we (voornamelijk Remus) niet gelukkig zijn, ze praten over ons achter onze rug om. Natuurlijk hebben we gezegd dat dat niet hoeft, pa en ma zouden zich alleen maar zorgen maken en dat is het minste wat we willen. Ook vroeg ze wat er nou precies aan de hand was. Ik antwoordde dat het privé zaken waren die we liever voor ons zelf wilden houden.

Ze bleef aandringen, maar ik hield stug vol. Het ging haar niks aan wat er gaande is.

Ze stelde voor om Remus naar de ziekenzaal te brengen om hem beter te maken, waarop Remus antwoordde dat hij dat niet wilde. Ze deed alsof er iets mis met hem was. Ik snap niet waarom mensen verwachten dat iedereen 24/7 gelukkig zijn. Maar na een laatste ongeruste blik, liet ze ons eindelijk gaan.

Zonder een woord met elkaar uit te wisselen liepen we naar de common room, waar Remus meteen naar de dormitory liep.

𝐖𝐀𝐑 𝐎𝐅 𝐇𝐄𝐀𝐑𝐓𝐒 ☾ // MaraudersWhere stories live. Discover now