hoofdstuk 2: kamp bèta

1.7K 77 6
                                    

Ik knipper met mijn ogen tegen het zonlicht dat door de gordijnen straalt.
Mijn herinneringen van de vorige dag komen terug en ik schiet overeind.

"Kalm, meisje. Ga meer weer liggen" ik kijk naar de plek waar de stem vandaan kwam en zie een vrouw van ongeveer 30 jaar met blond haar dat in een paardenstaart zit, een bril en een dokters jas aan.

"Waar ben ik?" Vraag ik met een hese, krakerige stem.
"Als je nu gewoon even gaat liggen." Blijft ze aandringen.
"Waar ben ik" vraag ik deze keer met een luidere stem.
De onbekende vrouw zucht.
"Als ik zeg waar je bent ga je dan liggen?" Vraagt ze met een opgetrokken wenkbrauw.
Ik knik en ga liggen.

"Je bent nu al twee dagen in kamp bèta." Antwoord ze, terwijl ze iets op haar schrijfblok krabbelt.
Ik schiet overeind. "Twee dagen!?" vraag ik half verontrust, half vragend.

"Ja, twee dagen.
En je hebt veel aandacht gekregen sinds je hier bent." Zegt ze terwijl ze iets fronsend opschrijft.
"Hoe bedoel je, veel aandacht?" vraag ik, niet begrijpend met een opgetrokken wenkbrauw.
"Wel, het is niet dat er elke dag iemand door het bos loopt met jagers, wolven én een Egera achter hun aan.
Dus moet je wel belangrijk zijn." Zegt ze terwijl ze me onderzoekend aankijkt.

Opeens worden haar ogen glazig en staart ze voor haar uit. Na een kort minuutje knippert ze weer en kijkt ze naar haar schrijfblok.
"Goed, je bent in orde. Je zult alleen af en toe nog duizelig worden, maar dan moet je gewoon even wat rusten en dan komt het goed. En nu moet je andere kleren aandoen en dan zal ik je naar de kamp directeur brengen." Ze overhandigt me een grijs t-shirt, een jeansbroek en zwarte sneakers.

De vrouw verlaat de kamer en ik kleed me gauw om.
Na 5 minuten komt de vrouw terug binnen en brengt ze me naar het gebouw op de heuvel. Onderweg werden we de hele tijd nagekeken waardoor ik mijn gezicht verschuil achter mijn lichtbruine lokken.

Na, wat leek een eeuwigheid, te duren komen we aan bij het huis. "Volg me maar" zegt de vrouw terwijl ze naar me gebaart dat ik haar moet volgen.
Ze stopt vlak voor een witte deur met donkerbruine wolven in gegraveerd. "Wacht hier even" zegt ze terwijl ze haar handen op de deurklink legt. Ze gaat naar binnen. Ik ga op de stoel aan de andere kant van gang zitten en wacht.

Na 2 minuten komt de vrouw terug buiten.
"De directeur kan je nu ontvangen." Zegt ze met een glimlach.
Ik stap binnen in een donkere kamer met donkerbruine houten muren.
De muren hangen vol met schilderijen en foto's, de vloer is bedekt met tapijten en aan de andere kant van de kamer staat een bureau.

Ik stap naar voor en kijk de directeur onderzoekend aan.
Hij is rond de 40, heeft donkerbruin haar met grijze haren in en heeft een licht gerimpeld gezicht.
Naast hem staan twee jongens van ongeveer mijn leeftijd.

De jongen aan de rechterkant van de directeur is de jongen die me een paar dagen geleden naar binnen heeft gebracht.
Ik kijk naar de andere jongen.
Hij heeft blond haar dat bijna wit lijkt, donkerbruine ogen en heeft een scherpe blik in zijn ogen.

"Ga naar zitten" zegt de man terwijl hij naar een stoel wijst.
Ik doe wat hij zegt en ga op de stoel zitten.
"Dus wat is je naam, meisje?" vraagt hij terwijl hij zijn bril afzet
"Kristy, meneer."
"Dus Kristy waarom zaten die wolven, jagers en die Egera achter je aan?" Hij kijkt me onderzoekend aan.
"Ik ben ontsnapt uit zijn kerkers, meneer."

"Waaruit ben je ontsnapt?" hij kijkt me nieuwsgierig aan en ik voel me met de minuut minder comfortabel.
"Uit de kerker, meneer"
"De zwarte wolf sluit bijna nooit iemand op. Hoelang ben je als gevangen?" zegt hij terwijl hij naar me toe buigt
"9 jaar, meneer" zeg ik terwijl ik de kamer verder bestudeer.

"Zei je nu 9 jaar?" Vraagt hij met een gezicht vol verbazing.
"Ja, waarom? Hij doet het vast met zoveel mensen." Zeg ik.
"Nee dat doet hij niet. Als hij iemand gevangen neemt dan martelt hij ze en als hij genoeg informatie heeft dan vermoord hij ze. Gevangenen leven bij hem maar 2 weken, als ze geluk hebben toch. Dus waarom laat hij jouw 9 jaar leven?"

Hij staat op en pakt een boek uit de boekenkast.
"Wat is je achternaam?" Vraagt hij na een tijdje.
"Weet ik niet, meneer" antwoord ik hoofdschuddend.
"Als je 9 jaar bent gevangen dan moet je rond je 8ste gevangen genomen zijn. Je moet je toch wel iets herinneren van je leven voor de kerker." Zegt de jongen met het witblond haar.

"Probeer jij je na 9 jaar nog iets te herinneren" zeg ik bot.
Ik sla direct mijn hand voor mijn mond en krimp ineen. Iemand legt zijn hand op mijn rug en ik duik automatisch weg.

"Kristy gaat het?" Ik kijk op en zie de directeur me bezorgd aankijken.
Ik maak van mezelf weer een bolletje terwijl ik een flashback krijg.

________________________________

Ik zit al een week opgesloten in de kerker, en in die tijd is er nog nooit iemand binnengekomen.

Ik lig op het krakerige bed en hoor de deur opengaan.
Met ingehouden adem kijk ik naar deur.
Er staat een man binnen van ongeveer 30 jaar oud.
Zijn gezicht werd ontsierd door drie grote littekens die zich over zijn hele gezicht verspreiden.

Hij sluit de deur en stapt dichterbij.
"Waarom ben ik hier? Ik heb niets misdaan" zeg ik terwijl ik snikkend in een hoekje kruip. "Spreek je nu tegen mij?" Zijn stem klinkt meer als gesis waardoor ik nog meer in elkaar kruip.

"Je mag niet spreken zonder toestemming, meisje" zegt hij dreigend.
Hij komt dichter, grijpt me bij mijn nek en drukt me tegen de muur waardoor mijn voeten de grond niet meer raken.
Hij brengt zijn lippen naar mijn oor. "De zwarte wolf wilt niet dat we je littekens geven.
Maar gelukkig voor mij kan ik je wonden genezen zonder een litteken achter te laten."

Nadat hij dit zegt stompt hij me in mijn maag en pakt een mes.
In een fractie van een seconde steekt hij het mes in mijn maag. Hij laat me op de grond vallen.
Hij knielt naast me neer.

Ik voel een warm gevoel op mijn buik en zie dat zijn handen rood zijn geworden en ze op mijn buik drukt.
Het bloed dat ik verloren ben stroomt terug in mijn wond en als de man zijn hand weghaalt zie ik dat er nog eens geen schrammetje achterblijft.

Hij stapt richting de deur en ik kruip in een hoekje terwijl ik hem vol angst nakijk.
________________________________

"Kristy? Kristy?"
Ik voel hoe iemand me door elkaar schud en kijk recht in de groene ogen van de jongen die me naar het kamp bracht.
"Gaat het?" Hij kijkt me bezorgd aan.

Ik begin het stilaan irritant te vinden als ze me zo aankijken.
Ik knik langzaam en sta rustig recht.
"We brengen je even naar de ziekenzaal voor nog even wat bloed te laten trekken" ik kijk naar de directeur en knik.

_____________________________

Laat weten wat je van dit verhaal vind en hopelijk vond je het leuk

Groetjes Gallifrey-stands

De Alpha Wolf  ✓VOLTOOID✓Where stories live. Discover now