Drunk

3K 225 17
                                    


Het was lang geleden dat ik mijn ipod tevoorschijn had gehaald. 

Maar Sneep was naar een bijeenkomt bij de Malfidussen en Voldemort. En ikzelf had niks beters te doen, en dus besloten het huis schoon te maken. Met oordopjes in mijn oren liet ik alle boeken van hun plank af zweven. 

Tjee, wat had die man veel boeken, overal lagen ze, op de bank, de leunstoel, de tafel, in de keuken. En de trap lag ook onder. Ik gaf een doekje met mijn toverstok de opdracht de boekenplanken eens flink schoon te maken. 

Waar deze schoonmaakwoede en redelijke goede bui vandaan kwamen waren mij een raadsel. Door de slaapdrank van Sneep had ik goed geslapen, maar dat kon toch niet alles zijn? Ik durfde zelfs zo ver te gaan met mijn muziek mee te zingen. Dat had ik al lang niet meer gedaan, ik kon het me niet eens meer herinneren. 

Vrolijk gaf ik mijn toverstok nog een zwiep, en een dikke wolk stof kwam naar benden dwarrelen. Het maakte me aan het niesen, maar ik moest er alleen maar om lachen. 

Echt, ik leek wel dronken ofzo. 

Niet dat ik dat ooit geweest was. 

Toen ik de hele huiskamer gedaan had, vond ik het tijd voor de keuken. Nog steeds met mijn oordopjes in, zorgde ik ervoor dat de dweil de keuken onder handen nam. Zelf begon ik een goed gevulde groentesoep te bereiden, op de ouderwetse dreuzelmanier. 

Op zoek naar een blokje bouillon trok ik één van de kastjes open. Voor mijn neus stond een fles Oude Klare's Jonge Borrel. Zou ik? Eén slokje zou toch geen kwaad kunnen? Ik wist dat ik alleen thuis was, en toch keek ik om me heen, voor ik uiteindelijk toch besloot de fles van de plank te pakken. 

Uit een van de andere keukenkastjes pakte ik een glas, en schonk de drank in voor mezelf. Bijna spuugde ik mijn allereerste slok ook weer uit, 

Jezus wat een sterk spul! 

Maar na mijn derde slok begon ik te wennen aan de smaak, en voor ik het wist had ik zingend, kokend en schoonmakend mijn derde glas ingeschonken. Daarna ging het rap, en toen ik opstond, om nog een keer naar de soep te kijken, leek het of ik zeebenen had. 

Mijn brein voelde verdoofd, en eerlijk gezegd hoorde je me daar op dit moment niet over klagen. Zo rustig, voor zover je me dat kon noemen, had het in mijn hoofd al een tijdje niet meer gevoeld. 

Ik keurde de soep voor nu goed, voor zover ik dat met mijn verdoofde hersenen kon beoordelen dan. Op het moment dat ik de dweil tot stoppen maande en mijn ipod wegstopte, hoorde ik de sleutel in het slot. 

Ik rende naar de gang, en slipte zo'n beetje de gang in, bijna verloor ik mijn evenwicht, maar de muur bood steun, en ik grijnsde, "je bent thuis! Hoe was het? Ik heb lekker gekookt, en schoongemaakt. Kom binnen!" 

Ik zag een wenkbrauw omhoog gaan terwijl hij zijn mantel ophing.

"Nou?" vroeg ik, ergens had ik iets van schaamte moeten voelen voor hoe ik me gedroeg. Maar ik voelde me veel te losbandig om me in te houden.

Hij ging me voor de keuken in, en ik botste tegen zijn rug aan toen hij abrupt bleef staan. Zijn ogen waren gevestigd op de fles Oude Klare's, ik had de moeite niet genomen die weg te zetten. 

"Je hebt gedronken," constateerde hij. 

"Een klein beetje maar," zei ik schouderophalend. 

"Zo'n klein beetje dat je dronken bent?" hij keek me aan. 

"Hooguit een beetje aangeschoten," verdedigde ik mezelf, "gaan we eten? Ik heb soep." Ik liep om hem heen en twee soepkommen en lepels. 

Sneep zelf pakte de fles van tafel, en schudde hem heen en weer. Een klein beetje van wat ooit meer dan de helft was, klotste onderin. 

Lost in Harry PotterWhere stories live. Discover now