Break in

2.4K 187 22
                                    


Even keek ik om het hoekje van de steeg waar we stonden. 

Het was zo vroeg dat het nog donker was. 

In de schaduw stond Sirius zich in stilte op te winden over het krankzinnige plan dat we zouden gaan uitvoeren. 

'Inbreken in het Ministerie, Robin, ben je wel helemaal lekker?' zei hij zacht, en leunde met zijn voet tegen de muur waar hij tegenaan geleund stond. 

'Je hebt er zelf in toegestemd me te helpen, je gaat je nu niet terug trekken hoor,' zei ik, en ik keek hem even aan. 

'Het is gewoon- die hele plek is op zoek naar mij,' Sirius kijkt me aan, 'ik voel er niet zoveel voor ter plekke vermoordt te worden.'

'Je wordt niet ter plekke vermoord, want je hebt wisseldrank,' zei ik, alsof het de normaalste zaak van de wereld was. 

'We hebben maar een uur, Robin,' zuchtte Sirius. 

Ik draaide me om, 'als je niet wilt ga ik wel alleen,' zei ik. 

Dat idee leek hem ook niet aan te staan, want hij fronste even. 

'No way dat ik je daar alleen naar binnen laat gaan!' zegt hij stug. 

'Stop dan alsjeblieft met zeuren,' zeg ik zacht. Ik hoor dat Sirius iets zegt, maar zijn woorden gaan compleet aan me voorbij, daar loopt Jeegers! 

Die moet ik hebben! 

Ik duw mijn hand tegen Sirius' mond, en wacht het moment af dat Jeegers langs onze steeg komt lopen. 

Als dat gebeurt, spuit er een lichtflits uit mijn toverstok, en slap zakt de klootzak op de grond. 

'Dat is één!' ik sleep hem de steeg in, en Sirius bind zijn handen en voeten vast met touw. Voor de zekerheid knevelt hij hem ook maar, en trekt dan een haar uit zijn hoofd. 

'Voor jou of voor mij?' vraagt hij.

'Mij,' zeg ik, 'ik ken hem, aangezien ik in Vila Malfidus heb gezeten. Arrogante kwast.'

'Zijn ze dat niet allemaal?' Sirius kijkt me wijselijk aan. 

Kribbig kijk ik hem aan, 'op Severus na!'

'Natúúrlijk,' zegt Sirius met een engelengezicht, 'maar hij kan helemaal niks verkeerd doen in jou ogen.' 

'Ik weet dat hij foute dingen gedaan heeft, Sirius,' zeg ik, 'daar ben ik me echt wel van bewust hoor. Ik keur het ook niet goed, hoe hij Harry behandeld, maar hij heeft ook zijn redenen.'

'En die zijn?'

'Vraag het hem eens een keer,' ik kijk weer om het hoekje van de steeg, en zie drie mensen van het Ministerie oversteken. Ben ik nou gek? Of waren dat Harry, Ron en Hermelien? Was dat echt vandaag? Holy shit, het Ministerie zou met een grote inbraak te maken gaan krijgen vandaag...

'Als wie zie je voor je dat ik ga?' vroeg Sirius, en hij keek ook om het hoekje. 

Zijn gezicht betrok toen hij de man aan zag komen die ik op het oog had. 

'Dat kun je niet doen, Robin!' siste hij. 'Jezus, Arthur? Weet je dat wel zeker?!'

'Zie jij een andere optie?' vroeg ik aan hem. 'Sirius, jij kent meneer Wemel, beter dan dat ik hem ken.' 

Sirius beet op zijn lip, 'hij is een vriend Robin, dat kan ik niet-' ik zag de twijfel in zijn ogen, want hij wilde me nog steeds niet alleen laten gaan. 

'Hoe verklaar je dan dat we samen komen, hm?' vroeg hij.

'Bloedverrader,' zei ik simpel.

'Doe het snel voor ik me bedenk.'

Lost in Harry PotterWaar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu