Escape

2.1K 181 18
                                    


'Daar!' Sirius trok me aan mijn mouw mee, en bleef even staan. 

Er was een boel tumult te horen aan de andere kant, en ik keek Sirius aan, 'kun jij een Patronus oproepen?' vroeg ik. 

'Dat is lang geleden, hoezo?' vroeg hij, en keek me bezorgd aan. 

'Oh, geloof me, die ga je nodig hebben,' ik trok de deur open, en kreeg gelijk. Het was één grote chaos. 

Daardoor was het voor ons vrij makkelijk om ongezien te blijven, maar de dementors die achter Harry, Ron en Hermelien aanzaten, net als een stuk of wat dooddoeners, hadden ons wel in de gaten. En kwamen net zo goed achter ons aan, net als alle andere mensen die door de gangen heen renden.

Slippend schoten we de hoek om, en op het moment dat Harry, Ron en Hermelien één van de liften in vluchtten, kwamen ook wij letterlijk binnenvallen. 

'GA!' brulde ik, terwijl ik me omdraaide en de deuren van de lift dichtgooide. De drie keken ons wel meer dan verbaasd aan. 

Terwijl er een rottende hand door de tralies naar ons reikte, en de lift omhoog begon te gaan. 

'Wat doen jullie hier!?' riep Sirius echter voor de drie überhaupt iets aan ons konden vragen. 

'We-eh-' stamelde Harry.

'Harry, ben je gek geworden?! Je bent gezochte persoon nummer één!' riep Sirius. 

'Nog harder roepen!' siste ik hem toe. 

'Waarom ben jij hier niet verbaasd over?' vroeg hij, en keek me boos aan. 

'Wat doen jullie hier?' vroeg Hermelien. 

'We hadden net als jullie iets belangrijks nodig,' zeg ik ontwijkend, en keek Sirius waarschuwend aan. 

'Het belangrijkste is dat we hier veilig wegkomen,' zegt Hermelien, en ze keek om zich heen, alsof er in de kleine lift iets te vinden was dat haar daar antwoord op zou kunnen geven. 

'Ik stel voor dat we opsplitsen,' zeg ik, en krabbelde overeind. 

'Oh nee, dat dacht ik niet! Ze blijven bij ons in de buurt!' zegt Sirius vastberaden, terwijl hij mijn hand aanpakt zodat hij overeind kan komen. 

Ik keek hem aan, 'Sirius, neem alsjeblieft van me aan dat ze met zijn drieën verder moeten!' zeg ik, en keek hem doordringend aan, 'dit moeten ze zelf doen. Wij hebben wat wij nodig hebben, zij wat zij moeten hebben, tijd om te splitsen.' Sirius had die eigenwijze blik weer in zijn ogen, die blik die me vertelde dat hij eigenlijk helemaal geen zin had om naar me te luisteren. Het was zo'n bekende blik, dat ik weer even terug dacht aan de tijd toen ik hier net aan was gekomen, en moest een glimlach onderdrukken. 

Uiteindelijk sloeg hij zijn armen over elkaar, 'oke,' zei hij met duidelijke tegenzin, 'we splitsen op.'

Harry keek zijn peetvader dankbaar aan, 'dank je Sirius.'

'Als we met zoveel wegvluchten zijn we ook te makkelijk te pakken,' zei Ron, terwijl de lift klikte en stilstond. Gespannen keken we elkaar aan toen de deuren open gleden. 

Aangezien Sirius en ik vooraan stonden, liepen wij als eerste zo rustig mogelijk naar buiten. 

Ik trok de jas die ik aanhad uit, en gooide die over mijn hoofd, 'let's go,' zei ik zacht. 

Sirius greep mijn hand, en op het moment dat we kreten hoorden, van verschillende kanten, begonnen we te rennen. Zo hard we konden renden we weg, naar de haarden. 

'Sirius Zwarts! Daar rent Sirius Zwarts! GRIJP HEM!' 

'Daar rent Harry Potter!' Teveel verschillende stemmen door elkaar. Ik waagde het even achterom te kijken, terwijl Sirius mijn hand stevig vast bleef houden, en door bleef rennen. 

Lost in Harry PotterWhere stories live. Discover now