Mijn job

1.8K 53 24
                                    

Zondagnamiddag sta ik in de Colruyt de schappen bij te vulllen. Dat is mijn baantje in het weekend.

Ik ben deze morgen om elf uur naar huis gegaan. Lauren heeft me nog gezien, maar Paul sliep nog.

Ik denk dat hij straks met hoofdpijn wakker word.

Op dat moment krijg ik een bericht van Watsapp. Het is in onze groepchat van ons drieën.

Paul: Shit, ik heb hennige koppijn!
Lauren: Dat komt ervan!
Paul: Oh, lieve zus, wil je misschien even een aspirientje komen brengen? x
Lauren: Ik heb er al voor gezorgd dat je gisteren niet gesnapt bent.
Paul: Pleaseeee!
Lauren: Nee, P, kom maar naar beneden
Paul: @Nickowww, wil jij niet even komen?
Ik: Ik zit op het werk.
Paul: Dan kan je meteen al cola meenemen voor de buikpijn.
Lauren: Laat die jongen toch! Hij moet werken, en trouwens, cola werkt daar niet tegen.
Lauren: Nick, ga maar terug aan het werk. Ik zorg wel voor P.
Ik: Oké, zie jullie straks!

Dan wordt er op mijn schouder getikt en draai ik me snel om.

'Sorry, dit was belangrijk,' zeg ik in verwachting om mijn baas te zien of een andere werknemer die me graag wil laten ontslaan, maar het is ... Siebren?

'Oké,' zegt hij en hij gaat met een hand door zijn haar.

Wat doet hij hier?

'O, ik dacht dat je ... laat maar,' zeg ik. 'Wat doe je hier?'

'Ik heb ... je hulp nodig?' zegt hij, maar het klinkt als een vraag.

'Ik geef geen bijles,' zeg ik en ik ga rechtstaan.

'Dit is anders,' zegt hij.

'Hoezo?' vraag ik.

Siebren gaat nog eens met zijn hand door zijn haar en zucht.

'Ik wil indruk op iemand maken,' zegt hij dan. Ik frons. 'En ... euhm ... het is een jongen.'

'Dus?' vraag ik.

'Ik zou niet weten hoe dat moet,' zegt hij en zijn gezicht krijgt een rode schijn.

'Wie is het?' vraag ik. 'De jongen met wie je gisteren hebt staan zoenen?'

'Niet zo hard,' zegt Siebren en hij kijkt om zich heen.

'Hier is niemand,' zeg ik.

'Jawel, ik ben hier met mijn ouders,' zegt hij en hij kijkt naar zijn schoenen.

'Maar hij is het?' vraag ik.

Siebren knikt.

'Wil je me alsjeblieft helpen?'

Ik trek mijn wenkbrauwen op.

Dit is serieus.

'Wat ben ik ermee?' vraag ik.

'Je word niet meer gepest?'

Ik blijf hem even aanstaren voor het geval dit een grap is, maar dat is het niet.

Dat voel ik aan de sfeer die tussen ons inhangt.

'Alleen als ik het tegen Lauren en Paul mag vertellen,' zeg ik.

Siebren kijkt even op, maar wendt zijn blik bijna meteen af.

'Oké,' mompelt hij.

'Mooi,' zeg ik en dan draai ik me om om verder de schappen te vullen.

'Euhm, wanneer beginnen we?' vraagt Siebren dan.

'Om drie uur ben ik klaar, dan kan je wel meekomen naar mijn thuis, of naar dat van jouw,' zeg ik.

Waar ben ik mee bezig?

'Mijn ouders zijn thuis,' zegt hij. 'Jouw thuis?'

'Prima,' zeg ik. 'Wacht op me voor de uitgang.'

'Oké,' zegt hij en dan loopt hij weg.

Meteen open ik de groepchat. Er is nog wat ingestuurd, maar daar let ik niet op.

Ik: Jullie raden nooit wie ik ben tegengekomen toenjuist. Ik moet jullie iets vertellen. Hebben jullie deze avond tijd?
Lauren: Ja, ik moet enkel nog die toets van Duits leren, maar ik heb tijd.
Lauren: P kan ook, tussen het overgeven door. Hij heeft geluk dat onze ouders naar een vergadering zijn.
Ik: Ik kom vanavond naar jullie. Wens Paul beterschap van me!
Lauren: Hij bedankt je. Zie je straks Nickow!

Dan steek ik mijn gsm weg en vul de laatste schappen voordat het drie uur is.

➿➿➿

Om vijf na drie kom ik buiten waar het regent en Siebren onder het kleine afdakje van de winkel staat.

'Hoe gaan we eigenlijk naar je thuis?' vraagt hij als ik bij hem kom staan.

'Ik woon op wandelafstand dus te voet,' zeg ik.
Dat is wel handig om naar het werk te gaan. Alleen als het regent, valt het tegen, zoals vandaag

'O,' zegt hij. 'Zijn je ouders thuis?'

'Nee, ze zijn met mijn zusje naar mijn oma,' zeg ik.

Ze blijven nog ruim een uurtje weg.

'Heb je een zusje?' vraagt Siebren.

'Ja,' zeg ik. 'Haar naam is Lenny.'

'En jij gaat niet mee naar je oma?'

'Nee, ik ga vrijdag,' zeg ik.

Vrijdag hebben we een dagje vrij wegens klassenraden. Dan gaan de leerkrachten bespreken hoe ver je al staat, ook al is het pas september, en of ze je moeten helpen of niet.

De leerkrachten van vorig jaar geven dan ook informatie aan de leerkrachten die we dit jaar hebben.

Op die dag ga ik naar mijn oma want mijn ouders zijn niet thuis en, ook al ben ik al bijna achttien, ik mag nog niet de hele dag alleen thuis blijven.

Daarnaast is mijn oma's huis dichter bij de school waar mijn zusje naar toe gaat. Ik moet haar gaan halen en dan komen mijn ouders ook naar daar en eten we bij oma.

'Kunnen we dan niet beter afspreken?' vraagt Siebren.

'Nee, jij moet dan met iemand anders afspreken,' zeg ik.

Ik zie Siebren vanuit mijn ooghoeken rood worden.

'Dan al?' vraagt hij.

Ik knik.

'Vind je hem eigenlijk echt al leuk leuk of wil je hem beter leren kennen?'

'Tweede,' zegt hij.

'Oké, ik zal je zo goed mogelijk proberen te helpen,' zeg ik.

'Ik weet dat je dat kan. Je leeft niet onder een steen. Plus er ging vorig jaar een roddel rond dat je naar een gaybar was gegaan, dus je weet echt wel hoe het moet,' zegt hij.

Daar heeft hij gelijk in. Toen ik zestien werd, zijn Lauren en Paul meegegaan naar een gaybar. Ze zeiden dat we gewoon naar een bar gingen, niet dus.

Ik had er een jongen gekust, en hij kon het behoorlijk goed. Daarna heb ik hem wel nooit meer gezien, maar ik weet wel hoe je iemand moet "versieren". Anders had hij me nooit gekust, ook al ben ik niet echt een flirt.

Ik schraap mijn keel en gelukkig komen we net aan bij mijn thuis.

Twee JongensWhere stories live. Discover now