Geen Lauren

1.4K 55 14
                                    

Lauren: Ik kan je niet komen ophalen. Ben ziek.
Ik: Beterschap <3.
Lauren: Ach ja, het was deels mijn eigen schuld. Ik moest maar niet zo veel bij Paul zijn.
Lauren: Maar bedankt XD.
Paul: Tja, nu zijn we samen ziek.
Lauren: Kan je me even een pilletje komen brengen?
Paul: Nee.
Lauren: Ik vroeg het niet aan jou, P! @Nickoww, wil jij even langskomen. Ik weet dat je nog thuis bent.
Ik: Pap gaat net vertrekken, misschien straks.
Lauren: Wil je ook cola meenemen?
Paul: DAT WERKT DAAR NIET TEGEN.
Lauren: Voor mij wel.
Paul: Nick, niet meenemen. Je moet zelfs niet langs komen.
Lauren: Jawel, kom maar langs. Want in tegenstelling tot andere mensen, wil ik mijn beste vriend WEL nog zien!
Paul: Je ziet hem morgen.
Paul: En Nick is mijn beste vriend.
Lauren: Morgen is het geen school en nee, Nick komt toch alleen voor mij langs vandaag, niet voor jou.
Ik: Ik kom voor jullie allebei.
Lauren: Je mag het zeggen als je mij liever hebt, eh Nick.
Paul: Of mij.
Lauren: Mij.
Paul: Mij.

Zo gaat het nog even door en krijg ik steeds meldingen door de dag heen.

Tijdens de middag ben ik de gesprekken aan het nalezen.

Ik moet vooral veel dingen meenemen zoals: chocola, kaas, druiven, tijdschriften, een emmer, sudoku, woordzoekers, ...

Iemand haalt me uit mijn gedachten door te hoesten. Ik kijk op en zie Siebren voor me staan.

Zijn vrienden zijn nergens te bekennen.

Tijdens de middag heb ik besloten om buiten te gaan zitten ondanks de kouder wordende oktoberwind.

Binnen was het te druk en daarbij, ik wil niet dat mensen zien dat ik geen andere vrienden heb dan Lauren en Paul.

'Kan je vanavond?' vraagt Siebren dan.

'Waarvoor?' vraag ik.

Siebren komt langs me zitten op het bankje.

Buiten wij twee zit er niemand op dit deel van de speelplaats. Dus niemand zou ons samen kunnen zien.

Ook heb je hier geen uitzicht op de eetzaal en kunnen de mensen die daar in zitten, niet naar ons kijken.

Dat vind ik een prettig gevoel.

'Ik heb je hulp nodig. En ik wil graag je tekeningen zien,' voegt Siebren eraantoe.

'Voor wat? En daar denk ik over na,' zeg ik.

Ik had kunnen weten dat hij de tekeningen wou zien en, als ik erover nadenk, is het misschien wel goed dat iemand ze ziet.

Ik kan het laten zien aan Lenny, maar zij zegt dat tegen mam en pap en hoe moet ik uitleggen dat ik een jongen met een bloot bovenlijf heb getekend? En hij het vrijwillig wou doen? En we enkel vrienden zijn?

'We zullen om de hoek afspreken. Gaat bij jou? Mijn ouders zijn er,' zegt Siebren.

Ik knik.

'Prima,' zeg ik. 'Maar mijn zusje is er wel. En ik denk mam ook.'

'Maakt niet uit,' zegt Siebren. 'Mijn ouders zijn waarschijnlijk irritanter.'

Dan is het even stil.

'Sorry, van gisteren. Mijn vrienden moesten die steen niet tegen je gooien.'

Het wás dus een steen.

Ik haal mijn schouders op en staar wat voor me uit.

Helaas ben ik het gewoon dat er dingen naar me gegooid worden. Stenen, woorden, slakken, ... ik heb alles al tegen mijn gezicht gehad. Vooral het eerste jaar nadat ik uit de kast was gekomen.

Het maakt me nu niet echt meer zo uit. Vroeger was het erger, toen had ik ook geen vrienden.

Nu heb ik Lauren en Paul. Maar zij zijn thuis.

➿➿➿

Zoals afgesproken, wacht ik op Sierbren om de hoek van de school.

Ik ben op een redelijk traag tempo hier naar toe gewandeld, dus kan Siebren ieder moment om de hoek komen.

Maar dat doet hij niet dus zit ik wat mijn gsm.

Ik: Ik kom wat later vanavond.
Lauren: Wat ga je doen?
Paul: Hij gaat naar Siebren.
Lauren: O, dan zullen we niet meer sturen. Ik snap dat je tijd voor jezelf wilt.
Lauren: Of ja, met Siebren.
Ik: Ik ga gewoon helpen.
Ik: Niets meer, niets minder.
Paul: Je zit meer bij hem dan bij ons. Is dat niet verdacht?
Lauren: Inderdaad, ik denk zelfs dat hij vandaag naar je toe is gekomen.
Lauren: ???
Lauren: Ben je er al?
Lauren: Ik weet dat je dit ziet.
Ik: Hij is er nog niet. Ik keek rond of ik hem zag.
Lauren: Hoe lang wacht je al?
Lauren: Misschien is hij al door.
Ik: Een half uur en nee, hij vroeg me zelf of ik hier wou wachten.
Paul: Misschien is het een grap.

Als ik het gelezen heb, sla ik mezelf op mijn voorhoofd.

Dat ik daar ingetrapt ben!

Hij is er waarschijnlijk gewoon met zijn vrienden ervandoor en ik sta hier nog. Hij is me al aan het uitlachen, ik kan het bijna horen.

Met dat besef, pak ik mijn rugzak, gooi die over mijn schouder en wandel weg.

'Wacht!' hoor ik dan. 'Nickolas!'

Ik blijf staan en laat Siebren tot bij mij komen. Hij is niet uitgeput of hijgt niet, hij zal wel veel sporten. Ik dacht dat ik had gehoord dat hij atletiek, of zoiets deed.

'Sorry,' zegt hij.

Ik haal mijn schouders op.

Ik heb mijn tijd al verspild.

'Ik moest je nooit een half uur laten wachten. Ik had je een bericht moeten sturen, mag ik dat per toeval? Je nummer? Zo kan ik het je de volgende keer laten weten,' zegt hij.

Hoe lang denkt hij dat dit gaat duren? Hem helpen?

Toch geef ik hem mijn nummer en ik heb geen idee waarom.

Twee JongensWhere stories live. Discover now