Eerste date

1.5K 50 15
                                    

'Je ziet er goed uit,' zegt Siebren als we even gewandeld hebben.

Ik glimlach. Hij heeft de tip onthouden om complimentjes te geven.

'Je hebt me vandaag al gezien,' zeg ik.

'Toen wou ik je al mee uitvragen,' zegt hij en ik kijk hem verbaasd aan.

'Ik zei toch dat ik je al leuker vond sinds woensdag. En gisteren nog leuker, toen je had laten zien hoe je me zou afbeelden,' zegt hij.

Ik slik.

Ik weet niet meer hoe ik moet praten, want, behalve met de jongen in Oostenrijk, heb ik nog nooit iemand echt leuk gevonden.

'Je kan me toch niet in een week leuk gaan vinden,' zeg ik.

'Dat dacht ik ook, maar het tegendeel is bewezen,' zegt hij en hij grijpt naar mijn hand, en vreemd genoeg trek ik niet terug, wil niet terugtrekken.

'Weet je hoe vaak ik naar je gekeken heb tijdens geschiedenis?' vraagt hij.

Ik schud mijn hoofd.

'40 keer, en de laatste keer was ik aan het staren. Pas voor de bel ging, had ik dat door,' zegt Siebren en ik voel me weer warm worden zoals bij die complimentjes, zoals ik al de hele tijd aan het doen ben.

Misschien hadden Paul en Lauren toch gelijk.

'Waar gaan we naar toe?' vraag ik als we een nieuw straatje inlopen.

'Dat zul je wel zien,' zegt Siebren en zijn glimlach komt weer op zijn gezicht.

'We gaan toch niet naar de film, eh,' zeg ik grappend, maar ik hoop dat we dat niet gaan doen.

'Nee nee, ik heb iets speciaals voor jou geregeld. Nu alleen nog hopen dat je het leuk vindt,' fluistert hij erachteraan.

Ik geef hem een kneepjes in zijn hand, maar ik weet al dat ik het leuk ga vinden, voor hem.

➿➿➿

Nadat we even hebben gewandeld, komen we uit bij en groot gebouw.

'Hier is het,' zegt Siebren en hij trekt me mee naar binnen.

De inkomhal is prachtig. Het is donker en overal staan tekeningen op de muur in lichtgevende verf.

Het beneemt me de adem en ik blijf maar rondkijken totdat Siebren me verder meetrekt naar de deur. Hij heeft de kaartjes in zijn andere hand.

'Dit is een tentoonstelling waar je zelf dingen mag aanpassen. Hier,' zegt hij en hij geeft me twee stiften aan.

Een groene en een rode. Hijzelf heeft een blauwe en een gele vast.

'Eerst zijn er een paar kunstwerken waar we niet aan mogen komen, maar wel reacties mogen bijschrijven op de plaatsje onder het kunstwerk. Iedere ochtend wordt er een foto van getrokken en afgeveegd voor de volgende bezoekers,' zegt Siebren en hij scant de kaartjes zodat we naar binnen kunnen.

'Hoe ben je bij deze tentoonstelling gekomen?' vraag ik.

'Mijn oom is de kunstenaar,' zegt hij en zelfs in het donker zie ik hem lichtjes blozen.

'Wat?'

'We kunnen hem hierna ook ontmoeten,' stelt hij voor en mijn ogen worden groot voordat ik hem in een knuffel trek.

'Dat zou geweldig zijn,' fluister ik in zijn oor, maar zodra ik voel dat ik hem te lang vasthoud, zet ik een stap achteruit en veeg mijn kleren ongemakkelijk af.

Siebren glimlacht naar me en neemt mijn hand terug vast.

➿➿➿

Het eerste deel van de tentoonstelling is prachtig.

De oom van Siebren maakt kunstwerken die allemaal te maken hebben met het licht.

Sommige zijn kleurrijk, en andere zijn in zwart-wit. Ik geniet hier echt van en Siebren zo te zien ook.

Niemand zou de glimlach van Siebrens gezicht af kunnen slaan.

In het midden van de tentoonstelling is er een cafeetje waar we even gaan zitten. Siebren bestelt koffie en ik bestel een warme chocomelk.

'Vind je het leuk?' vraagt Siebren als we eindelijk een tafeltje aan het raam te pakken hebben gekregen.

'Ik vind het geweldig,' zeg ik en ik neem een slok van mijn chocomelk.

Ik verbrand me er bijna aan.

'Warm?' vraagt Siebren.

'Ja,' zeg ik en ik steek mijn tong uit om hem af te koelen.

Ik weet ook wel dat dat niet werkt, maar het is een automatisme. Lenny en ik doen het altijd.

Ik hang mijn jas, die op de tafel lag, over de leuning van de stoel en dan hoor ik mijn schetsboek tegen een poot klappen. Ik glimlach onschuldig en Siebren schudt lachend zijn hoofd.

'Heb je er iets in getekend toen ik niet keek?' vraagt Siebren en hij glimlacht.

'Nee, ik neem het gewoon altijd mee,' zeg ik en ik ga met een hand door mijn haar.

Siebren nipt van zijn koffie en zet hem terug neer.

'Wil je straks nog even wandelen?' vraagt hij.

'Is de tentoonstelling al bijna afgelopen dan?' vraag ik.

'Nee, ik vraag het nu omdat ik weet dat ik straks niet meer durf,' zegt hij.

'O,' zeg ik. 'Ik weet het niet.'

'Oké,' zegt hij en hij neemt een slok van zijn koffie om zijn teleurstelling te verbergen, maar ik zie het toch.

'Als we nog tijd hebben, oké?'

'Je moest pas om twee uur thuis zijn.'
'Maar ik wil niet meer gaan wandelen om één uur 's nachts. Wie weet wie er allemaal rondspookt,' zeg ik en ik glimlach.

Siebren glimlacht terug.

'Oké, maar dan moeten we nu wel doorgaan want anders zijn we hier nog lang,' zegt Siebren en hij staat op, dringt zijn koffie leeg en neemt me bij de hand.

Ondertussen is mijn chocomelk op en wandelen we door naar het volgende deel van de voorstelling.

En ik kan het niet ontkennen, dit is de beste avond van mijn leven.

➿➿➿

En misschien vind ik hem ook leuk.

Twee JongensWhere stories live. Discover now