Hoofdstuk 7.3

186 29 23
                                    

Ook Matthijs heeft een parkeerplek gevonden voor zijn brommer. 'We zijn er,' zegt hij, waarmee hij de exacte woorden van Daila van zojuist herhaalt.

Er verschijnt een tevreden glimlach op Gaby's gezicht, maar tegelijkertijd voelt ze het ritme van haar hart versnellen als ze zich bedenkt dat dit een belangrijke dag kan zijn – een dag die haar dichter bij Elliot en dus Finn brengt. 'Laten we naar binnen gaan,' zegt ze. Ze stopt haar handen in haar jaszakken en volgt Daila die net de deur voor haar opendoet. Ook al heeft Daila nog haar twijfels, ze bedenkt zich dat het plan dat ze hebben onschuldig is, dus gaat ze zonder verder protest mee. Matthijs volgt hen en met z'n drieën lopen ze naar binnen.

Ze komen in een kleine hal terecht waar de vloerbedekking rood is en een kapstok in de hoek staat. Er staat één glazen deur tussen hen en de balie en om de sportschool in te komen, is er nog een poortje waar ze doorheen zouden moeten. Dat is het gezelschap echter niet van plan.

Het is op het moment dat ze alles in zich opneemt dat er een heleboel op Gaby af lijkt te komen. De sportschool waar ze heen zijn gestuurd door de flyer is namelijk niet een willekeurige sportschool – het feit dat Finn hier regelmatig kwam, getuigt daarvan – maar de herkenbare plek brengt herinneringen terug. Ze is hier wel eens geweest met Finn en ze hebben hier ook wel eens samen gesport. Sinds die tijd is er niets veranderd: er hangen aan de andere kant van de glazen deur nog steeds schreeuwende posters met sportieve en gespierde mensen die haar altijd intimideerden en aan de andere kant van het poortje staan allerlei apparaten waarvan ze niet weet wat ze ermee aan moet.

Ze slikt. 'Laten we gewoon naar de balie gaan,' zegt Gaby. Zonder dat ze het wil, breekt haar stem halverwege de zin. Dit is de plek waar ze een keer ruzie heeft gehad met Finn – iets wat zelden voorkwam. Het was akelig geweest en iets wat ze snel wilde vergeten. Het begon met iets kleins, namelijk dat Gaby al wilde vertrekken uit de sportschool maar dat Finn daar nog niet klaar voor was, maar allerlei frustraties werden in het gesprek gegooid en maakten van het kleine probleem een grote ruzie. Drie dagen lang hadden ze niet met elkaar gepraat, ook al woonden ze in hetzelfde huis. Ze leefden langs elkaar heen. Finn zette zijn muziek iets harder en zij maakte iets te veel lawaai in de ochtend om hem, vroeger dan nodig was, wakker te maken.

En dat was allemaal hier begonnen.

'Goed plan,' zegt Matthijs in reactie op Gaby's voorstel om de werknemer achter de balie te benaderen. Matthijs heeft geen idee van de interne strijd die in Gaby woedt en lijkt een nieuw gevonden energie te hebben om de zoektocht op te pakken terwijl hij naar de balie loopt. Achter de balie zit een andere jongen dan de vorige keer dat Gaby hier was en hij draagt een jasje van de sportschool met zijn naam, Stefan.

'Goedemorgen,' zegt Stefan met een glimlach zoals ze ook in reclames te zien zijn. Hij is het perfecte plaatje van een sportschoolwerknemer, precies de juiste reclame voor hun eigen sportschool. Het jasje van zijn uniform staat strak om zijn spieren, wiens vorm goed benadrukt wordt op deze manier. Gaby heeft dat ooit intimiderend gevonden, maar nu zijn haar gedachten ergens anders.

'Goedemorgen,' zegt Matthijs. Op de klok staat dat het tien voor twaalf is, dus het zal nog niet veel langer ochtend zijn, maar dat negeren de twee gesprekspartners. 'We hebben een vraag.'

Stefan gaat iets rechter op zitten en bereidt zich voor. Zijn blik glijdt over de drie onbekenden die voor hem staan.

Daila wrijft haar handen samen. 'Het is wat ongebruikelijk,' voegt ze toe.

Gaby's ogen dwalen over de ruimte. Vanaf de balie kan je de hele benedenverdieping van de sportschool zien. Ze herkent de legpress en een paar bankjes waar Finn zo druk op bezig was met gewichten in zijn handen. Ze kan ook nog precies voor zich zien hoe Finn bezig was op het fietsapparaat.

In een flits verschijnt een nieuwe herinnering op Gaby's netvlies. Ze was aan het fietsen en keek de zaal rond naar de andere mensen, terwijl ze in haar gedachten al bezig was met het plannen van haar volgende stappen van haar gymsessie. Ze had een dagpas en was van plan die zo optimaal mogelijk te benutten. Het was op dat moment dat aan de rechterkant van het zaaltje een luide kreun en een doffe klap klonk van iemand die flauw viel. Dat werd meteen opgevolgd door het luide geluid van het vallen van gewichten op de zeilen vloer. Dat laatste geluid kwam van Finn: hij wachtte geen moment om de vreemdeling te hulp te schieten en leek precies te weten wat hij moest doen.

'Ik zal toch proberen om de vraag zo goed als ik kan te beantwoorden,' zegt Stefan, die niet geïntimideerd lijkt te zijn door de opmerking van Daila. Hij draagt zijn glimlach met trots.

Gaby krijgt een stootje in haar zij van Daila, die op deze manier wil zeggen dat zij het maar moet vragen. Ze draait haar hoofd in de richting van het gesprek en ziet Stefans afwachtende blik.

'Juist,' zegt Gaby. Ze likt haar lippen en probeert zich te concentreren op wat er nu echt toe doet. Het is moeilijk om de herinneringen niet de overhand te laten nemen. 'We wilden weten of er toevallig hier voor ons een envelop ligt.'

'Een envelop?' herhaalt Stefan. Zijn wenkbrauwen kruipen naar elkaar toe.

Dat bevestigt Gaby. 'Een lichtpaarse, om precies te zijn,' zegt ze.

Stefan knijpt zijn ogen samen en het duurt enkele seconden voordat hij een antwoord heeft. 'Als je het postkantoor zoekt, moet je de straat uitlopen, naar rechts–'

Gaby schudt haar hoofd. 'Ik zoek geen postkantoor,' onderbreekt ze hem snel. 'Ik moet echt hier zijn.' Ze leunt tegen de balie aan en haar ogen laten Stefan niet los.

Stefan heeft nog steeds een verwarde blik op zijn gezicht, maar besluit niet meer tegen te werken. 'Een lichtpaarse envelop, zei je?' vraagt hij. Hij bukt om in de vele kastjes te kijken die voor Gaby aan het zicht onttrokken zijn.

'Een lichtpaarse, ja,' bevestigt ze. 'Het kan zijn dat mijn naam erop staat; Gaby.'

Stefan fronst, maar kijkt toch terwijl hij mompelt: 'Een lichtpaarse envelop met Gaby...' Zijn stem wordt gedempt door de balie die tussen hen instaat en er klinkt gerommel van onder het bureau. Daarna komt hij omhoog, draait zich om in zijn stoel en checkt alle postvakjes van werknemers voor het voorwerp.

'En?' vraagt Daila zenuwachtig.

Het blijft even stil bij Stefan. Ook Matthijs staat voorover geleund tegen de balie aan om te zien of het al opschiet bij de jongen om de kostbare envelop te vinden.

Stefan draait zich om en maakt kort oogcontact met de drie. 'Ik zie niets,' zegt hij. Hij glimlacht verontschuldigend en haalt zijn schouders lichtjes op.

Gaby leunt iets naar voren. 'Zeker weten?' vraagt ze nog. Haar ogen kijken langs Stefan heen, alsof ze op deze manier de envelop zelf kan vinden. Daila legt haar hand op Gaby's schouder als ze de wanhoop in haar stem hoort, waarmee ze haar vriendin wil kalmeren.

'Ik weet het zeker,' zegt Stefan, zijn lippen op elkaar geperst. 'Hier ligt geen envelop.'

Elliot | WATTY WINNAAR 2020Waar verhalen tot leven komen. Ontdek het nu