✔68✔

1K 55 4
                                    

'Albus Perkamentus was een groot man! Hij hielp hen die de hulp nodig hadden. Hij gaf hen een kans, hen die een kans verdiende. Hij vertrouwde hen, hen die het vertrouwen koesterde! Albus Perkamentus zag altijd het goede in mensen. En het maakt niet uit dat sommige mensen zijn kansen, zijn vertrouwen of zijn hulp niet verdienden. Het enige wat telt is dat hij liefde kende. Hij kende liefde op alle mogelijke manieren. Hij accepteerde het verschil tussen goed en kwaad. En daarmee accepteerde hij de mens!' Langzaam loop ik het podium af. Ik zie sommige mensen snikken, en andere staren juist voor hen uit. Ik ga zitten en niemand staat op. Ik zie hoe Sophia-Elody om zich heen kijkt. Na een paar seconden staat ze op. Ze loopt langzaam naar het podium.

Voor elk normaal mens komt ze over als een hele kleine 3 jarige en een normale 2 jarige.

Ze klimt op het podium en wil achter het tafeltje gaan staan, maar ze is te klein. Ze tovert de tafel weg en stapt naar voren.

'Ik wil even iets zeggen! Ik wil iets zeggen voor mezelf, maar ook voor iemand anders!'

Ik ga recht op zitten. Dit had ik niet verwacht.

'Als eerste! Professor Perkamentus was een lieve man. Ik heb veel van hem geleerd. Hij hielp graag andere met zijn wijsheid, en zo heeft hij mij ook geholpen. De afgelopen weken ben ik veel bij Perkamentus geweest. Elke keer als ik bij hem was liet hij me weten hoe bijzonder ik was. Hij leerde me mijn magie te beheersen en hielp me in tijden van nood. Hij was een soort opa die ik nooit heb gehad!' Sommige mensen kijken verbaasd op na haar woorden, andere beginnen nog luider te snikken.

'En dan nu de rest!-' Stiles verschijnt op haar schouder. Sommige slaken een gilletje. 'Ik wil ook graag spreken voor de slangen die op dit moment ook rouwen om Albus Perkamentus!'

Het is doodstil op de open plek. Oh nee!

'Ook wij zullen Albus Perkamentus erg missen!' Sist Stiles. Ik zie hoe Harry nu ook geïnteresseerd kijkt.

'Oké! Ik begin maar! Ook de slangen zullen Albus Perkamentus erg missen!' Stiles begint weer te sissen. 'Wij hebben namelijk al vroeg besloten dat we achter hem zouden staan!' 'Zij hebben namelijk al vroeg besloten dat ze achter hem zullen staan in de oorlog!' Zegt Sophia. 'Want niemand wil een oorlog en wij zijn het niet eens met heer Voldemort.  Wel zijn we het eens mijn zijn zus. Zij staat aan de juiste kant en wij volgen haar!' Ik zie hoe Sophia-Elody even slikt. Snel draai ik mijn hoofd naar Harry. Hij kijkt mij ook bezorgd aan.

'Want niemand wil een oorlog en ze zijn het niet eens met Heer Vol-demort. Wel...... wel zijn ze het eens met zijn zus, en tevens mijn mama. Zij staat aan de juiste kant en zij volgen haar.' De sfeer word ijskoud en heel stil. 'Wij condoleren daarom iedereen die Albus Perkamentus op elke mogelijke manier heeft verloren. Als vriend, familie of kennis. Maar dat Perkamentus er nu niet meer is, betekent niet dat wij niet meer achter hem staan!' Stiles glijdt na die woorden van Sophia-Elody's schouder en glibbert naar mij.

'Zij condoleren daarom iedereen die Albus Perkamentus op elk mogelijke manier heeft verloren. Als vriend, familie of kennis. Maar dat Perkamentus er nu niet meer is, betekent niet dat zij niet meer achter hem staan! Dankuwel!' Ze springt van het podium en loopt op me af.

Direct gaat alle aandacht naar mij. Waarschuwend kijkt Harry me aan. Ik sta op en loop langzaam weg. Halverwege word ik tegen gehouden door Rufus Schobbejak. Fijn.

'Heb je even?' Vraagt hij met een schorre stem. Ik knik en loop met hem mee. Bij de rand van het verboden bos houden we stand.

'Gezien de omstandigheden van net, wil ik je even vragen wat dat te betekenen had!' 'Het spijt me minister, maar alles was mijn dochter zei was waar!-' hij richt zijn stok op me. '- ik heb dit jaar het grootste gedeelte gevangen gezeten bij Voldemort. Ik ben gemarteld en heb dingen meegemaakt die geen enkele heks of tovenaar wil meemaken. Dus ik kan u verzekeren, ik zal me nooit aansluiten bij Voldemort, mijn kleine broertje. Hij is een monster die zo snel mogelijk vernietigd moet worden!' Langzaam laat de minister zijn stok zakken. Ik zie vanuit mijn ooghoeken dat Mayce de rest op de hoogte brengt.

'Ik hoop dat dat het was, minister. Ik ga nu maar!' Ik loop weg. Dat hebben we ook weer gehad.

'Harry, Hermelien, Ron, kom is!' Ik roep mijn vrienden. Vragend kijken ze me aan, maar ze lopen wel mee.

'Oké, ik wil even bedankt zeggen voor al jullie steun het afgelopen jaar en ik zal zorgen dat Zweinstein tijdens jullie afwezigheid niet het ravijn in valt!' Door hun verbaasde blikken begin ik te lachen. 'Huh, maar- graag gedaan, maaruh hoe weet je dat we niet terug gaan naar Zweinstein?!'

'Kom op! Hadden jullie verwacht dat ik zou denken dat jullie wel terug zouden gaan? Jullie zijn mijn beste vrienden!' Ik glimlach naar ze, 'maar natuurlijk zien we elkaar nog op de bruiloft van Bill en Fleur. Maar ik wilde het gezegd hebben!'

Direct trekken Harry, Hermelien en Ron me in een knuffel. 'Ik zal jullie opzoeken, maar ik moet ook op Zweinstein blijven. Ik laat jullie niet in de steek!' 'Wij jou ook niet!' Zegt Hermelien.

'Lien ik zal iedereen die de hulp nodig heeft, helpen. Ik zal aan jullie blijven denken!' 'Maar wat gebeurd er met Sophia-Elody?' Ron kijkt meelevend naar Mayce en de rest. 'Ik denk dat ze de ene helft van het jaar mee gaat en de andere helft thuis blijft!'

'Ik ga echt niet minder naar Zweinstein, alleen omdat Voldemorts stomme volgers daar ook zijn!!' Roept ze boos vanaf de andere kant.

'Dat is duidelijk!' Mompel ik in mezelf,  en ook Hermelien schiet in de lach.

'Maar goed! Zweinstein is ons terrein, en ik ga zorgen dat dat zo blijft!'

Going to Hogwarts againWhere stories live. Discover now